april 1998
inhoud
inleiding De nieuwe kleren van de ROS
Bekentenissen van een anarchiste
Donder & bliksem: het marini-proces
Bericht uit de isoleer
Verdeel en heers
…ondertussen in Turijn…
adressen
Inleiding
Beste lezer, alvast bedankt dat je de moeite genomen hebt om deze Uitbraak op te zoeken – de derde alweer (en dan hebben we het “collectors-item” nr. 2,5 niet eens meegerekend …)
Het was ons liever geweest als dit blad niet had hoeven verschijnen, maar helaas.. De repressie in Italië tegen anarchisten laat niet af – het Marini-proces is in volle gang en zal nog zeker tot na de zomer voortslepen.
Hoe het af zal lopen weet niemand – er zijn tekenen die erop lijken te wijzen dat de rechtbank in Rome nu ook genoeg begint te krijgen van Marini’s fratsen: verschillende verdachten (maar lang niet allemaal) zijn op vrije voeten gesteld – of hebben huisarrest gekregen in plaats van voorarrest – en er was een vette ruzie tijdens de laatste zitting tussen de president van de rechtbank en Marini, toen deze weer eens op onbeschaamde (èn onrechtmatige) wijze zijn zwijgzame en vergeetachtige “kroongetuigen” het antwoord dat hij wilde horen in de mond legde…
Anderzijds is het feit dat zovelen al zo lang in voorarrest vastzitten een teken aan de wand van de handelswijze van justitie, net als het schandalige ROS-rapport. En de recente gebeurtenissen in Turijn, waar de arrestatie van enkele anarchisten de aanleiding vormde voor een “warme” lente, geven aan dat de intimidatie en repressie van de Italiaanse staat gewoon doorgaat.
Om dichter bij huis te blijven: de grove arrestatie van Paola Lo Vecchio, een vlekkeloze samenwerking tussen een Italiaans en een Nederlands arrestatieteam, en de weigering van de kant van de Nederlandse Justitie om haar op vrije voeten te stellen, in afwachting van een eventuele uitlevering, tonen weer eens aan waar het in het eengeworden Europa naar toe gaat. De Nederlandse justitie verschuilt zich achter de Italiaanse – die een hele papierwinkel vol stempels en leugens opstuurt – en wil niet nagaan wat er eigenlijk aan de hand is. “Italië is immers een bevriende rechtstaat”. Laat ons niet lachen – nog afgezien vande vraag wat degenen die zich verzetten tegen de autoriteiten van de “rechtstaat” te verwachten hebben.
In dit nummer – wegens ruimtegebrek – géén plaatjes, wèl veel informatie over de laatste ontwikkelingen, een enkele poging om nogmaals een overzicht te geven van de hele zaak (waarbij het niet te vermijden was dat sommige dingen meerdere malen vermeld werden) en – last but not least – een aantal artikelen van de hand van Paola Lo Vecchio vanuit de gevangenis in Zwolle.
We hopen dat je je niet laat intimideren door de hoeveelheid informatie over deze haast grotesk aandoende vertoning – maar dat je hieruit je conclusies trekt en ernaar zult handelen…
de medeplichtigen door solidariteit
De nieuwe kleren van de ROS of:
hoe construeer ik een aanklacht tegen mijn vijanden?
Voor wie het nog niet weet of niet helemaal meer weet – of het niet wil weten – volgt hier een samenvatting van de gebeurtenissen rond het Marini-proces. Het is ook een poging te begrijpen waarom dit juist nu, juist op deze manier plaatsvindt. Het proeven van oude wijn in oude zakken.
Dinsdag 17 september 1996
Vroeg in de morgen. Honderden zwaar bewapende Carabinieri van de ROS (Reparto Operazioni Speciali) bestormen de woningen van zo’n 70 anarchisten in heel Italië.
Dit is het spectaculaire begin van de tweede fase van een juridische operatie die officieel op 16 November 1995 van start gegaan was toen tegen 68 personen een onderzoek in gang gezet werd. Op voordracht van twee gevolmachtigde officieren van justitie ondertekend onderzoeksrechter Claudio D’Angelo de arrestatiebevelen tegen 29 anarchisten (m/v), die beschuldigd worden van; deelname aan een bewapende bende en subversieve criminele vereniging, en bezit van wapens en explosieven (vergelijkbaar met artikel 140 in Nederland).
Enkele uren later toont officier van justitie Marini tijdens een persconferentie de resultaten: de bewapende bende draagt de exotische naam ORAI (organizzazione rivoluzionaria anarchica insurrezionalista), een naam waarvan niemand eerder gehoord heeft. Een fantoom-organisatie, die nooit iets opgeeist heeft. Deze bende zou zichzelf gefinancierd hebben met overvallen en zou in samenwerking met gewone criminelen ontvoeringen georganiseerd hebben. Het geld zou gebruikt zijn om enkele anarchistische bladen (Anarchismo, ProvocAzione, Gas, Canenero) uit te brengen.
Om bij voorbaat elke twijfel uit te sluiten vond Marini het nodig erop te wijzen dat het hier niet een aanval op ideeën betrof: In een echte democratie kan ieder zijn mening geven, wat die ook is. Ook de anarchisten kunnen, indien ze hun politiek op eerlijke manier bedrijven, een bijdrage aan de macht bieden, die de individuele rechten respecteert. Ofwel: vele anarchisten in Italië en in de hele wereld zijn eerlijke mensen – maar deze niet. Dit zijn niets anders dan gewone criminelen, met een onverklaarbare neiging de democratische orde omver te willen werpen. En zoals elke respectabele bende moet ook deze een aanvoerder hebben: het zou Alfredo Bonanno zijn, een zeer bekende anarchist. De pers van elke kleur slikt het jaren 70-woordgebruik dat ingezet wordt om de geest van het terrorisme weer tot leven te wekken.
Het hoe en waarom van een juridisch onderzoek
Er zijn vele redenen die de activiteiten van het romeinse parket rechtvaardigen, en wie ze wil weten hoeft alleen maar even verder te lezen. Maar deze redenen, die sinds jaar en dag in de hersenen van enkele officieren van justitie rondspoken, hadden een concrete aanleiding nodig om aan het daglicht te komen.
Op 9 september 1994 werden vijf anarchisten in Serravalle di Trento gearresteerd wegens een bankoverval. Een van hen wordt in eerste instantie vrijgesproken, alle anderen worden negen maanden later in hoger beroep tot tenminste drie jaar en vier maanden veroordeeld. Vanaf het begin was er een tamelijk sterke solidariteit met de arrestanten, hetgeen zich uitte in diverse initiatieven in heel Italië.
Maar rechter Carlo Ancona probeerde, volgens een oud scenario dat de rechterlijke macht welbekend is, reeds in april 1995 de vier gevangenen nog twee bankovervallen aan te smeren die in dezelfde omgeving plaatsgevonden hadden en waarvan de daders nooit gepakt waren. Het proces over deze nieuwe feiten werd vastgesteld voor 13 oktober 1995 in Trento.
Maar de zittingen worden zonder dat iemand weet waarom, steeds maar uitgesteld, tot na de 16e november, de dag waarop de razzia’s en huiszoekingen in heel Italië plaatsvinden en het speurwerk van Marini aan het licht komt.
Als op 9 januari 1996 het proces in Trento hervat wordt, verkondigd officier van justitie Bruno Giardina dat Mojdeh Namsetchi, de ex-vriendin van een van de gearresteerde anarchisten, sinds enkele maanden met het parket in Rome en Trento samenwerkt. Tijdens de zitting van 16 januari verklaart het meisje – dat nooit anarchiste geweest is en ook nooit aan enige manifestatie van de beweging deelgenomen had – dat zij zelf samen met de andere verdachten die bankovervallen gepleegd had. De gaten in haar geheugen bij het beschrijven van de feitelijke gebeurtenissen maken duidelijk dat ze liegt. Deze jongedame weet zich helemaal iets te herinneren van wat zich in en buiten afgespeeld heeft: ze herinnert zich niet welke kleding de rovers droegen, niet hoe de bank heette, niet of er een pistool uit haar handen gevallen was en of het afgegaan was; ze herinnert zich niet of en wanneer ze uit de trein gestapt is. Het enige wat ze weet te melden zijn de namen van diegenen die aan de bankroof meegedaan zouden hebben, en ze weet min of meer te vertellen in wat voor auto ze gevlucht waren – een kleine auto waar ze kennelijk met zijn zessen ingestapt waren.
Maar voor de rechtbank in Trento is dat genoeg om de verdachten te veroordelen. Volgens de uitspraak is Mojdeh Namsetchi nu in alle opzichten eengeloofwaardige; kroongetuige van justitie geworden, en daarmee is de weg gebaand voor het parket van Rome, dat haar nu kan inzetten in hun eigen onderzoek.
