LITERATUUR
Altena, M. J. van
Crimineel geld: de aanpak bij banken, In: C. D. van der Vijver
(red.),
- Crimineel geld:
- dreiging en aanpak Arnhem, Gouda Quint, 1995, pp. 19-28
Akse, T., J. Janse, J. van Wijk, H. de Miranda, C. Klckner (red.)
What’s the colour of money; Money laundering & verdachte
transacties
Zoetermeer, Divisie Centrale Recherche Informatie, Finpol, 1994
Akse, T.,
It’s in the air,
Zoetermeer, Divisie Centrale Recherche Informatie, Finpol, 1994
Arlacchi, P.
De georganiseerde misdaad in Itali en het witwassen van zwart geld,
In: C. D. van der Vijver (red.)
- Crimineel geld:
- dreiging en aanpak Arnhem, Gouda Quint, 1995, pp. 53-64
Aronowitz, A. A., D. C. G. Laagland, G. Paulides, J. M. Nelen
Value-Added Tax Fraud within the European Union; pilot
study
Den Haag, Ministerie van Justitie, WODC, 1995
Bakker, T.
Witter dan wit. Bank en beurs in de greep van de georganiseerde
misdaad. Dat valt mee, maar de verleidingen zijn groot.
FEM, jrg.25, nr. 23, 1994, pp. 62-65
Baldwin, F. N., R. J. Munro
Money Laundering, Asset Forfeiture and International Financial
Crimes New York/London, Oceana Publications, 1993 (drie
delen)
Bijsterveld, W. J. van
Belastingfraude
Den Haag, ministerie van Financin, 1980
Bosworth-Davies, R., G. Saltmarsh
Money Laundering; a practical guide to new legislation
London, Chapman & Hall, 1994
Braak, S. M. van den, C. R. Huiskes
De Delaware-constructie onder vuur?
NJB, nr. 36, 1992, pp. 1165-1171
Brants, C.
Slavenburg en de grenzen van het strafrecht
Recht en Kritiek, jrg. 14, nr. 1, 1988, pp. 26-58
Brants, C. H., K. L. K. Brants
De sociale constructie van fraude
Arnhem, Gouda Quint, 1991
Bunt, H. G. van de
Organisatiecriminaliteit
Arnhem, Gouda Quint, 1992
Bunt, H. G. van de, P. C. van Duyne
Een beeld van de fraude-aanpak door het O.M. In: H.G. van de BuntB
e.a. (red), De Macht van het OMNijmegen, Ars Aequi Libri,
1983, pp. 278-308
Bunt, H.G. van de, J. H. Peek
Fraudeofficieren in de opsporing
Groningen, Wolters Noordhof, 1987
Centrale Recherche Informatie, afdeling Wetenschappelijk Recherche
Advisering Landelijke inventarisatie criminele
groeperingen
Zoetermeer, 1995
Cozijn, C.,
Aansprakelijkheid op grond van de Wet Bestuursaansprakelijkheid
bij Faillissement, Arnhem, Gouda Quint, 1991, Onderzoek en
Beleid, nr. 111
Doorenbos, D. R.
Het criminaliseren van money laundering als communautaire
verplichting Delikt en Delinkwent, jrg.23, nr. 4, 1993, pp.
351-359
Doorenbos, D. R.
Money laundering; de rol van de financile sector
Delikt en Delinkwent, jrg.23, nr. 8, 1993, pp. 764-779
Duyne, P. C. van
10 jaar fraudebeleid
Justitile verkenningen, jrg. 9, nr. 3, 1983, pp. 5-59
Duyne, P. C. van
- Geldwitwassen: omvangschatting in nevelslierten,
In: - J.M. Reijntjes (red.), Misdaadgeld Arnhem, Gouda Quint,
1993, pp. 13-32 Duyne, P. C. van Het spook en de dreiging van de
georganiseerde misdaad
Den Haag, SDU, 1995
Duyne, P.C. van, A.A. Block
- Organised cross-atlantic crime:
- racketeering in fuels Crime, Law and Social Change, jrg.
