• Buro Jansen & Janssen, gewoon inhoud!
    Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, overheid in Nederland en de EU kritisch volgt. Een grond- rechten kollektief dat al 40 jaar, sinds 1984, publiceert over uitbreiding van repressieve wet- geving, publiek-private samenwerking, veiligheid in breedste zin, bevoegdheden, overheidsoptreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • A PERFECT TERRORIST (2011)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    It has been called the most spectacular terror attack since 9/11. On the night of Nov. 26, 2008, 10 men armed with guns and grenades launched an assault on Mumbai with a military precision that left 166 dead. India quickly learned the attackers belonged to Lashkar-e-Taiba, a Pakistani militant group associated with Pakistan’s secretive intelligence agency, the ISI. But what wasn’t known then was that a Lashkar/ISI operative had been casing the city for two years, developing a blueprint for terror. His name was David Coleman Headley, and he’d been chosen for the job because he had the perfect cover: he was an American citizen. FRONTLINE and ProPublica reporter Sebastian Rotella team up to investigate the mysterious circumstances behind Headley’s rise from heroin dealer and U.S. government informant to master plotter of the 2008 attack on Mumbai.

    NOVEMBER 22, 2011 // 53:40

    Find this story at 22 November 2011
    Copyright http://www.pbs.org/

    Professoren als spreekbuis van de politie

    De Universiteit van Leiden en etnisch profileren

    Het onderkennen en benoemen van discriminatie ligt gevoelig in Nederland, zeker in relatie tot de politie. Deze gevoeligheid laat ook de wetenschap niet onberoerd. Dit werd de afgelopen jaren zichtbaar tijdens de positionering van de Universiteit van Leiden in het debat over etnisch profileren in Nederland.

    Etnisch profileren was lange tijd een non-issue in Nederland maar kwam eind 2013 nadrukkelijk in de politieke en publieke belangstelling te staan. Dit naar aanleiding van een rapport van Amnesty International en voortdurende berichtgeving over discriminatie en geweld door de politie in Den Haag. Er bestaan verschillende definities van etnisch profileren maar in het algemeen wordt eronder verstaan: wanneer de politie iemand staande houdt of controleert, (mede) vanwege zijn etnische achtergrond, zonder dat hier een objectieve rechtvaardiging voor bestaat.

    In de Tweede Kamer en de Haagse gemeenteraad werd om een wetenschappelijk onderzoek naar etnisch profileren gevraagd om meer inzicht te verkrijgen in het plaatsvinden ervan. De Universiteit van Leiden (UvL) kwam hierbij al snel in beeld en publiceerde in juni 2014 een rapport. (Etnisch profileren in Den Haag? Een verkennend onderzoek naar opvattingen en beslissingen op straat)

    In dit artikel wordt ingegaan op de rol van de UvL in het debat over etnisch profileren. Met name die van professor Joanne van der Leun en assistent-professor Maartje van der Woude die beide werkzaam zijn aan het Instituut Voor Strafrecht & Criminologie op Faculteit der Rechtsgeleerdheid van de UvL.

    artikel als pdf
    wetenschappelijk onderzoek politiediscriminatie
    wetenschappers in dienst van de overheid
    professoren als spreekbuis van de politie (kort)

    Wetenschappelijk onderzoek naar politiediscriminatie

    Wetenschappelijk onderzoek naar politiediscriminatie

    Het onderkennen van het plaatsvinden van discriminatie ligt gevoelig in Nederland, zeker in relatie tot de politie. Dit laat ook de wetenschap niet onberoerd. Onafhankelijk en transparant wetenschappelijk is in deze echter geen vanzelfsprekendheid.

    Discrimineert de politie nu wel of niet? In dit artikel behandelen we in vogelvlucht het Nederlandse wetenschappelijke onderzoek naar politiediscriminatie van de afgelopen twintig jaar. Hierbij wordt geen volledigheid gepretendeerd, wel zijn er twee rode lijnen te identificeren.

