8. SAMENVATTING EN CONCLUSIES
In ons land is de bouwnijverheid een economische sector waar
veel geld in omgaat. Er is vrijwel altijd behoefte aan
bouwactiviteiten. Criminele groepen zouden indien gewenst met
racketeering een vaste bron van inkomen kunnen krijgen. Het
bouwproces is en blijft kwetsbaar in Nederland. Standaardiseren in
de bouwnijverheid is vrijwel onmogelijk. Er moet ter plekke worden
gebouwd. Bovendien is het bouwproces uiterst arbeidsintensief
waardoor de kosten per produktie-eenheid erg hoog liggen. Personeel
moet altijd naar de bouwplaats worden gebracht in tegenstelling tot
andere bedrijfstakken die hun produktie naar gebieden met de
goedkoopste arbeidskrachten kunnen verplaatsen. Die kwetsbaarheid
wordt verhoogd door de grote onderlinge concurrentie.
Bouwondernemers moeten onder grote tijdsdruk het produktieproces
uitvoeren. De bouwnijverheid is zeer gefragmenteerd en flexibel.
Het grote aantal bouwbedrijven biedt aan ruim 330.000 mensen werk.
De meeste bedrijven hebben nauwelijks zelf personeel in dienst en
bestaan relatief kort. Dit korte bestaan wordt mede in de hand
gewerkt door de snelheid waarmee kan worden teruggekeerd in de
bouwnijverheid. Het is in Nederland vrij eenvoudig als nieuwe
onderneming tot de bouwnijverheid toe te treden (personeel, kennis
en kapitaalgoederen zijn makkelijk in te huren of via een katvanger
te koop). Het aantal faillissementen in de bouwnijverheid is groter
dan in andere bedrijfstakken. Als gevolg van te weinig kapitaal en
te gering eigen vermogen lopen veel bedrijven het risico van
faillissement.
Bouwondernemers zijn afhankelijk van het aanbod van opdrachten.
Om die te verwerven, moeten zij zich onderwerpen aan een openbare
aanbestedingsprocedure die een scherpe calculatie van de kosten
vereist. Discontinuteit in bouwopdrachten houdt telkens weer een
gevaar in voor het voortbestaan van een bouwbedrijf. Juist in een
periode tussen twee opdrachten is een bedrijf kwetsbaar. Er is de
laatste jaren nogal wat te doen geweest over mogelijke corruptie
bij politici en ambtenaren tijdens aanbestedingen in Nederland.
Door journalisten is de aandacht gevestigd op dubieuze praktijken
die zich in Limburg zouden hebben afgespeeld. Over andere gebieden,
zoals Brabant wordt geregeld hetzelfde beweerd. Maar er bestaat, en
wij beperken ons hier tot de bouwnijverheid, geen goed overzicht
van feitelijke gevallen. De vrijspraak van een burgemeester uit
Limburg die corrupt zou zijn geweest in zijn contacten met een
baggeraar, maakt nogmaals duidelijk dat geruchten en de juridische
werkelijkheid ver van elkaar verwijderd zijn. Het is een van de
redenen waarom in deze studie het onderwerp van corruptie door
publieke personen in de bouwnijverheid met grote terughoudendheid
is behandeld. Er bestaat geen goede officieel geregisteerde
informatie, ook geen goede vertrouwelijke, over de aard en het
voorkomen van corruptie in de bouw. Wij moeten ons kunnen baseren
op het feitelijk voorkomen van dat soort gedrag en niet op
geruchten en allerlei vormen van kwaadsprekerij. Eenzelfde
opmerking kan worden gemaakt over het lekken van bouwplannen
waardoor handige zakenlui en projectontwikkelaars grond voordelig
opkopen en vervolgens later met flinke winst verkopen. Ook hier is
vaak sprake van geruchten en verdachtmakingen en soms wel heel
toevallige gebeurtenissen. Echter, feitelijke kennis op grond
waarvan een onderscheid kan aangebracht tussen handig
koopmansgedrag en corruptie door ambtenaren en politici bestaat er
niet.
In hoeverre de georganiseerde misdaad zich in Nederland heeft
genesteld in de bouwnijverheid is in dit rapport als volgt
beantwoord. Op grond van indicatoren die afkomstig zijn uit
buitenlandse literatuur op dit gebied is stap voor stap nagegaan of
criminele groepen aan- of afwezig zijn in de bouwnijverheid. Op
grond van het ontbreken van slachtofferschap van afpersing,
brandstichting, bommeldingen en bomaanslagen, van systematische
diefstallen van bouwmaterialen en -gereedschappen, van geweld tegen
aannemers en het niet voorkomen van ontvoeringen en liquidaties kan
worden aangenomen dat criminele groepen niet in de bouwnijverheid
in Nederland actief zijn. Deze conclusie wordt verder ondersteund
door het ontbreken van het betalen van protectiegelden en ook door
het feit dat geen sporen van bekende buitenlandse en allochtone
criminele groepen in de bouwnijverheid zijn aangetroffen.
Koppelbazen zijn wel actief, maar uitsluitend op de Duitse markt
georinteerd. Tenslotte wijst het ontbreken van infiltratie en
afpersing van vakbonden in de bouwnijverheid in dezelfde
richting.
Deze conclusie laat de kwetsbaarheid van de bouwnijverheid voor
criminele groepen onverlet. Zoals de algemene schets van de
bouwnijverheid laat zien, deelt de bouw een groot aantal kenmerken
met die van New York waar criminele groepen deze bedrijfstak
vrijwel volledig onder controle hebben. Die kenmerken bepalen in
hoge mate (1) de mogelijkheden voor organisatiecriminaliteit, die
zoals wij hebben gezien vaker voorkomt dan de officile cijfers
aangeven; (2) de gelegenheid voor criminele groepen zich op de
bouwnijverheid te werpen. Want, waarom zouden buitenlandse groepen
die zo’n lange ervaring hebben in het leegplunderen van de
bouwnijverheid aan de Nederlandse bouw voorbijgaan? De Italiaanse
mafia lijkt haar werkgebied niet alleen tot de Zuiditaliaanse
gebieden te beperken. In Frankrijk en Belgi zijn deze groepen al in
de bouw gesignaleerd.