22, nr. 2, 1995, pp. 127-147 Duyne, P. C. van, R. F. Kouwenberg, G.
Romeijn Misdaadondernemingen; ondernemende misdadigers in
Nederland
Arnhem, Gouda Quint, 1990 Onderzoek en beleid, nr. 103
Economische Controle Dienst (ECD),
Onderzoek buitenlandse rechtspersonen,
Den Haag, 1991 (niet gepubliceerd)
Empten, J. van, L. Verduyn
Witwassen in Belgi; Crimineel geld in de wereld van de
haute finance Leuven, Kritak, 1993
Erkens, F. J.
Criminele organisaties, de besturing en beheersing van criminele
organisaties Zoetermeer, Korps Landelijke politiediensten,
Divisie Centrale Recherche Informatiedienst, 1995
Europese Commissie
Combatting fraud; Work programme for 1995
Brussel, Commission of the European Communities, 1995
Financial Action Task Force on Money Laundering (FATF)
Annual Report, 1994-1995
Parijs, FATF, 1995
Financile Politiedesk (Finpol) Divisie Centrale Recherche
Informatie
Twaalf Maanden Finpol
Zoetermeer, 1995 (niet gepubliceerd)
Fraud Investigation Department City of London Police
Underground Banking Systems
London, april 1990, (niet gepubliceerd)
Gaylord, Mark S.
- The Chinese laundry:
- International drug trafficking and Hong Kong’s banking
Industry, Contemporary Crises, jrg. 14, nr.1, 1990, pp. 23-37
Gold, M., M. Levi Money-Laundering in the UK; the impact of
suspicion-based reporting
Police Foundation/University of Wales, 1994
Groenhuijsen, M. S., D. van der Landen
De financile aanpak van de georganiseerde criminaliteit
NJB, jrg. 70, nr. 17, 28 april 1995, pp. 613-621
Haenen, M., H. Buddingh
De Danser; hoe de drugshandel Nederland veroverde
Amsterdam, Arbeiderspers, 1994
Hoogenboom, A. B.
Boy, have I got a deal for you; georganiseerde fraude in het
financile stelsel In: Hoogenboom e.a. (red.),
Financile integriteit; normafwijkend gedrag en (zelf)regulering
binnen het financile stelsel Arnhem, Gouda Quint, 1995 Stichting
Maatschappij en Politie, deel 10
ISMO
Eindrapport Misbruik en Oneigenlijk Gebruik op het gebied van
Belastingen, Sociale Zekerheid en Subsidies (ISMO),
Tweede Kamer 1984-1985, 17.050, nr.36, 1985
Janse, J. K. A., B. N. van Hoek,
Praktijkcasus Fieccom
In: A.B. Hoogenboom e.a. (red.), Financieel Rechercheren, Den Haag,
VUGA 1995, pp. 59-70 Janse, J. K. A.,
Criminele effecten. Een onderzoek naar georganiseerde criminaliteit
in relatie tot het effectenwezen.
Doctoraal scriptie, Open Universiteit, september 1994
Kam, F. de,
Betalen is voor de dommen
Amsterdam, Bert Bakker, 1976
Kerstens. R.,
Een vennootschap oprichten in 24 uur? Het kan zelfs in 8
minuten
Ondernemersvisie, jrg.7, juni 1995, pp. 30
Klarenbeek, A.
De aanwezigheid van buitenlandse rechtspersonen in Nederland: een
onderzoek Amsterdam, Vrije Universiteit, Faculteit der
Rechtsgeleerdheid, 1995 (doctoraal scriptie) Landman, R. R. J
Georganiseerde fraudes in de regio Rijnmond; een
criminaliteitsbeeldanalyse Zoetermeer, Korps landelijke
politiediensten, divisie Centrale Recherche Informatie, Afdeling
Wetenschappelijke Recherche-Advisering, 1993 Projectgroep
fraudepreventie Rijnmond, deelrapport 1
Landman, R. R. J
Georganiseerde fraudes in de regio Rijnmond; Vroegtijdige
detectie en pro-actieve aanpak Zoetermeer, Korps landelijke
politiediensten, divisie Centrale Recherche Informatie, Afdeling
Wetenschappelijke Recherche-Advisering, 1994 Projectgroep
fraudepreventie Rijnmond, deelrapport 3
Meldpunt ongebruikelijke Transacties (MOT)
Jaarverslag 1994
Den Haag, ministerie van Justitie, 1995
Middelburg, B
De Dominee; opkomst en ondergang van mafiabaas Klaas
Bruinsma
Amsterdam/Antwerpen, Veen, 1992
Mul, V.