    De wetenschap worstelt met de gevoeligheid van het benoemen van discriminatie. Dit leidt vaak tot verhullend taalgebruik, waarbij het veelal onduidelijk blijft of de onderzoekers discriminatoir politieoptreden hebben waargenomen. Daarnaast verwijst de overheid bij voorkeur selectief naar wetenschappelijk onderzoek en heeft de neiging om onderzoek dat duidt op discriminatie te negeren. De aandacht van de Tweede Kamer voor mogelijke politiediscriminatie is doorgaans kortstondig.

    artikel als pdf

    Spies and shadowy allies lurk in secret, thanks to firm’s bag of tricks

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Panama Papers reveal how spies and CIA gun-runners use offshore companies to stay hidden

    Offshore world blurs the line between legitimate business and the world of espionage

    ‘You can’t exactly walk around saying that you’re a spy’

    Offshore corporations have one main purpose – to create anonymity. Recently leaked documents reveal that some of these shell companies, cloaked in secrecy, provide cover for dictators, politicians and tax evaders.

    One day during his presidential re-election campaign in September 1996, Bill Clinton walked into a room in Westin Crown Center hotel in Kansas City, Mo. At stake was a quarter-million dollars in campaign fundraising. Clinton turned to his generous host, Farhad Azima, and led the guests in song.

    “Happy birthday to you, happy birthday to you….”

    Azima, an Iranian-born American charter airline executive, had long donated to both Democratic and Republican administrations. He visited the Clinton White House 10 times between October 1995 and December 1996, including private afternoon coffees with the president. Years later, as Hillary Clinton stood for election to the Senate in December 1999, Azima hosted her and 40 guests for a private dinner that raised $2,500 a head.

    Azima’s Democratic fundraising activities provided an interesting twist in the career of a man who has found himself in a media storm of one of America’s major political scandals, the Iran-Contra affair, during the Republican Reagan Administration.

    Adnan Khashoggi arrives to the opening night ceremony and premiere of the film “Blindness” during the 61st International film festival in Cannes, southern France, on May 14, 2008. // Lionel Cironneau / AP
    Lionel Cironneau / AP
    Adnan Khashoggi arrives to the opening night ceremony and premiere of the film “Blindness” during the 61st International film festival in Cannes, southern France, on May 14, 2008.
    In the mid-1980s, senior Reagan administration officials secretly arranged to sell weapons to Iran to help free seven American hostages then use the sale proceeds to fund right-wing Nicaraguan rebels known as the Contras. On a mission to Tehran in 1985, one of Azima’s Boeing 707 cargo planes delivered 23 tons of military equipment, The New York Times reported. Azima has always claimed to know nothing about the flight or even if it happened.

    “I’ve had nothing to do with Iran-Contra,” Azima told the International Consortium of Investigative Journalists (ICIJ). “I was investigated by every known agency in the U.S. and they decided there was absolutely nothing there,” said Azima. “It was a wild goose chase. The law enforcement and regulators fell for it.”

    Now, records obtained by ICIJ, the German newspaper Süddeutsche Zeitung and other media partners, including McClatchy, reveal new details about one of America’s most colorful political donors. The records also disclose offshore deals made by another Iran-Contra figure, the Saudi billionaire Adnan Khashoggi.

    The more than 11 million documents – which stretch from 1977 to December 2015 – show the inner workings of Mossack Fonseca & Co., a Panamanian law firm that specializes in building labyrinthine corporate structures that sometimes blur the line between legitimate business and the cloak-and-dagger world of international espionage.

    Offshore corporations – The secret shell game
    Offshore corporations have one main purpose – to create anonymity. Recently leaked documents reveal that some of these shell companies, cloaked in secrecy, provide cover for dictators, politicians and tax evaders.
    Sohail Al-Jamea and Ali Rizvi / McClatchy

    Spies’ offshore dealings

    The documents also pull back the curtain on hundreds of details about how former CIA gun-runners and contractors use offshore companies for personal and private gain. Further, they illuminate the workings of a host of other characters who used offshore companies during or after their work as spy chiefs, secret agents or operatives for the CIA and other intelligence agencies.

    “You can’t exactly walk around saying that you’re a spy,” Loch K. Johnson, a professor at the University of Georgia, says in explaining the cover that offshore firms offer. Johnson, a former aide to a U.S. Senate committee’s intelligence inquiries, has spent decades studying CIA “front” companies.

