5.5. Tot besluit
Wanneer we in dit besluit terugkeren naar de reden waarom dit
hoofdstuk werd geschreven – is er in het Wallen-gebied sprake van
(economische) machtsposities die (mede) via drugsgelden zijn
verworven -, dan kan worden gesteld dat dit beslist een valabele
reden was om nader onderzoek naar de toedracht van de problemen in
het Wallen-gebied te doen. Met nadruk schrijven we nader onderzoek
omdat elkeen die ook maar enigermate weet wat er allemaal in dit
gebied gaande is, beseft dat meer onderzoek zal moeten worden
verricht om daar een grondig inzicht in te kunnen krijgen. Maar het
inzicht dat ons onderzoek heeft opgeleverd, volstaat ruimschoots om
te kunnen stellen dat wat eerder al – voor de stad in haar geheel –
met betrekking tot de horeca werd geconstateerd, zich op en rondom
de Wallen in een nog veel geconcentreerdere vorm voordoet, namelijk
dat criminele figuren en groepen hier, dankzij hun illegaal
opgebouwde vermogens, een groot deel van de (economische) macht in
handen hebben gekregen, zodoende de jure et de facto tot op zekere
hoogte kunnen uitmaken wie er verder nog welke (illegale en/of
legale) activiteiten kunnen ontplooien en uiteindelijk dus ook in
hoge mate de graad van publieke (wan-)orde in dit gebied bepalen.
Met andere woorden: op grond van hun machtspositie regisseren de
betrokken ondernemers/ondernemingen niet alleen voor een belangrijk
stuk het economische leven in de buurt, maar markeren zij ook de
grenzen waarbinnen bestuur en politie nog vrijelijk kunnen
handelen. Terecht roept dit alles bij menigeen de vraag op of de
laatste jaren op de Wallen niet de omgekeerde wereld is geschapen.
En in de mate dat dit inderdaad het geval is, kan worden gezegd dat
hier – ook zonder dat er sprake is van wijdverspreide
politiek-bestuurlijke corruptie, enzovoort – momenteel een situatie
bestaat die in elk geval in economisch opzicht veel gemeen heeft
met toestanden die in landen als Itali en de Verenigde Staten voor
brandhaarden van georganiseerde criminaliteit worden gehouden. En
ook nu weer een situatie die niet is gecreerd door buitenlandse
en/of allochtone misdaadgroepen, maar hoofdzakelijk door
sleutelfiguren uit de Hollandse netwerken van Amsterdam, gewoon
Amsterdammers dus. Misschien is hierin ook een belangrijk deel van
de verklaring gelegen voor het merkwaardige feit dat deze
verregaande criminalisering van de Wallen heeft plaatsgevonden
zonder dat de lokale overheid hiertegen in het geweer is gekomen.
Heeft zij zich in de voorbije jaren niet altijd laten (mis)leiden
door de gedachte dat georganiseerde criminaliteit een verschijnsel
is uit verre landen, bedreven door aanhangers van sinistere
genootschappen, dat ook hier in de stad het best door een militaire
politiemacht kan worden bestreden?