Money Laundering, (g)een kwestie van definiren. In: A.B. Hoogenboom
e.a. (red.), Financile integriteit; normafwijkend gedrag en
(zelf)regulering binnen het financile stelsel Arnhem, Gouda
Quint, 1995 Stichting Maatschappij en Politie, deel 10
Nelen, J. M., M. Boone, M. D. van Goudoever-Herbschleb
Het openbaar ministerie en grote fraudezaken
Arnhem, Gouda Quint, 1994 Onderzoek en beleid, nr. 133
Nelen, H., R. Kouwenberg, R. Aidala
Plukze; de implementatie. Verslag van een eerste peiling binnen
de arrondissementsparketten, rechtbanken en BFO’s
Den Haag, Ministerie van Justitie, WODC, 1994
Neut, J. L van der, J. Simmelink
Overgangsperikelen rond de Pluk ze-wetgeving
Delikt en Delinkwent, jrg. 24, nr. 1, 1994, pp. 59-68.
Nove, P. Underground Banking Systems
International Criminal Police Review juli/aug. 1991, pp.
5-9
Robinson, Jeffrey
The Laundrymen. Inside the world’s third largest
business
London, Simon & Schuster, 1994
Roos, Th. de,
De strafzaak tegen Uniser-een case-study. In: H.G. van de Bunt e.a.
(red), De Macht van het OM
Nijmegen, Ars Aequi Libri, 1983, pp. 266- 277
Savona, E. U., M. A. Defeo Money Trails: International Money
Laundering Trends and Prevention/Control Strategies Paper
gepresenteerd tijdens
the International Conference on Preventing and Controlling Money
Laundering and the Use of Proceeds of Crime: a Global
Approach
Courmayeur Mont Blanc, Aosta Valley, 18-20 juni, 1994
Schaap, C. D., R. Rozekrans, P. C. van Duyne
Geld witwassen (1); Een probleemverkenning van de
opbrengstkant van op winst gerichte misdaad
Tijdschrift voor de Politie, jrg.54, 1992, pp. 107-112
Schaap, C. D., R. Rozekrans en P. C. van Duyne
Geld witwassen (2); Een probleemverkenning van de
opbrengstkant van op winst gerichte misdaad
Tijdschrift voor de Politie, jrg.54, 1992, pp. 152-158
Soest, J. P
van Europees witwassen. In: J. M. Reijntjes (red.),
Misdaadgeld
Arnhem, Gouda Quint, 1993, pp. 147-157
Soest, J. P. van
Van wisselaars en wisselkantorenBank- en effectenbedrijf, jrg. 44,
nr. 1, 1995, pp. 14-20 Squires, G. J.
Banking: Hallowed Halls and Hawalla Paper gepresenteerd
tijdens the International Police Exhibition and Conference
(IPEC), 1987
Udink, E.
- Criminele geldstromen:
- schijn en werkelijkheid Arnhem, Gouda Quint, SMP-Cahier,
1993 Velzen, J. A. J. van Delaware Corporations in
Nederland
z.p,z.u. mei 1995.