    Millionaire businessman and confidant of Saudi kings, Kamal Adham is pictured in 1991. He is also the founder of Saudi Arabia’s intelligence agency. // Ali Mahmoud / AP
    Ali Mahmoud / AP
    Millionaire businessman and confidant of Saudi kings, Kamal Adham is pictured in 1991. He is also the founder of Saudi Arabia’s intelligence agency.
    According to the Panama Papers, Mossack Fonseca’s clients included Sheikh Kamal Adham, Saudi Arabia’s first intelligence chief who was later named by a U.S. Senate committee as the CIA’s “principal liaison for the entire the Middle East from the mid-1960s through 1979,” and who controlled offshore companies later involved in a U.S. banking scandal; retired Maj. Gen. Ricardo Rubianogroot, Colombia’s former chief of air intelligence, who was a shareholder of an aviation and logistics company; and Brig. Gen. Emmanuel Ndahiro, doctor turned spy chief to Rwanda’s President Paul Kagame.

    Adham died in 1999. Ndahiro did not respond to requests for comment. Rubianogroot confirmed to ICIJ partner and Colombian investigative journalism organization, Consejo de Redacción, that he was a small shareholder in West Tech Panama, which was created to buy an American avionics company. The company is in liquidation.

    “We conduct thorough due diligence on all new and prospective clients that often exceeds in stringency the existing rules and standards to which we and others are bound,” said Mossack Fonseca in a statement. “Many of our clients come through established and reputable law firms and financial institutions across the world, including the major correspondent banks…If a new client/entity is not willing and/or able to provide to us the appropriate documentation indicating who they are, and (when applicable) from where their funds are derived, we will not work with that client/entity.”

    Even wannabe spooks can be found.

    “’I’ll suggest a name like ‘World Insurance Services Limited’ or maybe ‘Universal Exports’ after the company used in the early James Bond stories but I don’t know if we’d get away with that!” wrote one financier to Mossack Fonseca in 2010 on behalf of a client creating a front company in the British Virgin Islands (BVI). Universal Exports was a fictional company used by the British Secret Service in Ian Fleming’s James Bond novels.

    The files further show that Mossack Fonseca also incorporated companies named Goldfinger, SkyFall, GoldenEye, Moonraker, Spectre and Blofeld after James Bond movie titles and villains and was asked to do the same for Octopussy. There is correspondence from a man named Austin Powers, apparently his real name and not the movie character, and Jack Bauer, whom a Mossack Fonseca employee entered into the firm’s database as a client and not the television character after the employee “met him at a pub.”

    But Mossack Fonseca’s connection to espionage is more often fact, not fiction.

    Men in their flying machines

    The secret documents show that Farhad Azima incorporated his first offshore company with Mossack Fonseca in the BVI in 2000. The company was called ALG (Asia & Pacific) Limited, a branch of his airline Aviation Leasing Group, a U.S.-based private company with a fleet of more than 60 aircraft.

    It was not until 2013 when the firm ran a routine background search on the shareholders of a new company that Mossack Fonseca discovered media articles on Azima’s alleged ties to the CIA. Among the allegations found in online articles shared by Mossack Fonseca employees were that he “supplied air and logistical support” to a company owned by former CIA agents who shipped arms to Libya. Another article quoted an FBI official who said he had been warned by the CIA that Azima was “off limits.”

    The firm asked Azima’s representatives to confirm his identity. But it appears that Mossack Fonseca never received a reply. The files indicate that he remained a client and that internal surprises continued.

    In 2014, one year after discovering online reports of his connections to the CIA, Hosshang Hosseinpour, was cited by the U.S. Treasury Department as helping companies move tens of millions of dollars for companies in Iran, which at the time was subject to economic sanctions.

    The files show that Azima and Hosseinpour appeared on corporate documents of a company that planned to buy a hotel in the nation of Georgia in 2011. That was the same year Treasury officials asserted that Hosseinpour, who co-founded the private airline FlyGeorgia, and two others first began to send millions of dollars into Iran, which led to sanctions being taken against him three years later.