Maar als ze ons nu vertellen dat Mojdeh Namsetchi al enkele maanden voor aanvang van het eerste proces met justitie was gaan samenwerken rijst natuurlijk de vraag: waarom worden haar verklaringen pas een jaar later gebruikt? De enige reden daarvoor is, dat justitie tijd nodig had om hun aanklacht en hun these beter te kunnen construeren. Nadat de generale repetitie in Trento met vallen en opstaan verlopen was, is de nep- spijtoptante klaar voor haar grote optreden in Rome. Hoewel er geen nieuwe feiten opduiken, worden door haar ;verklaringen; nieuwe arrestaties mogelijk gemaakt. En wat voor verklaringen! Ontvoeringen van personen die beraamd werden op plekken waar Jan en Alleman in en uit liep; moorden waarover in openbare plenaire bijeenkomsten gediscussieerd werd, met naam en toenaam van wie het uitgevoerd had; zaken die aan het waanzinnige grenzen.
Door het vonnis vanTrento werd voor de nep-kroongetuige een geloofwaardigheid vastgesteld, die het mogelijk maakte over te gaan tot het construeren van een organisatie waarvan Mojdeh Namsetchi zelf lid geweest zou zijn. Hoe kan men beter een these van een niet-bestaande bewapende bende opstellen, dan door middel van een persoon die er zelf aan deelgenomen zou hebben? Intussen werden in cassatie alle veroordelingen van een proces geannuleerd (het gaat hierbij om het proces van de ontvoeringszaak Silocchi, waarbij enkele anarchisten veroordeeld waren) en ook een deel van de processen in Trento, voor wat betreft een der verdachten. Maar voor de rechter blijft kroongetuige Namsetchi haar geloofwaardigheid behouden.
De redenen hiervoor.
Enerzijds schrikt de macht van het feit dat er mannen en vrouwen zijn die ondanks de tijdgeest en de heersende kritiekloze houding die schijnt te bestaan tegenover staat en kapitaal, nog steeds van mening zijn dat opstand het uitgangspunt van een mogelijke revolutie kan zijn, om de tirannie van de autoriteiten te beëindigen; anderzijds schrikt de staat van al die anonieme mensen die duizenden acties gedaan hebben gericht tegen heerschappij en uitbuiting.
Het probleem is duidelijk: de staat slaagt er niet in diegenen te vinden die in het verleden dergelijke acties uitgevoerd hebben, zoals hij er ook niet in slaagt de verantwoordelijken voor de aanslag tegen het Palazzo Marino in Milaan van 25 april 97 te vinden. En het zal in de toekomst net zo moeilijk zijn degene te vinden die toekomstige aanvalsacties tegen hem zal uitvoeren. Omgekeerd kent hij echter diegenen die dergelijke acties in het openbaar steunen. In zijn onvermogen die acties te stoppen, blijft hem niets anders over dan te proberen de idee te blokkeren, met de vruchteloze hoop op die manier de acties te kunnen beëindigen. Maar de ideologie van de democratie, de muziek die de onderdanen in slaap wiegt, is gebaseerd op de belofte dat men vrij is om zijn ideeën te verkondigen, hoe extreem die ook is. Daarmee wil de democratie duidelijk maken en verkondigen dat men een idee niet mag onderdrukken. Hoe moet deze hindernis omzeild worden zonder meteen de leugens aan het licht te brengen die de democratische ideologie eigen zijn?
Dat is snel uitgelegd: de autoriteiten van de staat verzinnen een militair-achtige structuur, gebaseerd op twee niveaus – een openbare, legale, waartoe talrijke bekende anarchisten behoren en die zich bv. bezighoudt met het uitgeven van bladen. Het ander niveau is verborgen en illegaal, en hiertoe behoren alle tot nu toe gearresteerde anarchisten – die men uiteenlopende acties kan toeschrijven, acties die echter vanwege de eenvoudige middelen die ingezet waren door letterlijk iedereen uitgevoerd zouden hebben kunnen zijn.
Op die manier is het meteen twee keer raak: enerzijds treft het de anarchisten die al gevangen zitten, aangezien ze ervan beschuldigd worden die acties op hun geweten te hebben, anderzijds kan men zo degenen onderdrukken die volgens de staat als officiële verspreiders van de ideeën optreden. Dat verklaart meteen de haast waarmee officier van justitie Marini meende te moeten verklaren dat het hier niet een proces tegen ideeën betrof, terwijl het echter wel degelijk daarover gaat.
Het enige wat de anarchisten die door dit onderzoek getroffen zijn verbind, is de anarchistische gedachte, en zeker niet de militantie van een speciale bewapende organisatie, die nooit bestaan heeft. Al bestaan er heden ten dage geen subversieve bewegingen die werkelijk in staat zijn de heersende orde te bedreigen, toch vreest de macht de kleine tekenen van ontevredenheid die men niet kan ontkennen en die in een opstandig projekt zouden kunnen uitmonden (of omgekeerd). Wat is dus effectiever dan het bedenken van een bewapende bende?
Daarmee bereikt men tegelijk:
- de mogelijkheid om talrijke anarchisten jarenlang het zwijgen op te leggen, ook zonder specifieke aanklachten tegen hen – iets wat niet gelukt is met de talrijke processen die gevoerd zijn wegens oproep tot- en rechtvaardiging van strafbare feiten, kraakactiviteiten enz.;
- dat zij die zich solidair verklaren met de gevangen kameraden gecriminaliseerd worden, maar ook wie geen vaste betrekking heeft, wie zich ophoudt in niet gelegaliseerde panden – kortom eenieder die zich niet onderdanig aanpast;
- het bewijs, dat ook de tegenstanders van de autoriteit zich op autoritaire wijze organiseren, hetgeen tevens zou inhouden dat er geen manier bestaat om controle en hiërarchie te ontlopen;
- de gelegenheid de illusie op te frissen, dat er als antwoord op een kommervol overleven, een afwachtende houding, het je erbij neerleggen en het impliciet erkennen van de macht niets anders bestaat dan de bewapende organisatie – een verlengstuk van de politiek met andere middelen. Eenieder die nu nog het woord verzet gebruikt staat bij voorbaat buitenspel;
- de bevestiging dat deze opstandige lieden de laatste spoken van de stuiptrekkende revolutionaire ideologie zijn;
- het intimideren van eenieder bij wie de handen nog steeds jeuken – in subversieve zin – ; zij moeten er preventief op gewezen worden wat je zal gebeuren als je voortdurend de macht blijft bekritiseren.
Dit zijn de redenen waarom de heerschappij zich presenteert als almachtig. De democratie is de vrijheid. Een revolte tegen de vrijheid is ondenkbaar, dus bestaat niet. Iedereen zal aan het verstand moeten worden gebracht dat er niets gedaan kan worden tegen de democratische status quo. En als het toch gebeurd, dan zijn er terroristen aan het werk geweest, on-mensen dus, wier motieven toch niet serieus genomen hoeven te worden.
Voor de uitgebuitenen die niet toe willen treden tot een specifieke bewapende organisatie, blijft volgens deze gedachtengang niets anders over dan het wettelijk erkende protest – het protest dat de macht toestaat en dat geen bedreiging vormt. Het resultaat van deze totalitaire logica is de totale onmogelijkheid van elke verandering.
De cirkel sluit zich.
Op 20 oktober 1997 werd in Rome, in de bunkerrechtszaal van de Rebibbia-gevangenis, de eerste zitting gehouden van het proces tegen een 60-tal personen, die aangeklaagd waren wegens bewapende bendevorming en subversieve vereniging (de zitting werd direkt verdaagd tot 1 december). Vele van de aangeklaagden zijn anarchisten – verklaarde tegenstanders van elke autoriteit. Deze zaak, die zoals gezegd inmiddels al enkele jaren sleept, heeft in de Italiaanse media weinig aandacht gekregen; beter gezegd: alleen die keer toen ze door de inquisiteurs op hun manier daartoe uitgenodigd werden. Vreemd eigenlijk, zou men denken: tot enkele jaren geleden haalden dit soort processen de voorpagina’s. Maar dat waren andere tijden, toen het maat-schappelijk gistte. De staat genoot weinig vertrouwen en gebruikte de strijd tegen het terrorisme om een deel van het verloren prestige terug te winnen. Daarna volgden spoedig de strijd tegen drugs en mafia: vele imaginaire draken die speciaal geschapen werden om de ridders van de staat de kans te geven een over-winning te halen – om op die manier de zege van het volk te krijgen.
Tegenwoordig bestaat algemene instemming met de staat. Niets schijnt hem te kunnen treffen. De handen van hen, die ons regeren, zijn dan misschien niet helemaal schoon – maar ze zijn niet gebonden en grijpen elke mogelijkheid om het bestaande naar hun wens en voorstelling te herscheppen. Alleen al daarom kan men beter geheim houden dat er zelfs op de drempel van het jaar 2000 nog een paar dommeriken zijn die nog steeds de wens koesteren elke macht te vernietigen.
Twintig jaar geleden was de beste manier om de gedachte aan een sociale revolutie uit te bannen simpelweg er zoveel over te praten dat alles in een zee van kletspraat verdronk. Tegenwoordig wordt dit proces omgekeerd: niemand mag het erover hebben, niemand mag zich ervoor interesseren. En zouden er toch een paar figuren zijn die overtuigd zijn van de mogelijkheid en de noodzaak van een wereldwijde maatschappelijke verandering, dan kunnen die beter achter slot en grendel worden opgeborgen. Maar wel discreet alstublieft, per slot van rekening leven we in een democratie!
uit: il ROS è nudo
Bekentenissen van een anarchiste
Deze brief schreef Paola Lo Vecchio ter gelegenheid van de info-avonden van april ’98 over de repressie tegen anarchisten in Italië.