Werkgroep Preventief Toezicht Vennootschappen
De rol van het preventief toezicht op vennootschap en de
ontbinding van vennootschappen op vordering van het Openbaar
Ministerie bij het tegengaan van vennootschapscriminaliteit
Ministerie van Justitie, Den Haag, 1992
Wyngaert, C. van den E.U.-fraude en strafrecht: waarom komen er
zo weinig fraudegevallen voor de strafrechter? In: Fijnaut e.a
(red.),
E.G.-fraudebstrijding in de praktijk
Antwerpen, Maklu uitgevers, 1994, pp. 25-47
Zoest, S. van
De wet melding ongebruikelijke transacties. Een
literatuurstudie
Den Haag, Stageverslag VU, uitgave WODC, 1995
BIJLAGE 1
OVERZICHT VAN BEZOCHTE DIENSTEN
Zoals opgemerkt in paragraaf 1.2 zijn bij de aanvang van de
dataverzameling ten behoeve van de eerste twee delen van dit
rapport gesprekken gevoerd met vertegenwoordigers van vier BOD’s.
Genterviewd zijn achtereenvolgens:
Ministerie van Landbouw (AID),
– H.A. Kamphuis; Hoofd van de afdeling recherche van de Algemene
Inspectiedienst van het Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en
Milieu
– R. van der Linden; Hoofd van de Dienst Recherchezaken (DRZ) van
het ministerie van recherche en teamleider douanerecherche van de
Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst ( – mr. C. A. W. van
Raalten en G. J. C. M. Bakker, respectievelijk plaatsvervangend
hoofd fiscale FIOD)
directeur/hoofd van de afdeling internationale economische
recherche en plaatsvervangend – mr. J. W. C. Stalenhoef en mr. H.
C. M. Middeljans, respectievelijk plaatsvervangend hoofd van de
stafafdeling beleidszaken en juridische aangelegenheden van de
Economische Controledienst (ECD)
In het kader van de dossierstudie hebben bij de bovengenoemde
BOD’s gesprekken plaatsgevonden met diverse opsporingsambtenaren.
Daarnaast zijn – mede ten behoeve van de beschrijving in deel III –
vertegenwoordigers geraadpleegd van de volgende instanties:
- Interregionaal Team Noord- en Oost Nederland
- Regiopolitie Gelderland-Midden (BFO en Bureau Fraude)
- Regiopolitie Gelderland-Zuid (BFO en Bureau Fraude)
- Regiopolitie Twente (BFO en Divisie georganiseerde
criminaliteit) - Regiopolitie Amsterdam-Amstelland (AFO en Bureau
Fraude) - Regiopolitie Utrecht
- Regiopolitie Haaglanden (BFO)
- Korps landelijke politiediensten; divisie Centrale Recherche
Informatie (CRI): Financile Politiedesk (Finpol) en de afdeling
forensische accountancy - Arrondissementsparket Arnhem
- Afdeling Rechtspersonen van de Directie Criminaliteitspreventie
van het ministerie van Justitie - Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT)
- Een Nederlandse bankinstelling
Tenslotte hebben verschillende gesprekken plaatsgevonden met mr.
H.A.C. Smid, Landelijk (MOT-)Officier van Justitie.
BIJLAGE 2
CASUSBESCHRIJVING
CASUS 1
- Activiteiten:
- Aaneenschakeling van gevallen van
oplichting/flessentrekkerij. - Werkwijze:
- De verdachtengroep nam talrijke BV’s over. Als nieuwe directeur
werd een katvanger naar voren geschoven. De rechtspersonen werden
leeggeplunderd of gebruikt om leveranciers op te lichten. - Groep:
- De vijf hoofdverdachten kenden elkaar al jaren en opereerden in
wisselende samenstelling. Van een van de hoofdverdachten lopen
lijnen naar de casussen 3 en 11. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
CASUS 2
- Activiteiten:
- BV-fraude
- Werkwijze:
- Bij bedrijven die in moeilijkheden verkeerden, introduceerde de
hoofdverdachte zich als trouble shooter. De activa werden tegen te
lage prijzen verkocht aan nieuw opgerichte rechtspersonen, waar een
stroman van de hoofdverdachte tot directeur benoemd was. Vervolgens
werden de kaalgeplukte ondernemingen naar een faillisement geleid,
de schuldeisers met grote vorderingen achterlatend. Door middel van
niet-geregistreerde optiecontracten – waarin het recht tot
terugkoop van de aandelen tegen de nominale waarde werd bedongen –
kon de hoofdverdachte achter de schermen wel beleidsbepaler blijven
in de BV’s van zijn stromannen. - Groep:
- De hoofdverdachte – een uitermate autoritaire en charismatische
persoonlijkheid -, werd omringd door vier stafleden, onder wie een
interne accountant. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Geschatte omvang van de schade: minimaal 14 miljoen gulden;
geschat wederrechtelijk verkregen voordeel van de hoofdverdachte:
minimaal 5 miljoen gulden.CASUS 3
- Activiteiten:
- Oplichting en BV-fraude.