    The documents show that Hosseinpour briefly held shares in the company from November 2011. However, in February 2012 company administrators told Mossack Fonseca that he was not part of the company and his shares had been issued in an “administrative error.” The company, Eurasia Hotel Holdings Limited, changed its name to Eurasia Aviation Holdings and bought a Hawker Beechcraft 400XP corporate jet in 2012 for $1.625 million, files show.

    Azima told ICIJ that the company was only used to buy an aircraft and that Hosseinpour had never been involved in the company.

    The plane was not going to be used in the U.S., Azima said, so couldn’t be registered in the U.S. and the choice of the BVI was not for tax purposes. “I’ve filed every tax known to mankind,” Azima told ICIJ.

    Hosseinpour could not be reached for comment. In 2013, before the sanctions came into force, he told The Wall Street Journal that he had no connections to Iran and “nothing to do with evading sanctions.”

    Another colorful connection to the CIA in the Mossack Fonseca files is Loftur Johannesson, now a wealthy, silver-haired 85-year-old from Rekyavik, also known as “The Icelander.” Johannesson is widely reported in books and newspaper articles to have worked with the CIA in the 1970s and 1980s, supplying guns to anti-communist guerrillas in Afghanistan. With his CIA paychecks, The Icelander reportedly bought a home in Barbados and a vineyard in France.

    Johannesson himself emerges in Mossack Fonseca’s files in September 2002, long after his retirement from secret service. He was connected to at least four offshore companies in the BVI and Panama linked to homes in high-priced locales, including one located behind London’s Westminster Cathedral and another in a beachfront Barbados complex where a similar home is now selling for $35 million. As recently as January 2015, Johannesson paid thousands of dollars to Mossack Fonseca for its services.

    “Mr. Johannesson has been an international businessman, mainly in aviation-related activities, and he completely rejects your suggestions that he may have worked for any secret intelligence agencies,” a spokesman told ICIJ.

    Agent Rocco and 008: license to incorporate

    Another connection to the Iran-Contra scandal is Adnan Khashoggi. The Saudi billionaire, once thought to be the world’s most extravagant spender, negotiated billions of dollars in weapons sales to Saudi Arabia in the 1970s and played “a central role for the U.S. government” with CIA operatives in selling guns to Iran, according to a 1992 U.S. Senate report co-written by then-Sen. John Kerry, the Massachusetts Democrat who is now the U.S. secretary of state.

    Khashoggi appears in the Mossack Fonseca files as early as 1978, when he became president of the Panamanian company ISIS Overseas S.A. Most of his business with Mossack Fonseca appears to have taken place between the 1980s and the 2000s through at least four other companies.

    Mossack Fonseca’s files do not reveal the purpose of all Khashoggi’s companies. However, two of them, Tropicterrain S.A., Panama, and Beachview Inc., were involved in mortgages for homes in Spain and the Grand Canaries islands.

    President of the Philippines Ferdinand Marcos, with wife Imelda, gestures from the balcony of Malacanang Palace, Feb. 25, 1986, after taking the oath of office. Hours later, Marcos resigned and fled to the U.S. Air Force’s Clark Air Base, 50 miles northwest of Manila, as he prepared to accept an American offer to fly him out of the Philippines. // Alberto Marquez / AP
    Alberto Marquez / AP
    President of the Philippines Ferdinand Marcos, with wife Imelda, gestures from the balcony of Malacanang Palace, Feb. 25, 1986, after taking the oath of office. Hours later, Marcos resigned and fled to the U.S. Air Force’s Clark Air Base, 50 miles northwest of Manila, as he prepared to accept an American offer to fly him out of the Philippines.
    There is no indication that Mossack Fonseca investigated Khashoggi’s past even though the firm processed payments from the Adnan Khashoggi Group in the same year that he made global news when the U.S. charged him with helping Ferdinand Marcos, president of the Philippines, loot millions. Khashoggi was later cleared. Mossack Fonseca’s files show the firm ceased business with Khashoggi around 2003.

    The Mossack Fonseca files indicated the company did not discriminate between Cold War foes.

    Another customer was Sokratis Kokkalis, now a 76-year-old Greek billionaire once accused of spying for the East German Stasi under the alias “Agent Rocco.” A German parliamentary investigation found that in the early 1960s Kokkalis regularly informed on acquaintances and contacts during his time living in Germany and Russia. Until 2010, Kokkalis owned the Greek soccer club Olympiakos, and he now owns Greece’s largest telecommunications company.