Zij is zelf eind januari in Amsterdamopgepakt in verband met deze zaak, (zie elders in deze uitgave), en in afwachting vanhaar uitwijzing “bekent” zij haar “zonden”.
Knoop het in uw oren allemaal!
Zwolle 28 maart 98
Ergens in Italië verwacht iemand dat ik mijn misdaden zal bekennen. En ik ben er zeker van dat sommigen in Nederland dat eveneens verwachten; het zou het veel makkelijker maken om politiek en juridisch met deze zaak om te gaan.
Welnu… juridisch zou het waarschijnlijk helemaal niets uitmaken. Nederland zal me hoe dan ook uitwijzen. Maar indien ik mijn zonden zou bekennen zou er bovendien een morele rechtvaardiging zijn voor het toepassen van de wet. O.K.! Hier volgt mijn bekentenis. Open uw oren, heren jagers.
In een van de bekendste Nederlandse kranten is een artikel verschenen over mij, en over mijn situatie meer in het algemeen. Men overviel mij er mee, ik wist niets van een interview. Ik heb het artikel nog niet gelezen, maar ik verwacht dat de journalist datgene wat voor mij het belangrijkst is niet verteld heeft. En dat is dit: ik ben Paola, ik ben anarchiste en ik ben niet de enige die bij deze situatie betrokken is. Deze zaak zal niet afgedaan zijn als ik al dan niet uit de gevangenis ontslagen zal zijn. Het zou niet eens afgedaan zijn indien alle anarchisten in Italië vrijgelaten zouden worden, het zou fantastisch zijn natuurlijk… maar het zou niet betekenen dat de zaak gesloten is, dat onze strijd voorbij is. Uiteraard gaat het hier mede over de vele jaren gevangenis die velen van ons moeten ondergaan, maar ik wil het woord mede onderstrepen.
Waar het voor mijn gevoel werkelijk om gaat is de beschuldiging een anarchistische organisatie te zijn. Het is voor de staat niet mogelijk om op een andere manier met sociale conflicten omgaan. De staat is zelf een organisatie, dé organisatie bij uitstek. Ik zou daar zonder enige schroom aan willen toevoegen: dé criminele en terroristische organisatie. Dus hoe kunnen we verwachten dat die vriendelijke leden van deze organisatie op een andere manier zouden omgaan met conflicten, met hun vijanden?
Gewoon vervolgen die handel – en wel volgens het uiterst beperkte sjabloon dat ze altijd gebruikt hebben, bij eerdere onderdrukkingen. Het is eenvoudig toe te passen, zo lijkt het, en het herbergt weinig risico’s: door te stellen dat er een terroristische bewapende bende is kan men iedereen de stuipen op het lijf jagen en kan menigeen ertoe gebracht worden (en helaas lukt dit nog ook) een veilig heenkomen te zoeken in de verraderlijke armen van mama staat die hen wel eventjes zal beschermen tegen diegenen die hun vredige en min op meer uitgestippelde leventjes bedreigen.
Op die manier kan men op eenvoudige wijze de publieke opinie achter zich krijgen, hetgeen de machthebbers en hun justitiële apparaat in de gelegenheid stelt om op hun gebruikelijke smerige manier het verzet en diegenen die het wagen zich te verzetten te onderdrukken. Shit dit is geen hersenspinsel heren, het is een klote déja-vu!!! Kijk om je heen, kijk naar wat er gebeurd is… steeds hetzelfde liedje, steeds hetzelfde liedje. Een of andere intellectueel die in een tamelijk bekend Nederlands actieblad schrijft (sorry jongen… maar ik kan het echt niet vergeten) trapte zelf in de val (overigens… zit je er nog steeds in??). Ik herinner me dat ik hem een tijdje geleden vroeg of een artikel over de repressie tegen Italiaanse anarchisten in dat blad gepubliceerd kon worden. Het antwoord was een aarzelend ja, maar eerst moest hij weten over wat voor anarchistische organisatie het ging (terwijl het hele artikel juist inging op de redenen waarom er geen sprake kon zijn van wat voor organisatie dan ook…) immers: als de staat de anarchisten zó zwaar vervolgde zou dat kunnen betekenen dat die organisatie iets gedaan had dat de woede en de onderdrukking van de staat veroorzaakt had…
Beste intellectueel – ik grijp de gelegenheid aan om je nu te antwoorden, (nu de situatie, ik bedoel mijn persoonlijke situatie, absoluut duidelijk is) – jou en de journalist van de Volkskrant (die me overigens min of meer dezelfde vragen stelde): Ik ben geen gewelddadig persoon, ik ben niet gewelddadig van aard. Maar… als ik me aangevallen en bedreigd voel zal ik zeker reageren. En in dit systeem voel ik me vaak zo, niet slechts op een direkt, persoonlijk niveau maar ook op het niveau van de maatschappijsystemen, de wijze waarop ze georganiseerd zijn, gebaseerd op geweld, misbruik, moord, genocide, gif, vervuiling met als gevolg ziekten, dood, honger, oorlogen en zo kan ik nog wel even doorgaan, al doet het noemen van dit alles me pijn, alleen het noemen al. Ik antwoord jullie en ook hen die steeds vragen stellen over het gebruik van geweld met een wedervraag: waarom vragen jullie dat nooit aan een rechter of aan een politicus, aan een bankdirecteur of aan een politieman, of aan een soldaat die het vaderland verdedigd? Of (om het nog ingewikkelder te maken) waarom vraag je niet aan een normale burger die regelmatig belasting betaald, die elke dag als bankbediende werkt, of hij gewelddadig is of niet? Iemand die geweld ondersteund terwijl hij zichzelf verstopt achter een bureau in een bankfiliaal of in een rechtszaal. Al die verantwoordelijken voor al dit geweld met hun masker van schone gezichten en hun schone handen. Deze mensen zijn niet stom, zij weten waarom er banken zijn. Zij weten wat het verschuiven van kapitaal tot gevolg heeft voor onze wereld, onze levens.
Iedereen, elke persoon, zou zichzelf moeten beginnen afvragen wat zijn eigen verantwoordelijkheden zijn, en vervolgens een proces in gang zetten om er mee om te kunnen gaan. Waarom stel jij, journalist, niet iedereen vragen over geweld in plaats van uitsluitend een vermeend lid van een terroristische organisatie?!! Ik zal het voor eens en altijd duidelijk maken: ik ben bereid het geweld van de macht aan te vallen… Dat was zo, dat is zo, en dat zal in de toekomst zo blijven.
Welnu beste journalisten en rechters: is dat geen mooie bekentenis? Bevat het voldoende elementen om me mijn hele leven in de gevangenis op te sluiten en om de huidige vervolging tegen Paola de anarchistische heks en tegen al diegenen die er net zo over denken te rechtvaardigen? Bevat het voldoende elementen om het proces te rechtvaardigen dat momenteel gaande is, met z’n niet eens zo goed voorbereide (maar zeker wèl goed beschermde en goed betaalde) kroongetuigen – of politiecollaborateurs (hoe men ze ook wil noemen) en z’n niet bestaande bewijzen?
Ik zie het al… er zijn voldoende elementen voor jullie. (Ik hoop dat ik het laatste deel van deze zin alleen aan de justitie-sector hoef te richten).
Hoe dan ook, ik wil mijn rol spelen in dit geheel, tot het bittere einde. Dus luister heel goed naar wat ik te zeggen heb alsjeblieft: ik ben een anarchist (ja! alweer!) en ik zal mijzelf nooit of te nimmer organiseren naar jullie voorbeeld, beste leden van de staat. Organisaties, bewapende bendes liggen niet op mijn weg, het is niet mijn manier, het zijn niet mijn methoden, ze maken geen deel uit van mijn doel, mijn strijd, mijn wezen. Het is jullie manier en hou het daarbij!!
Ik zal nooit deel uitmaken van wat voor structuur dan ook, ik heb dat ook nooit gedaan, omdat elke organisatievorm een structuur is die de verbeelding, de spontaniteit, het plezier in mijn strijd om zeep helpt. Ik ben er zeer aan gehecht dat ik me aan kan sluiten bij elke strijd die me interessant lijkt, dat ik me kan bewegen naar elk terrein waarin ik me wil verdiepen. Dat ik me kan verbinden met iedereen die ik wil. Ik wil al deze zaken benaderen op mijn eigen manier, zonder enige vorm van specialisatie van een vaste rol, zonder enige leider… ruimte, ruimte voor mijn creativiteit. Dat is wat ik ben, en zo zijn ook velen van de anarchisten die betrokken zijn bij deze vervolging. Ik ben bereid hun kritiek te aanvaarden omdat ik me aanmatig hun standpunt te verwoorden.
Het verzinnen van een anarchistische organisatie voor ons heeft als doel het bedreigen van onze levens, en vernietigen van het gevaar dat het in praktijk brengen van de anarchie (op deze manier?) voor de macht inhoudt. Ik schrijf (op deze manier?) tussen haakjes omdat ik persoonlijk geen andere anarchistische manier zie.