- Werkwijze:
- De verdachtengroep, zich verschuilend achter talrijke
rechtspersonen, pleegde oplichting door zich voor te doen als
kredietverstrekker. De Duitse bedrijven die als gevolg daarvan het
schip in gingen, verkeerden alle in ernstige financile
moeilijkheden en konden langs reguliere weg geen krediet meer
verkrijgen. In ruil voor een voorschot kregen de benadeelden de
beschikking over – naar later bleek – ongedekte cheques.
Verschillende leden van de verdachtengroep maakten zich tevens
schuldig aan grootschalige oplichting en flessentrekkerij in
Nederland en Belgi. De daarbij gehanteerde werkwijzen vertoonden
sterke overeenkomsten met de modi operandi in casus 1. - Groep:
- De omvang van de groep werd geschat op zo’n 30 35 mensen, van
wie er vijf als hoofdverdachten werden aangemerkt. De netwerken van
casus 1 en casus 3 overlappen elkaar gedeeltelijk. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
CASUS 4
- Activiteiten:
- Oplichting; misbruik van het systeem van voorcrediteren, dat
gangbaar is binnen financile instellingen. - Werkwijze:
- De verdachtengroep nam ruimschoots de tijd om een
topfunctionaris van een Nederlandse bank van de kredietwaardigheid
van hun bedrijven te overtuigen. Men beoogde hiermee de 1A-status
te verkrijgen, inhoudende dat de bank op basis van een cheque
onmiddellijk tot uitbetaling zou overgaan, dat wil zeggen zonder de
incasso van de cheque bij de bank van de verzender af te wachten.
Toen eenmaal voldoende vertrouwen gewekt was, sloeg de criminele
groep met behulp van ongedekte cheques in korte tijd haar
slag. - Groep:
- De fraude is gepleegd door een vanuit het Midden-Oosten
opererende dadergroep. De bij de Nederlandse bank werkzame
topfunctionaris was hetzij medeplichtig, hetzij naef en verblind
door de charismatische uitstraling van de hoofdverdachte. - Geschatte omvang van de schade:
- 80 miljoen gulden.
CASUS 5
- Activiteiten:
- Oplichting/beleggingsfraude.
- Werkwijze:
- Zo’n 400 kleine beleggers werden de termijnhandel ingepraat.
Met deze handel wordt gepoogd winst te halen uit prijsschommelingen
op de goederen- en valutamarkt. De meeste beleggers maakten op
papier aanvankelijk een beetje winst en werden vervolgens
overgehaald de inleg te verhogen. De essentie van de fraude was dat
er in het geheel niets werd belegd. De schijn werd gewekt dat de
orders via een Duits bemiddelingskantoor doorgesluisd werden naar
een in Zwitserland gevestigde beursmakelaar. De laatste bleek
echter niet in Zwitserland werkzaam te zijn: via een automatische
telefonische doorschakeling werden de orders doorgeleid naar een
back office in Nederland. - Groep:
- De regie was in handen van drie personen, onder wie twee
Nederlanders. Slechts een harde kern van medewerkers binnen de
Nederlandse verkooporganisatie en het Duitse bemiddelingskantoor
was van de fraude op de hoogte. Niet alleen de beleggers, ook het
overgrote deel van het personeel werd in de waan gelaten dat de
orders die naar Zwitserland werden doorgebeld, aldaar ook
daadwerkelijk werden uitgevoerd. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 22 miljoen gulden.
CASUS 6
- Activiteiten: Volledig papieren BTW-fraude:
- fictieve leveringen met fictieve goederen.