    Mossack Fonseca discovered Kokkalis’s connections to espionage in February 2015 as part of routine background checks of one of his companies, Upton International Group. Kokkalis “was accused by East German officials of espionage, fraud, and money laundering in the early sixties, but the case was acquitted,” an employee wrote colleagues after an Internet search. Mossack Fonseca’s files reveal that Kokkalis’ agent did not respond to the firm’s requests for details about Kokkalis and his company, including its purpose.

    Khashoggi could not be reached for comment. Kokkalis, who did not respond to requests for comment, has previously denied charges and accused “political personalities” and newspapers of a “war” against him.

    In 2005, Mossack Fonseca employees learned with some alarm that someone on their books went by the name of Francisco P. Sánchez, who Mossack Fonseca employees assumed to be Francisco Paesa Sánchez, one of Spain’s most infamous secret agents. “The story… was really scary,” wrote the person who first discovered Paesa’s background. Mossack Fonseca had incorporated seven companies of which P. Sanchez was a director.

    Born in Madrid before the outbreak of World War II, Paesa amassed a fortune hunting down separatists and a corrupt police chief before fleeing Spain with millions of dollars. In 1998, Paesa faked his own death; his family issued a death certificate that testified to a heart attack in Thailand. But in 2004, investigators tracked him down in Luxembourg. Paesa himself later explained that reports of his death had been a “misunderstanding.” In December 2005, a Spanish magazine reported on what it called Paesa’s “business network” that built and owned hotels, casinos and a golf course in Morocco. Without mentioning Mossack Fonseca, the article listed the same seven companies incorporated in the BVI.

    In October 2005, Mossack Fonseca had decided to distance itself from the companies of which P. Sanchez was a director. “We are concern [sic] of the impact it may have in Mossfon’s image if any scandal arises,” the firm wrote an administrator to explain its decision to cut ties with P. Sanchez’s companies.

    “We believe in principle that when a client is not up front with us about any facts that are relevant for his or her dealings with us, especially their true identity and background, that this is sufficient reason to terminate our relationship with them,” wrote a senior employee.

    Paesa could not be reached for comment.

    Werner Mauss and his wife, from Germany, are presented to the media in Medellin, Colombia, after their arrest at Medellin’s airport on Nov. 17 1996, in this image taken from TV. The German’s are accused of paying off rebels and trying to smuggle their kidnap victim out of the country. The kidnap victim Brigitte Schoene was abducted on Aug. 16 1996, by guerillas who demanded a million dollar ransom. // AP
    AP
    Werner Mauss and his wife, from Germany, are presented to the media in Medellin, Colombia, after their arrest at Medellin’s airport on Nov. 17 1996, in this image taken from TV. The German’s are accused of paying off rebels and trying to smuggle their kidnap victim out of the country. The kidnap victim Brigitte Schoene was abducted on Aug. 16 1996, by guerillas who demanded a million dollar ransom.
    Two names, nine fingers

    Another Internet search, this time in March 2015, alerted the firm that another of its clients – a “Claus Mollner” – had been a customer for nearly 30 years. Among unrelated results from Facebook, a family tree or two and an academic linguistic review, there was one article from the University of Delaware.

    “Claus Möllner (the name that Werner Mauss always used to identify himself),” said the article.

    Mollner or Mauss, also known as Agent 008 and “The Man of Nine Fingers,” thanks to the lost tip of an index finger, claims to be “Germany’s first undercover agent.” Now retired, Mauss’s website boasts of his role in “smashing 100 criminal groups.”

    Colombian authorities briefly held Mauss in 1996 on charges, later dropped, that he conspired with guerillas to kidnap a woman and keep part of the ransom payment. Mauss claims the hostage takers were not rebels, that he never received ransom money and that “all operations carried out worldwide. . . have always been effected with the cooperation of German governmental agencies and authorities.”

    While Mauss’s real name never appears in Mossack Fonseca’s files, hundreds of documents detail his network of companies in Panama. At least two companies held real estate in Germany.