Wij zijn niet makkelijk te controleren, we zijn als vele potentiële explosies van opstandig leven, we kunnen altijd en overal zijn. Ons verzet kan meer en meer terreinen raken en steeds meer mensen. Het alternatief dat deze vorm van verzet biedt (in tegenstelling tot de schematische manier van omgaan met conflicten vanuit een organisatie) is te opwindend en uitdagend voor wie niet bang is om te durven. En voor wie binnen – voor en met het systeem werkt is het niet eenvoudig te onderdrukken. Vandaar dat het voor de staat noodzakelijk is om deze hele strijd te reduceren tot één enkel onderwerp: organisatie. Wat bent u toch bekrompen, heren. Nee, het is me werkelijk teveel. Probeer mijn waardigheid niet te aan te tasten, want daar ben ik nogal aan gehecht, veel meer dan je denkt, veel meer. Probeer niet van mij, en van andere anarchisten, het beeld te creëren als iemand die jou plaats in wil nemen, en die daarbij dezelfde aanpak hanteert als jij. Dat is voor mijn vijanden, en voor wie eerst wil weten wie ik ben (min of meer hè??) alvorens te beslissen of hij al dan niet een aarzelende stapje zal zetten. Voor hen die zich uitspraken en die mij/ons na kwamen vóór deze brief, voor hen die nooit ophouden met zoeken, die de eindeloze innerlijke en uiterlijk strijd voelen. Voor hen die bewust zullen blijven van wat er aan de hand is, óók als Paola Nederland uitgezet zal zijn; voor hen die voelen en begrijpen dat de kwestie van vandaag, van deze info-avond, deel uitmaakt van een veel grotere zaak: Italië, Nederland, Europa en verder en breder; voor hen die van deze zaken niet een tijdelijke, folkloristische strijd maken, maar hier zijn omdat ze met mij willen delen in de strijd en min of meer hetzelfde voelen… voor jullie allemaal mijn solidariteit en veel, veel meer.
Vroeger of later zal ik naar Italië gaan, na 7 jaar in Nederland te zijn geweest. Het leert me hoezeer mijn thuis een plek zonder naam en zonder vlag is. Opnieuw vertrekken… met het sterke gevoel dat ik mijn thuis gevonden en gedeeld heb waar mijn mensen zijn. Mensen die niet bereid zijn om op te geven, nog niet.
Ik zou nu graag een glas bier met jullie delen, eerlijk waar.
Dus: Proost, op de Anarchie Paola
Uitlevering een feit
Paola zit momenteel in de vrouwen-gevangenis te Zwolle. Direct na haar arrestatie heeft haar advocaat, Ties Prakken, een schorsingsverzoek ingediend. Dit verzoek staat los van het uitleveringsverzoek zelf en ging alleen over de vraag of Paola in ieder geval de uitleveringprocedure in vrijheid kon doorbrengen. Het eerste verzoek werd al drie dagen na haar arrestatie afgewezen en ook het tweede en het derde schorsings-verzoek, op 17 februari en op 1april, werd afgewezen.
Aangezien uitlevering niet te voorkomen is, en ze, eenmaal in Italië hoogstwaarschijnlijk meteen uit de cel kan (huisarrest) heeft ze begin april ingestemd met uitlevering. Ze zal nu binnen enkele weken naar Italië worden overgebracht.
Ter ondersteuning van Paola en haar zoontje is er een gironummer ter beschikking gesteld. Giro 1250953 t.n.v. E.J. Lubbers o.v.v. Paola
Wie Paola een kaartje wil sturen moet snel zijn:
Penitentiaire Inrichting Zwolle
t.a.v. Paola Lo Vecchio
Postbus 40033
8004 DA Zwolle
Donder & Bliksem: het Marini-proces
‘
We nemen dit lange zwijgen ter kennisgeving aan’
Zitting van 9 februari 1998
‘We nemen dit lange zwijgen ter kennisgeving aan’, was één van de afsluitende opmerkingen van één van de advocaten tegen de voorzittende rechter aan het eind van de zitting van maandag 9 februari 1998. Op deze dag werd de pentita (een berouw tonende kroongetuige, vert.) opgeroepen om te verklaren. De bovengenoemde uitspraak was zeer goed van toepassing op de stemming, die in de loop van de zitting ontstond onder aanwezigen in de bunkerzaal Foro Italico in Rome. Tijdens deze zitting vond een van de belangrijkste verhoren plaats, namelijk van de pentita Mojdeh Namsetchi. De volgende zitting, op 16 februari, zal zij – zo is gepland – door de verdediging worden ondervraagd. Welbeschouwd heeft Namsetchi het beeld bevestigd dat iedereen al van haar had: dat van een persoon die zich weinig tot niets herinnert. Toen ze ter ondervraging werd overgedragen aan de officier van justitie, begon ze aarzelend te spreken over hoe zij de verschillende aangeklaagden en anarchisten kameraden had leren kennen – dit alles werd ontelbare malen gelardeerd met ‘kan ik me niet herinneren, ‘weet ik niet meer’ en de tegenwerpingen van de officier van justitie – hoe zij bij de zogenaamde ORAI was terecht gekomen. Namsetchi antwoordde dat het begon met haar relatie met Tesseri, en dat ze zodoende de andere anarchisten had leren kennen. Deze anarchisten beschuldigt zij nu in dit proces van het vormen van een subversieve vereniging en een bewapende bende. Zij heeft daarbij de feiten naar voren gebracht die in dit verband het belangrijkste zouden kunnen lijken. Omdat zij een pentita is, is zij ook zelf in dit proces aangeklaagd wegens het plegen van diverse misdaden, waaronder enkele bankovervallen. We wijzen erop dat Namsetchi zich over de bankovervallen niets meer kan herinneren, ze kan zich haar taken niet meer herinneren, etc.
Het verhoor duurde zeer lang, met lange periodes waarin zij zweeg en met veel ‘weet ik niet meer’- antwoorden. Het verhoor was dermate absurd en surrealistisch dat het wel een speelfilm leek. Na enige uren begon Christos Stratigopulos vanuit zijn kooi te protesteren tegen deze farce. De rechter heeft de zitting vervolgens onderbroken en opdracht gegeven om Christos te verwijderen. Toen de rechter weer terug kwam in de rechtszaal, heeft hij zich begripvol getoond, Christos excuses geaccepteerd en hem toestemming gegeven in de zaal te blijven. Het proces ging weer verder. Namsetchi kon zich nog steeds niets herinneren en Marini legde haar met suggestieve vragen de woorden in de mond. De advocaten van de verdediging hebben zich rigoureus tegen dit onrechtmatige gedrag van de officier van justitie gekeerd. Als de voorzittende rechter of een andere rechter een punt wilde uitdiepen dan antwoordde Namsetchi na een lang zwijgen met ‘weet ik niet meer’. In de woordenwisseling die daardoor ontstond, wond Marini zich behoorlijk op. Marini liet zien hoe hij werkelijk is; door met de vuisten meerdere malen op tafel te slaan en daarbij te brullen dat hij zo niet kon werken. Marini ging verder met het stellen van vragen over de delicten waarvoor Namsetchi is aangeklaagd, met name dus over de bankovervallen. Er was een moment waarop Marini over de vermeende dreigbrief sprak die Carlo Tesseri aan Namsetchi zou hebben gestuurd… Marini heeft deze brief laten zien en het bleek te gaan om een ansichtkaart met op de voorkant een foto van Ulrike Meinhof en de tekst ‘Jullie zullen voor alles boeten’; en op de achterkant de tekst ‘Carlo, Carlo, Carlo, Carlo […]’. De advocaten van Tesseri hebben verzocht om de kaart in het dossier op te nemen als liefdesbrief.
Aan het eind van de zitting werd overgegaan op de organisatie ORAI – waarover Namsetchi niets (meer) wist, ondanks de inspanningen van de officier van justitie. Zij kon de theorie van de twee organisatieniveau’s, het openbare en het conspiratieve niveau, niet meer voor de geest halen. Ook wist zij zich niet meer te herinneren hoe de organisatie opereerde… Zij kon zich helemaal niets meer herinneren. Marini deed de suggestie dat de bijeenkomsten in de bezette centra het openbare, publieke niveau zouden zijn en de bankovervallen het geheime niveau zouden zijn.
Deze pantomime werd beëindigd toen de aanklager in de civiele procedure het woord kreeg en aan Namsetchi twee vragen stelde. Ook op deze vragen had de pentita geen antwoord. Aan haar werd gevraagd welk karakter de organisatie had, welk politiek model ze navolgde – en Namsetchi was niet in staat om daarop anarchistisch te antwoorden, zij verzonk in een zeer langdurige zwijgen. Toen het verhoor van Namsetchi was beëindigd, bleek dat het Marini niet was ontgaan hoe teleurstellend de indruk van de pentita was geweest. Daarom maakte hij bezwaar tegen het feit dat zij vijandig zou zijn bejegend en geïntimideerd, hoewel hijzelf de enige was die had geschreeuwd. Hij jammerde dat een scheidingswand, die haar had moeten beschermen voor de blikken van het publiek, niet goed stond. De wand stond zo dat de aangeklaagden in de kooien haar niet konden zien maar de rechtbank, de officier van justitie, de civiele aanklager en de advocaten van de verdediging haar van opzij konden zien… Het publiek, voor zover het zou kunnen proberen om in deze bunkerzaal überhaupt iets te kunnen zien, wordt op circa 100 meter afstand van hele gebeuren gehouden. Als zij al iets zien wat de moeite waard is, dan zijn dat de beelden van de zitting die op een tv-scherm worden vertoond. De rechter luisterde echter niet naar Marini en verdaagde de zitting naar de eerste komende maandag. Het was werkelijk een absurde vertoning. Een vertoning die het bekende ROS-document volledig onderbouwd, waarin sprake is van een labiele persoon die gemanipuleerd wordt ten behoeve van een justitieel onderzoek. We kunnen zeggen dat Namsetchi zich precies zo heeft ontpopt als in het document wordt beschreven.