- Werkwijze:
- De hoofdverdachte kocht in samenwerking met zijn boekhouder via
een tussenhandelaar zo’n 100 Nederlandse en buitenlandse
rechtspersonen. De vestigingsplaatsen van de Nederlandse BV’s
werden verspreid over heel Nederland. Met behulp van dit
uitgebreide netwerk werd een grensoverschrijdende BTW-carrousel
opgezet, die uitwaaierde over verschillende lidstaten van de EU. In
feite was van reguliere handel in het geheel geen sprake: zowel de
goederen als de leveringen daarvan bleken fictief. Nadat
voorbelasting was gecreerd door middel van fictieve binnenlandse
aankopen, vonden fictieve intracommunautaire leveringen plaats
tegen het nultarief. Vervolgens werd de voorbelasting van de
belastingdienst teruggevorderd. - Groep:
- De hoofdverdachte en zijn stafleden zijn reeds jaren bekend bij
de opsporingsinstanties en zijn geverseerd in BTW-fraude. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 2 miljoen gulden.
CASUS 7
- Activiteiten:
- BTW- en accijnsfraude, die zich voornamelijk afspeelde in de
oliebranche. - Werkwijze:
- De essentie van de fraude was dat de T-documenten niet werden
aangeboden aan de douane op de plaats van bestemming, maar werden
vernietigd. Alleen het terugmeldingsstrookje van het zogenaamde
vijfde exemplaar werd aan de expediteur overhandigd. Aangezien dit
strookje met behulp van omgekochte douaniers was voorzien van een
douanestempel werd de schijn gewekt als zou het desbetreffende
T-document aldaar bij de douane zijn aangeboden. - Groep:
- Het opsporingsonderzoek heeft zich gericht op het aandeel van
de Nederlandse betrokkenen, de zogenaamde groep Z. Vanwege de
contacten met enkele douanebeambten vormde deze groep voor
verschillende fraudeurs een belangrijke tussenschakel. Tot de
hoofdverdachten behoorden een Amerikaan, die nauwe contacten
onderhield met de Cosa Nostra en een Nederlander, die zich in Belgi
had opgewerkt tot een Octopus in olieland. De laatste had in de
Benelux een uitgebreid distributienetwerk opgebouwd voor de als
gevolg van de fraude aanzienlijk in prijs gedaalde olie. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 100 miljoen gulden.
CASUS 8
- Activiteiten:
- BTW-carrousel.
- Werkwijze:
- Deze fraudezaak draaide om een grensoverschrijdende
BTW-carrousel tussen Nederland en Belgi. Er werd gefraudeerd met
echte goederen, respectievelijk textiel, partijgoederen en
audio-/video-apparatuur. De primaire activiteiten van de
organisatie bestonden uit het fingeren van intracommunautaire
leveringen (ICL’s) en het niet-aangeven van intracommunautaire
verwervingen (ICV’s). De bestuurders van de bedrijven in de
fraudecarrousel die hun ICV niet opgaven, waren stromannen, die
veelal in horecagelegenheden waren benaderd. De desbetreffende
bedrijven beschikten niet over activa, zodat de fiscus in geval van
ontmanteling niet over invorderingsmogelijkheden beschikte.
Bovendien werden niet-indieners op gezette tijden uit de carrousel
gehaald en vervangen door andere plof-BV’s. Als gevolg van de
fraudeconstructie konden de goederen tegen een aanzienlijk
gereduceerde prijs op de legale markt worden gebracht. Tot de
afnemers behoorde een aantal gerenommeerde ondernemingen. - Groep:
- De hoofdverdachten hadden verscheidene justitile antecedenten
op het gebied van BTW-fraude en werkten op ad hoc basis samen met
verschillende Belgische counterparts. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
CASUS 9
- Activiteiten:
- BTW- en EU-fraude.