    Mauss did not personally own any offshore companies, Mauss’s lawyer told ICIJ partners Suddeutsche Zeitung and NDR public television. All companies and foundations connected to him were to “secure the personal financial interests of the Mauss family,” Mauss’s lawyer said, were disclosed and paid applicable taxes.

    Mauss’s lawyer confirmed that some companies that appear in Mossack Fonseca’s files were used for “humanitarian operations” in peace and hostage negotiations “for forwarding of humanitarian goods such as hospitals, surgical instruments, large amounts of antibiotics etc.,” in order to “neutralize” extortion.

    In the files it appears that in March 2015, a Mossack Fonseca employee clicked on the Google search result that linked Mollner to Mauss. Yet there is no other suggestion that Mossack Fonseca discovered his true identity. His companies continued to be on Mossack Fonseca’s books into 2015.

    It probably suited Mollner – or Mauss – just fine.

    As a journalist who interviewed him in 1998 observed, “The secret of his real identity was always Werner Mauss’s capital.”

    THIS STORY IS PART OF A LARGER SERIES, INVOLVING MCCLATCHY AND OTHER NEWS ORGANIZATIONS, WORKING UNDER THE UMBRELLA OF THE NONPROFIT INTERNATIONAL CONSORTIUM FOR INVESTIGATIVE JOURNALISTS.

    BY WILL FITZGIBBON
    International Consortium of Investigative Journalists
    APRIL 5, 2016 1:55 PM
    Find this story at 5 April 2016

    Copyright http://www.mcclatchydc.com/

    Panama Papers: Links revealed to spies and Iran-Contra affair Documents show ex-CIA gun-runners, contractors use offshore firms for personal gain

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Adnan Khashoggi: Saudi billionaire negotiated billions of dollars in weapons sales to Saudi Arabia in the 1970s and played “a central role for the US government” with CIA operatives in selling guns to Iran, according to a 1992 US Senate report co-written by then-Senator John Kerry, now the US secretary of state. Photograph: Getty Images
    Adnan Khashoggi: Saudi billionaire negotiated billions of dollars in weapons sales to Saudi Arabia in the 1970s and played “a central role for the US government” with CIA operatives in selling guns to Iran, according to a 1992 US Senate report co-written by then-Senator John Kerry, now the US secretary of state. Photograph: Getty Images