…nog meer stilzwijgen
Zitting van 16 februari
In de loop van de zitting werd opnieuw de pentita Namsetchi verhoord. Kort gezegd, er kwam niets nieuws boven tafel. Integendeel, het ongeloofwaardige optreden van de pentita ging gewoon verder. Eigenlijk zou ze vandaag duidelijkheid gaan scheppen over de zogenaamde gewapende bende en revolutionaire groepering, maar het enige wat er uit kwam was een. ‘Ik kan het me niet meer herinneren’. Het is haast overbodig te zeggen dat haar uiterst gedetailleerde verklaring van meer dan twee jaar geleden, waar de aanklacht naar verwijst, haar door Marini werd ingefluisterd.
De zitting begon met de aanvraag van officier van justitie Ionta (ook een beruchte vervolger van activisten en revolutionairen) om de mede-aangeklaagde Namsetchi, nog een keer te kunnen verhoren, hoewel men reeds bij de nevenaanklacht aangeland was. Het gerecht onderbrak kort de zitting en besloot dat Ionta haar niet meer kon verhoren en dat men verder ging met de nevenaanklacht. Ook hier bestonden de antwoorden van Namsetchi, op vragen over de zogenaamde organisatie, uit een langgerekt zwijgen. De ondertussen wat geirriteerd geraakte rechtbankvoorzitter probeerde nog te suggereren: ‘Rode Brigade, Bewapende Revolutionaire Cellen, Revolutionaire Actie….’ enz, maar kreeg geen antwoord. Toen vroeg een advocaat van de verdediging of de organisatie dan geen naam had, en dit bevestigde de pentita. De zitting ging toen nog tot 18.00 uur door en ook Ionta kreeg nog de mogelijkheid de pentita te ondervragen. Bij de komende zittingsdagen staat op het programma o.a. de ondervraging van de eerste leden van de Sforza familie.
Opperhoofd
De afgelopen weken werd het verhoor van de getuigen voortgezet. Op maandag 2 en 9 maart heeft de collaborateur met justitie – en uiteraard medeaangeklaagde Antonio Sforza – een verklaring afgelegd. Antonio Sforza is het opperhoofd van de familie Sforza. Deze familie voorzag ooit zelf in haar levensonderhoud door middel van illegale activiteiten, nu zijn zij allen getransformeerd tot collaborateurs. Antonio Sforza wordt ervan beschuldigd samen met enkele andere aangeklaagden algemeen gangbare misdaden te hebben gepleegd – bijvoorbeeld inbraken. Net zoals de andere kroongetuige in het proces is ook hij bij het eerste verhoor onvolledig geweest. Bij de latere verhoren is hij daarentegen beter voorbereid. Zijn verklaringen zijn in ieder geval niet zo vermoeiend en paradoxaal als die van Mojdeh Namsetchi. Sforza heeft verklaringen afgelegd over misdaden waarbij een aantal mensen op heterdaad werden betrapt. Zij zijn daarom inmiddels veroordeeld en de feiten van deze misdaden waren dus al lang bekend.
All in the family
Op maandag 16 maart ging het proces verder met de verhoren van de pentiti, of beter gezegd van de ‘aangeklaagde mededaders’, in dit geval de familie Sforza. Fabio Sforza werd verhoord. Het ging in dit verhoor met name over de auto, die volgens de aanklacht werd gestolen en waarmee later Luigi de Blasi met de zogenaamde ‘autobom van Prestino zou zijn vermoord. Daarna werd Massimo Sforza verhoord, die de andere aangeklaagden pas kort kende en daarom maar weinig over hen kon vertellen. De officier van justitie heeft tenslotte zijn verhoor afgesloten. De zitting is verdaagd naar 23 maart. Op die zitting zal Roberto Sforza, de laatste getuige uit de familie van collaborateurs, worden verhoord. We gaan ervan uit dat het proces zich lang zal voortslepen, omdat – als de voorzittende rechter niet ingrijpt – de officiers van justitie Marini en Ionta nog 110 andere getuigen (voornamelijk politieagenten en Carabinieri) zullen oproepen om te getuigen. Daarbij komen dan ook nog de getuigen van de verdediging.
Kelder
De zoveelste zitting van het ROS/Marini proces werd op 8 april gehouden, en het zal nog zeker tot na de zomer duren. Van de ruim 110 getuigen zijn er tot nu toe slechts een 15-tal uitgesloten, dus het OM is nog lang niet klaar.
Een van de belangrijkste mede-delingen van deze zitting was dat Angela (Paola) Lo Vecchio, die enige tijd geleden in Nederland gearresteerd is, uitgewezen zal worden naar Italië.
Tijdens de zitting zelf zijn uitsluitend militairen, politieagenten en carabinieri aan het woord gekomen. Zo was daar Francesco Pasquali, officier van de carabinieri en technisch consulent van het openbaar ministerie, die heeft verteld over de wapens die in 1990 gevonden zijn in een kelder in Rome. Vervolgens was het de beurt aan kolonel Marescialli, explosieven expert van het leger, die sprak over de explosieven die in dezelfde kelder aangetroffen werden. Het openbaar ministerie probeert uit alle macht aan te tonen dat de explosieven uit die kelder, die van de zogenoemde ‘autobom van Prenesino’ uit 1989, en die, die aangetroffen werden in enkele auto’s in Milaan in 1988, allemaal hetzelfde zijn en dus te herleiden zijn tot de verdachten en vooral tot de groep uit Rome die volgens de officier van justitie toegang had tot de bewuste kelder.
Het proces is verdaagd tot 27 april. We zijn allemaal in afwachting dat supercop Malimpietri, van de ROS, de speciale eenheid van de carabinieri, opgeroepen wordt om te getuigen; hij is degene die zijn handtekening onder het beruchte ROS-document gezet heeft. In dit document werd de hele operatie uitgestippeld, inclusief al die pentita-verklaringen, dat geleid heeft tot dit absurde, geconstrueerde proces.
Jean Weir vrij!
Eind februari is Jean Weir vrijgelaten. Zij was een van de vier van Trento, die eind 1994 werden gearresteerd na een bankoverval, en heeft haar tijd erop zitten. De andere drie blijven vooralsnog vastzitten. Marini wil hen niet laten gaan zolang ze ook verdachten zijn in zijn proces.
Proces in Cordoba
Op 20 april wordt in Cordoba het proces tegen Michele Pontolillo, Claudio Lavazza, Giovanni Barcia en Giorgio Rodriguez gehouden. Zij staan terecht wegens een bankoverval op 18 december 1996, waarbij tijdens een vuurgevecht drie van hen zwaar gewond raakten en twee politieagentes omkwamen. Een gijzelaar raakte zwaar gewond door politiekogels.
Michele Pontolillo en Giovanni Barcia zijn in Italië bekende anarchisten en zijn ook betrokken in het Marini- proces. Voor Giorgio, Claudio en Giovanni wordt 50 resp. 49 jaar cel geeisd, voor Michele, die niets met de schietpartij te maken had, 9 jaar. De spaanse justitie probeert hen nu ook twee andere bankovervallen in de schoenen te schuiven, en tevens de bezetting van het Italiaanse consulaat in Malaga in 1996.
Bericht uit de isoleer
Terwijl op 8 maart, internationale vrouwendag, buiten zo’n dertig mensen demonstreerden voor haar vrijlating, zat Paola Lo Vecchio zelf in een isoleercel. De gevangenisdirectie vond het gezien de komst van “een groep extremisten” beter om haar die middag in een isoleercel af te zonderen. “Teneinde te voorkomen dat de orde en veiligheid binnen de inrichting hierdoor in gevaar kan worden gebracht”, aldus de verklaring van de gevangenisdirectie. Paola gebruikte haar uren in isolatie om “haar gevoelens van kwaadheid, haar dromen, onze realiteit, solidariteit en rebellie” in een brief aan haar advocaat Ties Prakken te verwoorden.
Zwolle, 8 maart 1998
Gisteren had ik al een vaag vermoeden. We kregen een ‘bijzonder’ schema voorgelegd voor vandaag: we zouden ons uurtje ‘luchten’ moesten missen. Er klikt iets in mijn hoofd: zou het iets te maken hebben met de geplande demonstratie uit solidariteit met mijn situatie? Om 12 uur komen plotseling zeven bewakers m’n cel binnen die me zeggen dat ik vandaag in een isoleercel zal worden gestopt. De directeur zal komen uitleggen waarom. Aldus geschiedt. Hij legt de reden uit en laat me een brief zien waarin staat dat hij heeft besloten dat ik om veiligheidsredenen in een isoleercel moet worden gestopt. Natuurlijk voegt hij eraan toe dat ik binnen drie dagen protest kan aantekenen. Ondertussen mag ik in m’n cel blijven, die overigens sterk vervuild is. Ik moet me uitkleden en een of ander trainingspak aantrekken. Ik vraag hem waarom ik m’n shag niet krijg, of het een vorm van straf is? Hij zegt van niet; de behandeling lijkt er anders wel op. Ik krijg een paar stompzinnige tijdschriften om de tijd mee te doden, en ze gaan weer weg, ik niet.