- Werkwijze:
- Een handel in levend vee dat op papier vanuit Polen via de EU
naar Noordafrikaanse landen vervoerd werd. De runderen werden
echter in werkelijkheid op de Europese markt gebracht. - Groep:
- Bij de frauduleuze activiteiten waren Poolse, Nederlandse en
Spaanse verdachten betrokken. De laatsten droegen met behulp van
een omgekochte douanier zorg voor het afstempelen van de
T-documenten. Een van de Nederlandse hoofdverdachten kwam ook in
beeld in casus 11. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 30 miljoen gulden.
CASUS 10
- Activiteiten:
- EU-fraude in de textielsector.
- Werkwijze:
- Invoer van textiel uit het verre oosten via een omleidingsland
teneinde beperkende invoermaatregelen in de EU te omzeilen. Tussen
de im- en exporteurs en de overige bij de transactie en het vervoer
betrokken personen werden valselijk opgemaakte stukken uitgewisseld
teneinde de invoer van de textielgoederen van een schijnbaar legale
status te voorzien. De textiel vond, dankzij de coulante houding
van de afnemers, uiteindelijk moeiteloos zijn weg in het wettige
handelscircuit. - Groep:
- Er bestaan sterke aanwijzingen dat de fraude werd georganiseerd
door een Aziatisch misdaadsyndicaat, maar nadere informatie
daaromtrent ontbreekt. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
CASUS 11
- Activiteiten:
- EU-fraude in de zuivelsector.
- Werkwijze:
- Ontduiking van de heffing op Oosteuropees melkpoeder. De
formaliteiten rondom de T1-documenten werden omzeild door de schijn
te wekken dat aanzuivering van deze documenten reeds had
plaatsgevonden: het terugmeldingsstrookje werd daartoe van een
valse stempel voorzien en teruggestuurd naar de douane-expediteur.
Enkele reguliere zuivelbedrijven behoorden tot de vaste afnemers
van de melkpoeder. - Groep:
- Op daderniveau was er sprake van een samenwerkingsverband
tussen een Oosteuropees en een Nederlands netwerk. Deze fraudezaak
is overigens atypisch in tweerlei opzicht: in de eerste plaats
doken enkele hoofdverdachten op die zich voorheen binnen de
drughandel gemanifesteerd hadden. Daarenboven werd door zowel
enkele Nederlandse als buitenlandse verdachten een buitensporige
mate van geweld tentoongespreid. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 28 miljoen gulden.
CASUS 12
- Activiteiten:
- Produktie van en handel in verboden groeibevorderaars in de
mestkalverenindustrie. - Werkwijze en groep:
- De produktie van de illegale middelen vond plaats in een
laboratorium van een in beginsel wettige onderneming. Hierbinnen
had een harde kern van daders een illegale, lucratieve bedrijfspoot
opgebouwd. De afzet van het middel aan de veehouders geschiedde
door tussenkomst van dierenartsen, die daarvoor een provisie
ontvingen. Bij het onderhavige fraudegeval waren verschillende
wettige marktpartijen verwijtbaar betrokken . Om te beginnen de
dierenartsen die bereid waren als tussenhandelaar te fungeren en in
de tweede plaats de houders van mestkalveren die de
groeibevorderaars afnamen. - Geschat wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Schattingen lopen uiteen van 8 tot 36 miljoen gulden
CASUS 13
- Activiteiten: Merkvervalsing:
- produktie- en assemblage van nagemaakte merkhorloges.
- Werkwijze:
- De produktie van de horloges vond plaats in een werkplaats in
het zuiden van het land. De onderdelen waren afkomstig uit het
buitenland en werden, om de kans op ontdekking te verkleinen,
afzonderlijk van elkaar geleverd. - Groep:
- De hoofdverdachte had de produktiewerkzaamheden opgedragen aan
een drietal medeverdachten. Zelf hield hij zich meer bezig met de
logistiek van de operatie. Net als in casus 10 bestaan er sterke
aanwijzingen dat de fraude werd georganiseerd door een Aziatisch
misdaadsyndicaat, maar nadere informatie daaromtrent
ontbreekt. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
CASUS 14
- Activiteiten:
- Oplichting/flessentrekkerij in de vleessector.