Na een tijdje kan ik het vriendelijke geluid van de ‘extremisten’ horen, het gezang, gejoel en geschreeuw, hoewel het geluid van heel ver weg lijkt te komen. Ik sluit m’n ogen en verbeeld me dat ik tussen jullie in sta… dansend, schreeuwend tegen deze hel die ze een gevangenis noemen.
En ik begin te denken… aan die keer dat ik demonstreerde tegen de doodstraf. Ik denk aan alle gesprekken die ik voerde met enkele kameraden die niet vonden dat gevangenissen niet moesten bestaan: “als er een revolutie komt en een andere regering hebben we nog steeds iets nodig dat lijkt op de huidige gevangenissen. Wat moeten we anders doen met degenen die ons prachtige revolutionaire systeem zullen bevechten?”
Waar hebben we het in godsnaam over? Maakt het echt enig verschil of je in dit of een ‘revolutionair’ systeem iemand zijn of haar hele leven gevangen houdt, zijn of haar vrijheid, waardigheid, vrienden en geliefden afneemt? Of je in dit of een ander systeem iemands leven beheerst en zijn of haar mentale en psychische gezondheid breekt? Is dit echt iets anders dan iemand ter dood veroordelen? Wat is het werkelijke verschil tussen een systeem dat precies bepaald hoe en waar je moet leven en onder welke voorwaarden, en een systeem dat bepaald hoe je moet sterven?
Voor mij is het niet duidelijk, werkelijk niet. En ik zie geen verschil tussen het juridische- en gevangenissysteem voor en na de ‘revolutie’. Wat wordt er dan van sommige van ons verlangt? Om bewaker te spelen, revolutionair bewaker? Om te hervormen, en mensen te kneden naar onze nieuwe open geest en gelijkwaardige maatschappij? Wie gaan we vervangen… en waarom? Persoonlijk zou ik geen enkele rol van de huidige maatschappij willen vervullen. Geen sprake van, ik ben niet voor dat doel die lange weg gegaan
Worden in de Nederlandse gevangenissen de mensenrechten beter gerespecteerd? Wat zou er zijn gebeurd als we vandaag niet hadden gezongen en gedanst, maar we onze woede op een ‘andere’ manier naar buiten hadden gebracht (of hadden durven brengen)…? Vandaag of gisteren of morgen… de repressie van het systeem is er, klaar om te handelen. En het is er niet omdat dat nu eenmaal een consequentie is van het gevaar van de conflicten. Het is er allang en wacht (of verbergt) zich ergens om op het juiste moment haar ware aard te laten zien.
Zolang we onze strijd voeren binnen de instituties, vinden ze het wel best. Probeer te vliegen en je zult je snel realiseren dat ze proberen je je vleugels te laten verliezen. Blijf binnen het ‘legale’ systeem en je zult langzaam, langzaam merken dat je vleugels onbruikbaar zijn. Ik wil alleen maar zeggen dat ik me altijd bewust ben van politieke onderwerpen waarover gemakkelijk overeenstemming te bereiken is… en ik denk dat het onderwerp gevangenissen er daar een van kan zijn. Verandering in plaats van afschaffing, vernietiging.
Ik denk nog steeds dat boycotten de beste manier is om met het huidige systeem om te gaan en tegelijkertijd aan iets anders te bouwen. Dat geeft me de meeste vreugde. Ik denk nog steeds dat het revolutionaire proces in en bij onszelf begint. Onze innerlijke wereld moet veranderen voordat we in staat zijn een radicaal andere manier van samenleven te vestigen.
Ik denk dan ook dat ik geen beklag ga aantekenen bij de betreffende commissie van deze gevangenis over wat er mij vandaag is overkomen. Ik erken geen enkele persoon die hier werkt, wens me door geen enkele commissie te laten beoordelen. Ik ben blij dat jij, meneer Wermmeester (de plaatsvervangend directeur van de afdeling) me enige tijd in deze isolatiecel schonk in plaats van een bos Mimosa, op deze 8 maart 1998… Hartelijk dank meneer Wermmeester dat ik genoeg tijd had om te denken over dat jij bent wie je bent en wat je vertegenwoordigd en ik ben blij dat het enige wat ik met je deel de lucht in deze kloteplek is. Een plek die je zo goed tracht te verdedigen en waar je zo bezorgd om bent. Er is geen verwarring in m’n hart, geen paniek… tot ziens Meneer de directeur… tot ziens.
Voor de anarchie,
Paole “De terroriste”
Verdeel en heers
In de gevangenis in Zwolle zal aan een bevoorrechte groep gunsten worden verleend, terwijl anderen juist gekort wordenop de weinige vrijheden die ze al hebben. “Speciale verslaggeefster” Paola bericht hierover.
Zwolle 23 maart 1998
We hebben weinig mogelijkheden om op de hoogte te blijven van wat er in de rest van de wereld gebeurt…
Ik bedoel, we kunnen bijvoorbeeld geen kranten lezen. Er is hier binnen een bibliotheek waar we slechts een keer per week in mogen, voor niet meer dan een half uur. Dat is eigenlijk alleen genoeg om de koppen te lezen. Trouwens, de kranten die er zijn, zijn slechts van één dag in de week. De Italiaanse krant bijvoorbeeld is van zaterdag (de ‘bibliotheekdag’ is op dinsdag).
Uitgerekend in zo’n Italiaans massa-medium stond een kop die mijn aandacht trok: Vluchtelingen moeten terug naar hun eigen land, maar vele kleine bedrijven zijn bereid hen werk te bieden. Ik was nogal verbaasd over een zo duidelijke uiting van gevoeligheid voor mensenrechten en voor de moeilijke situatie waarin deze vluchtelingen zich bevinden. Verbaasd bij de gedachte: wauw de discriminatie en het domme racisme is misschien verleden tijd (of zal dat zijn); mensen beginnen, op een realistische manier, hun eigen grenzen en beperkingen open te stellen: het is niet langer uitsluitend blind staren op de Europese landen.
Welnu, ik had genoeg tijd om het hele artikel te lezen (als je geluk hebt en snel bent kan je er soms twee of drie lezen) en de illusie verdween, evenals het weldadige effect dat het even had voor mijn hart en mijn vertrouwen. Die bedrijven waren bereid vluchtelingen aan te stellen (dat wil zeggen sommigen) omdat geen enkele Italiaanse burger zin heeft het meest zware en vuile werk dat de arbeidsmarkt te bieden heeft op te knappen. Dus zegt een van die geweldige open-mind bedrijfsleiders letterlijk: ;… we hebben ze zelfs nodig, voor onze economie. O.K… de wereld veranderd niet van de ene dag op de andere (zeker niet ten goede).
Nu hoop ik niet dat er veel mensen hier hun handen in onschuld zullen wassen door te beweren dat dit alleen opgaat voor het Italiaanse volk en de Italiaanse mentaliteit. Als iemand dit denk: kijk alsjeblieft om je heen. Ik doe het. Ik bedoel, mijn uitzicht is niet zo weids de laatste tijd (omringd door muren) dus misschien is het voor mij makkelijker dan voor wie een bredere kijk heeft. Maar goed…
Gevangenissen zijn bedoeld als instellingen om te straffen… de hoek in de klas voor de stoute kinderen in een samenleving. Geen halfhartige bewoordingen om de bedoeling ervan te omschrijven, wat mij betreft… Maar het systeem, de staat, de macht heeft naturlijk een ander taalgebruik. Het zal zichzelf en zijn controle- en onderdrukkingsmiddelen altijd presenteren op een zachtere, gladderewijze.
De gevangenis wordt dus (speciaal in landen met een sterke economie, waardoor er meer ruimte en vruchtbare aarde is voor hypocrisie; in een samenleving gebaseerd op het principe dat iedereen zijn bijdrage moet leveren aan de opbouw van een sterke, machtige maatschappij, schijnbaar zonder innerlijke conflicten) tot een plek waar mensen hervormd kunnen worden (of is het: hervormd móeten worden?); waar ze het rechte pad kunnen vinden dat ze kwijtgeraakt zijn; waar ze uiteindelijk klaar zijn om benut te worden voor de ontwikkeling van de maatschappij. Klaar om gebruikt en misbruikt te worden. Nederland is een van de eerste landen in Europa die deze liberale lijn volgt. Dus moet er iets veranderen in de gevangenis om dit doel te bereiken (hervormen van het Ministerie van Justitie). Vanaf 7 april zal er een ander regime van kracht zijn. Ik zal het mezelf uitleggen, of zal dat althans proberen.
Vijftien vrouwen zullen worden uitgekozen om een speciaal programma te volgen of te genieten (??), dat gebaseerd is op de mogelijkheid tot het volgen van een soort cursussen die voorbereiden op een mogelijke baan, voor als men vrijgelaten zal zijn – zoals schoonmaker in restaurants en hotels enz. Of men kan een studie volgen gebaseerd op wat je van plan bent te gaan doen zodra je terug in je eigen leven bent; verder omvat het meer toegang tot de bibliotheek en tot sportactiviteiten. En bovendien: meer tijd voor de dagelijkse recreatie, dat is de tijd waarin we met de anderen moeten omgaan, door te koken of wat dan ook (nou ja, wat dan ook…).
Natuurlijk zullen die vijftien uitverkoren vrouwen (ik denk dat hetzelfde geldt voor de mannenvleugel) voortdurend in de gaten gehouden worden, om na te gaan of hun ‘eerlijke’ intentie om dit speciale programma te volgen, om hervormd te worden, nog aanwezig is. Eén foutje, één verkeerde stap en je wordt uit het programma gegooid. Ik verwacht dat er een lange wachtlijst zal zijn, dus het is geen probleem om je te vervangen. Dit alles zou voor mij (en ik denk niet alleen voor mij) op zich al voldoende zijn om me misselijk te maken, maar helaas moet ik er nog wat aan toevoegen, een klein detail: dit alles is slechts beschikbaar voor mensen met een Nederlands paspoort. Zij zijn de ‘gelukkigen’ want het is een Nederlands project voor de Nederlandse samenleving.
Wat zal er gebeuren met diegenen (en het zijn er veel) die niet Nederlands zijn of die, net als ik, deze ‘voorkeursbehandeling’ niet willen ondergaan? Simpel… zij zullen minder uren sport krijgen, geen uren voor andere cursussen (zoals computer, creativiteit, opvoeding, naailessen). Misschien zullen ze vaker de gevangenis mogen schoonmaken, of voor een schijntje mogen werken voor de bedrijven die misbruik maken van de arbeid van de gevangenen.
De algemene opvatting (zelfs van diegenen die voor de gevangenis werken) is dat dit een behoorlijk discriminerende maatregel is, maar: ‘Tja!! … er zijn geen mensen (die met de gevangenen werken) die Spaans of Engels spreken, en het moet de Nederlandse samenleving ten goede komen’. Dus… what the hell!! En er hangen nog steeds posters tegen racisme aan deze muren… Dus in Italië zijn vluchtelingen welkom om gebruikt te worden voor het slechtste deel van de arbeidsmarkt, in Nederland is er in de gevangenis geen plaats voor. Wat een verbijsterend verschil in de manier van benaderen van de mens; wat een verbijsterend verschil in gevoeligheid op het politieke vlak.
Ik moet stoppen, sorry; ik weet niet waarom maar ik voel me misselijk, misschien is het omdat wij anarchisten altijd overal tegen zijn, tegen elke verandering, elke aanpassing in deze samenleving… Ik weet het niet maar ik moet nu echt stoppen…
Paola
…ondertussen in Turijn…
Het broeit in deze Noord-Italiaanse stad, waar in de buurt een hoge snelheidstrein aangelegd wordt. Iedereen is tegen, er volgen directe acties,en wie worden er opgepakt? Juist,anarchisten – en die nemen het niet.
Zware repressiegolf tegen kraakpanden in Turijn
Wat eraan vooraf ging…
In de afgelopen jaren vonden er in het Val di Susa, een dal in Noord-Italië, steeds weer directe acties plaats tegen de bouw van de spoorlijn voor de TAV, een hogesnelheidstrein.
Er waren diverse brandaanslagen op boorkoppen ten behoeve van de aanleg van tunnels, op stroomkasten, signaalversterkers van de Italiaanse PTT en kleinere installaties van andere media- en telecommuncatiebedrijven die achter het TAV-project zitten.
Deze spoorbaan wordt aangelegd tegen de wil van de gehele bevolking in het dal. Ook lokale politici en de plaatselijke overheid zijn tegen het project.
De aanslagen begonnen in augustus 1996 en gingen door tot eind 1997. Na verloop van tijd doken pamflettten op van een groep die zichzelf wonderlijk genoeg Grijze Wolven noemde (blijkbaar zijn de Turkse Grijze Wolven onbekend in Italië). Deze groep werd door de autoriteiten bestempeld tot de plegers van deze directe acties.
Uit het onderzoek naar deze aanslagen zou zijn gebleken dat de leden van deze groepering zich de laatste tijd hebben opgehouden in diverse kraakpanden in Turijn.
Overzicht van de recente gebeurtenissen
Op donderdag 5 maart 1998 worden drie kraakpanden in Turijn door de DIGOS (politieke politie) en de ROS doorzocht op bevel van de officier van justitie Marcello Tatangelo. In het kraakpand La Casa di Collegno worden drie personen gearresteerd, omdat zij de aanslagen zouden hebben gepleegd op de in aanbouw zijnde spoorbaan voor de nieuwe hogesnelsheidstrein in Val di Susa.
Het gaat om Silvano Pelissero, Edoardo Massari en Soledad Bruno. De eerste twee worden beschuldigd van lidmaatschap van een bewapende bende, terroristische vereniging, wapenbezit en de produktie van explosieven. De laatste arrestant wordt beschuldigd van medeplichtigheid aan de bovengenoemde zaken; de politie beweert dat ze in het Casa di Collegno springstof heeft gevonden.
Het kraakpand Asilo Occupato wordt doorzocht, daarbij worden huisgerei, deuren, ramen en wcs kapot gemaakt, op de matrassen wordt gepist, en brochures, strips, pamfletten, een kapotte typemachine en fotos worden in beslag genomen. Aansluitend wordt het pand door de politie dichtgemetseld, met als motivatie dat de huiszoeking positief is verlopen. Het Alcova Occupato wordt 5 uur doorzocht en vervolgens – om 2 uur s nachts – met geweld weer ingenomen door enkele tientallen sympathisanten, nadat zij de politie hebben verjaagd.
Vrijdag 6 maart 1998, om 15:30 uur, begint een blokkade voor het gemeentehuis. Circa 100 mensen uit kraakpanden en sociale centra zijn aanwezig en blokkeren met vuurwerk en rookbommen de Via Milano. Vervolgens arriveert de politie, in opstandbestrijdingsoutfit, en sluit de demonstranten van drie zijden in. Daarna begint ze op de demonstranten in te knuppelen en sleept enkelen van hen weg. Er vluchten enkele demonstranten, anderen begeven zich in de richting van het stadscentrum. Zij worden achtervolgd door enkele politiebusjes. Er worden wat ruiten ingegooid.
Daarna breekt er een ware mensenjacht uit. 14 Mensen worden gearresteerd, één van hen ligt in het ziekenhuis. Tijdens de rellen in het stadscentrum wordt – om 16:00 uur – het Asilo Occupato herkraakt, hoewel het huis sinds de vorige avond door politie is omsingeld. s Avonds zitten de bezetters op het dak met rookbommen en een spandoek: Hogesnelheids-bezettingen. Voor de deur van dit pand houden een grote groep sympathisanten een feest.
Het journaal bericht over 200 personen die het gemeentehuis hebben geblokkeerd en circa 40 mensen die aan rellen hebben deelgenomen en spreekt van jeugdige asocialen, geweld, plunderingen en vandalisme. 23 Winkelruiten zijn ingegooid. 15 Winkels, autos, reclamezuilen en vuilniscontainers zijn vernield. Verder wordt gezegd dat de bezetters van het Asilo Occupato de aanslagen op de hogesnelheidstrein verheerlijken.
Zaterdagmorgen 7 maart 1998 hebben ongeveer 30 mensen voor de rechtbank in de Via Corte dAppello gedemonstreerd en hun solidariteit met de drie arrestanten tot uitdrukking gebracht. De rechter- commissaris heeft de beslissing over de verlenging van het voorarrest verschoven naar maandag 9 maart.
Om 16:00 uur hebben circa 200 demonstranten de filmset voor Gianni Amelios film Cosi ridevano bezet. De filmset wordt een half uur bezet, de aanwezigen verklaren hun solidariteit met de door repressie getroffen kraakpanden en leggen een lange verklaring af over de gebeurtenissen van de afgelopen dagen. Daarna is er een spontane demonstratie naar het Plein van de Republiek waar een automobilist een demonstrant aanrijdt (zonder ernstige gevolgen). De steeds groter wordende demonstratie gaat dan verder naar het Asilo Occupato, waar zij wordt beëindigd. Het kraakpand El Paso Occupato geeft een verklaring uit. Daarin staat onder meer:
Laten we het nu hebben over de jongste geschiedenis van anarchisten en bommen.
Sinds langere tijd gaan de operaties van de ROS gepaard met de Italiaanse historie van constructies, intimidaties, geheime afspraken, knuppelpartijen etc., van de kwestie Riccio (het scheppen van getuigen en bewijzen om ongewenste personen te kunnen veroordelen, vert.) tot de bloedbaden in de jaren zeventig, van de kwestie Di Nonno tot de constructie van Marini. En parallel daaraan, als het onderzoek in bepaalde gevallen nergens toe leidt, is er altijd wel een anarchist te vinden die valt aan te klagen.