- Werkwijze:
- Om vertrouwen te wekken bij vleesleveranciers werden
bestellingen aanvankelijk tijdig betaald. De leveranciers werden
aldus bewogen grotere partijen vlees te leveren, die niet of
slechts gedeeltelijk betaald werden. Wanneer door de levenranciers
de druk op de in gebreke blijvende rechtspersonen werd opgevoerd,
werden deze ontmanteld en leeg achtergelaten. - Groep:
- De organisatie draaide op drie poten: inkoop, verwerving en
verkoop. Er was sprake van n (charismatisch) leider, die
gesecondeerd werd door drie stafleden. Daarnaast figureerde een
groot aantal stromannen. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 5 miljoen gulden.
CASUS 15
- Activiteiten:
- BTW-fraude; fictieve intracommunautaire leveringen van
audio-/video-apparatuur. - Werkwijze:
- De Nederlandse verdachtengroep deed het voorkomen alsof
audio-/video-apparatuur werd geleverd aan Belgische bedrijven. Bij
de belastingdienst werden valse aangiften gedaan om de
voorbelasting terug te vragen. De aangiften werden vergezeld door
Benelux 50-papieren die voorzien waren van valse douanestempels. De
goederen werden zwart afgezet op de Nederlandse markt. - Groep:
- De hoofdverdachte werd in Nederland geassisteerd door zijn
vrouw en dochter, een administratrice en een accountant. In Belgi
beschikte men over contacten met beruchte BTW-fraudeurs. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 3 miljoen gulden.
CASUS 16
- Activiteiten:
- Oplichting.
- Werkwijze:
- Oplichting van een non-profit-instelling door aanbieding van
fictieve waardepapieren. Ironisch genoeg liet een van de fraudeurs
zich door toedoen van een nietsvermoedende tussenpersoon, aan wie
hij zijn geld had toevertrouwd, op identieke wijze beetnemen. - Groep:
- De organisatoren van de tweede fraudecirkel waren een
Amerikaan, die nauwe banden onderhield met de Cosa Nostra, en een
Nederlander. Zij combineerden de oplichting van de bovengenoemde
intermediair met die van een gepensioneerde Amerikaanse
chirurg. - Geschatte omvang van de schade:
- Minimaal 9 miljoen gulden.
CASUS 17
- Activiteiten:
- Poging tot oplichting van een bankinstelling.
- Werkwijze:
- De hoofdverdachte liet een medeplichtige die werkzaam was bij
een bank, een onjuiste betalingsopdracht opmaken. Het geld – 18
miljoen gulden – werd overgeboekt naar een rekening in Zwitserland.
De bedoeling was het geld direct om te zetten in diamanten. Deze
zouden worden geleverd door een diamantair. Omdat de levering van
de diamanten stagneerde, kreeg de Zwitserse bank de mogelijkheid de
transactie nog eens na te kijken, waardoor de fraude op het
allerlaatste moment verijdeld werd. - Groep:
- De hoofdverdachte beschikte over een groot aantal justitile
antecedenten, vooral op druggebied. Hij werkte in deze zaak nauw
samen met een bij de bank werkzame uitzendkracht. - Geschatte omvang van de schade:
- Niet van toepassing.
CASUS 18
- Activiteiten:
- BTW- en accijnsfraude in de tabakssector.
- Werkwijze:
- Sigaretten en bijbehorende T1-formulieren werden vanuit
Zwitserland naar Rotterdam gebracht. Daar werden de formulieren zo
ingevuld dat de schijn werd gewekt dat de sigaretten via
Zuid-Spanje werden gexporteerd naar landen buiten de EU. De
T1-formulieren werden in Spanje vals afgestempeld, zodat het leek
alsof de sigaretten de EU inderdaad verlaten hadden. In
werkelijkheid werden ze zwart afgezet binnen de EU. - Groep:
- De criminele organisatie werd geleid vanuit Zwitserland door
een Italiaanse hoofdverdachte. De organisatie maakte gebruik van
Nederlandse expeditiebedrijven. - Schade en/of wederrechtelijk verkregen voordeel:
- Onbekend.
BIJLAGE 3
LIJST VAN AFKORTINGEN Tabel