Maar opdat we elkaar goed begrijpen: We zijn onvoorwaardelijk solidair met degenen die in het Val di Susa – nadat zij de zinloosheid hadden vastgesteld van het delegeren aan instituties – ertoe zijn overgegaan om hun verzet tegen het hogesnelheidstrein-project te leveren door middel van directe acties. Zij hebben bouwactiviteiten gesaboteerd en aanslagen uitgevoerd tegen de bedrijven die dit monstrueuze project hebben gefinancierd. De acties zijn alle gericht tegen machines en structuren, tegen de verschillende structuren ter sociale controle, de ptt, Mediaset, RAI, en alle uitgevoerd met thuis maakbare explosieven. We herkennen daarin een volledige overeenstemming met onze ideeën, onze analyses en onze praktijk…
De rechter-commissaris heeft Zondag 8 maart 1998 s morgens een beslissing genomen over de op vrijdag gearresteerde anarchisten. Ze zullen s middags worden vrijgelaten.
Maandag 9 maart 1998 blijkt dat tegen het kraakpand El Paso Occupato een aanklacht is ingediend wegens het oproepen tot het plegen van misdaden. De aanklacht staat in de krant La Stampa: … de Carabinieri van de provinciecommandantuur hebben de verantwoordelijken van El Paso Occupato aangeven wegens het oproepen tot het plegen van misdaden. De Carabinieri hebben een kopie van de verklaring van El Paso bemachtigd, die op zaterdagavond door hen werd verspreid. Deze verklaring bestaat uit twee paginas waarin de demonstraties van de afgelopen twee dagen worden samengevat, bekroond met een dreigement: De krakers onze solidariteit, de heersenden van onze stad een waarschuwing: In een wedstrijd relschoppen kunnen jullie uitsluitend talrijker zijn, maar zeker niet beter. Het bovengenoemde citaat over solidariteit komt uit de verklaring waarin volgens de Carabinieri wordt opgeroepen tot het plegen van misdaden.
Zaterdagavond 14 maart 1998 wordt in Turijn een hogesnelheidsdemonstratie gehouden
Op 28 maart wordt de 34-jarige Eduardo Massari, een van de drie arrestanten die verdacht werd van het plegen van aanslagen tegen de hogesnelheidstrein, gevonden in zijn cel: hij heeft zich opgehangen. Hierover verschijnt de volgende verklaring:
Het is uitsluitend jullie schuld
In de nacht van 27 op 28 maart heeft Edoardo Massari zelfmoord gepleegd in de gevangenis Delle Vallette. De dag ervoor had de rechtbank zijn vrijlating, en die van Soledad Bruno en Silvano Pelissero afgewezen. Daar staat tegenover dat de beschuldigingen van de ROS, de DIGOS en het openbaar ministerie (in de persoon van Laudi) met de dag verder afbrokkelen. Overigens zijn er ook nog geen resultaten bekend van het onderzoek naar het dodelijke Bengaalse vuur, dat zij een pijp-bom noemen. De intentie van de politie en het openbaar ministerie is duidelijk. Ze willen het onderzoek naar het directste verzet tegen het hogesnelheidstrein-project, dat al twee jaar duurt en zonder enig resultaat bleef, koste wat het kost afsluiten met een succes. Voor de staatsinstellingen en de economische lobby is het gevaarlijk om te moeten toegeven dat er tegen hun hogesnelheidstrein-project zowel radicaal verzet bestaat als verzet onder de bewoners van het Val di Susa. De bewoners van het Val di Susa zullen de eersten zijn die de ecologische en economische gevolgen zullen voelen. In dat geval is het toch beter om te grijpen naar het beproefde middel: de dossiers nog eens doornemen en de vermeende saboteurs vinden, en dan wel onder degenen die reeds besloten hebben om tegen deze staat actief te zijn. De media zijn unaniem bereid om in overeenstemming met het openbaar ministerie de simpele vergelijking anarchisten = bommen te verkondigen. Daardoor is de kwestie van de vermeende eco-terroristen in kannen en kruiken.
Alle gekraakte en autonome centra en rebelse individuen
Enkele dagen wordt Edoardo in een dorpje even buiten Turijn begraven. Hoewel zijn vrienden en kameraden via alle mogelijke kanalen aan politie en journalisten te verstaan gegeven hebben die dag uit de buurt te blijven, wagen sommige journalisten zich toch ter plaatse (de politie laat zich niet zien). Een aantal van hen wordt herkend – met name enkele journalisten die actief met politie en justitie hebben samengewerkt, o.a door hun fotos af te geven en te helpen met de identificatie van personen die aanwezig waren bij demonstraties – naast het schrijven van een hoop onzin en leugens. Hoe dan ook: het komt tot een confrontatie, de journalisten krijgen klappen en worden het dorp uitgejaagd; één van hen ligt in het ziekenhuis.
Op zaterdag 4 april volgt een nationale demonstratie van centri sociali, krakers, en autonomen in Turijn. Er zijn tussen de 6000 en 10000 mensen aanwezig, die de dood van Eduardo aanklagen en de onmiddelijke vrijlating van Silvano Pelissero en Soledad Bruno eisen. De politie houdt zich afzijdig. Een (communistische) wethouder die meeliep wordt op non-actief gesteld.
Wordt vervolgd…
Adressen
De adressen van de gevangenen die betrokken zijn in het Marini-proces
Antonio Budini
Via Prati Nuovi 7
I-27058 Voghera (PV)
Carlo Tesseri
Via Leopardi 2
I-61034 Fossombrone
(Pesaro)
Christos Stratigopoulos
Marco Camenisch
Via Sforzesca 49
I-28100 Novara
Franceso Porcu
Via della Montagna
Ponte della Togaia
I-50047 Prato
Horst Fantazzini
Carcere S. Michele
I-15040 Alessandria
Antonio Gizzo
Garagin Gregorian
Paolo Ruberto
Via R. Majetti 165
I-00156 Roma
Maria Grazia Cadeddu
Piazza Filangeri 2
I-20135 Milano
Michele Pontolillo
Centro pentitenciario
Carretera de Olivenza km 730
06080 Badajoz (Spanje)
Claudio Lavazza
Giovanni Barcia
Prison Provoncial de Jaen
Carretera Bailen/Motril km. 8
23080 Jaen (Spanje)
Angela Lo Vecchio
Penitentiaire Inrichtingen
Zwolle – postbus 40033
8004 DA Zwolle
Financiële ondersteuning
Giro 6800419 van SPG Amsterdam,
ovv ‘Uitbraak van Mafalda’
Voor wie direkt geld naar Italië wil sturen:
gebruik aub altijd de volgende bankrekening:
14 358 108 van Mario Anzoino,
Via Ormea 150
10126 Torino – Italia
Contacten en adressen voor meer informatie
In Nederland:
De uitbraak van Mafalda
Postbus 3762
1001 AN Amsterdam
Voor informatie of vragen. We sturen je ook graag meerdere exemplaren van De Uitbraak (met updates indien beschikbaar). Stuur ons echter tenminste de portokosten s.v.p.
In Duitsland:
Solidaritätskomitee Italien
c/o Infoladen München
Breisacherstr.12
D-81667 München
Fax: 0049-89-480 20 06
Het internationale coordinatiepunt. Brochures in het Duits (Ausbruch) en Engels (Breakout).
In Italië:
(ex)-Comitato di Difesa Anarchici (CDA)
c/o El Paso Occupato
Via Passo Buole 47
I-10127 Torino
Fax/Tel: 0039-11-317 41 07
e-mail: elpaso@ecn.org
Voor de meest actuele informatie. Het comité is officeel opgeheven, maar handelt wel de zaken af en houdt de internet site bij.
Internet
http://www.xs4all.nl/~respub/12.htm
buro jansen & janssens, in het Nederlands (met updates, oude uitbraken enz.)
http://www.ecn.org/zero/anarchy.htm
vooral in het Italiaans, maar ook berichten in het Engels, Duits, Nederlands.
http://vivaldi.nexus.it/commerce/ tmcrew/movime/@@@/@nhome.htm
in het Italiaans, volgt de processen
http://www.tao.ca/~lgh/italien/index.html
in het Duits; zeer up to date berichtgeving over alles
A-Infos: Internationale mailinglijst:
http://www.lglobal.com/TAO/ ainfos.html
Enkele Italiaanse instellingen in Nederland…
ItaliaanseAmbassade
Alexanderstraat 12
2514 JL Den Haag
tel. 070-3469249
Italiaans Consulaat Generaal
Herengracht 609
1017 CE Amsterdam
tel. 020-6240042
Eendrachtsweg 24
3012 LB Rotterdam
tel. 010-4139361
Italiaans Cultureel Instituut
Keizersgracht 564
1017 EM Amsterdam
tel. 020-6265314
Italiaans Instituut voor Buitenlandse Handel (ICE)
Amsteldijk 166
1079 LH Amsterdam
tel. 020-6442351
Italiaanse Kamer van Koophandel
Zeestraat 65f
2518 AA Den Haag
tel 070-3469220
Nederlands-Italiaanse Centrum voor Handelsbevordering (NICH)
Postbus 10
2501 CA Den Haag
tel. 070-3441593
Italiaans Verkeersbureau
Stadhouderskade 6
1054 ES Amsterdam
tel. 020-6168244
Avenue Louise 176
1050 Brussel
tel. 02-6471145
Alitalia Airlines
Paulus Potterstraat 18
1071 DA Amsterdam
tel. 020-5777444
Italiatour
Paulus Potterstraat 18
1071 DA Amsterdam
tel. 020-6647