    One day during his presidential re-election campaign in September 1996, Bill Clinton walked into a room in Westin Crown Center hotel in Kansas City. At stake was a quarter-million dollars in campaign fundraising. Clinton turned to his generous host, Farhad Azima, and led the guests in song.
    “Happy birthday to you, happy birthday to you….”
    Azima, an Iranian-born American charter airline executive, had long donated to Democratic and Republican administrations. He visited the Clinton White House 10 times between October 1995 and December 1996, including private afternoon coffees with the president. Years later, as Hillary Clinton stood for election to the Senate in December 1999, Azima hosted her and 40 guests for a private dinner that raised $2,500 a head.
    Azima’s Democratic fundraising activities provided an interesting twist in the career of a man who has found himself in a media storm of one of America’s major political scandals, the Iran-Contra affair, during the Republican Reagan Administration.
    In the mid-1980s, senior Reagan administration officials secretly arranged to sell weapons to Iran to help free seven American hostages then use the sale proceeds to fund right-wing Nicaraguan rebels known as the Contras. On a mission to Tehran in 1985, one of Azima’s Boeing 707 cargo planes delivered 23 tons of military equipment, the New York Times reported. Azima has always claimed to know nothing about the flight or even if it happened.
    “I’ve had nothing to do with Iran-Contra,” Azima told ICIJ. “I was investigated by every known agency in the US and they decided there was absolutely nothing there,” said Azima. “It was a wild goose chase. The law enforcement and regulators fell for it.”
    Now, records obtained by the International Consortium of Investigative Journalists, the German newspaper Süddeutsche Zeitung and other media partners including The Irish Times reveal new details about one of America’s most colourful political donors. The records also disclose offshore deals made by another Iran-Contra figure, the Saudi billionaire Adnan Khashoggi.
    The more than 11 million documents – which stretch from 1977 to December 2015 – show the inner workings of Mossack Fonseca, a Panamanian law firm that specializes in building labyrinthine corporate structures that sometimes blur the line between legitimate business and the cloak-and-dagger world of international espionage.
    Spies’ Offshore Dealings
    The documents also pull back the curtain on hundreds of details about how former CIA gun-runners and contractors use offshore companies for personal and private gain. Further, they illuminate the workings of a host of other characters who used offshore companies during or after their work as spy chiefs, secret agents or operatives for the CIA and other intelligence agencies.
    “You can’t exactly walk around saying that you’re a spy,” says Loch K Johnson, a professor at the University of Georgia, in explaining the cover that offshore firms offer. Johnson, a former aide to a US Senate committee’s intelligence inquiries, has spent decades studying CIA “front” companies.
    The documents reveal that Mossack Fonseca’s clients included Saudi Arabia’s first intelligence chief who was named by a US Senate committee as the CIA’s “principal liaison for the entire the Middle East from the mid-1960s through 1979”, Sheikh Kamal Adham, who controlled offshore companies later involved in a US banking scandal; Colombia’s former chief of air intelligence, retired maj gen Ricardo Rubianogroot, who was a shareholder of an aviation and logistics company; and Brig Gen Emmanuel Ndahiro, doctor-turned-spy-chief to Rwanda’s president Paul Kagame.
    Adham died in 1999. Ndahiro did not respond to requests for comment. Rubianogroot confirmed to ICIJ partner and Colombian investigative journalism organisation, Consejo de Redacción, that he was a small shareholder in West Tech Panama, which was created to buy an American avionics company. The company is in liquidation.
    “We conduct thorough due diligence on all new and prospective clients that often exceeds in stringency the existing rules and standards to which we and others are bound,” said Mossack Fonseca in a statement. “Many of our clients come through established and reputable law firms and financial institutions across the world, including the major correspondent banks . . . If a new client/entity is not willing and/or able to provide to us the appropriate documentation indicating who they are, and (when applicable) from where their funds are derived, we will not work with that client/entity.”
    Even wannabe spooks can be found.
    “I’ll suggest a name like ‘World Insurance Services Limited’ or maybe ‘Universal Exports’ after the company used in the early James Bond stories but I don’t know if we’d get away with that!” wrote one financier to Mossack Fonseca in 2010 on behalf of a client creating a front company in the British Virgin Islands (BVI). Universal Exports was a fictional company used by the British Secret Service in Ian Fleming’s James Bond novels.
    The files further show that Mossack Fonseca also incorporated companies named Goldfinger, SkyFall, GoldenEye, Moonraker, Spectre and Blofeld after James Bond movie titles and villains and was asked to do the same for Octopussy. There is correspondence from a man named Austin Powers, apparently his real name and not the movie character, and Jack Bauer, whom a Mossack Fonseca employee entered into the firm’s database as a client and not the television character after the employee “met him at a pub.”
    But Mossack Fonseca’s connection to espionage is more often fact, not fiction.
    Men in their flying machines
    Panama Papers: Tax officials to consider international action
    John McManus: TDs have much to gain from publishing their tax returns
    Countries begin to look beyond narrow national interests to tackle tax avoidance
    The secret documents show that Farhad Azima incorporated his first offshore company with Mossack Fonseca in the BVI in 2000. The company was called ALG (Asia & Pacific) Limited, a branch of his airline Aviation Leasing Group, a US-based private company with a fleet of more than 60 aircraft.
    It was not until 2013 when the firm ran a routine background search on the shareholders of a new company that Mossack Fonseca discovered media articles on Azima’s alleged ties to the CIA. Among the allegations found in online articles shared by Mossack Fonseca employees were that he “supplied air and logistical support” to a company owned by former CIA agents who shipped arms to Libya. Another article quoted an FBI official who said he had been warned by the CIA that Azima was “off limits”.
    The firm asked Azima’s representatives to confirm his identity. But it appears that Mossack Fonseca never received a reply. The files indicate that he remained a client and that internal surprises continued.
    In 2014, one year after discovering online reports of his connections to the CIA, Hosshang Hosseinpour was cited by the US Treasury Department as helping companies move tens of millions of dollars for companies in Iran, which at the time was subject to economic sanctions.
    The files show that Azima and Hosseinpour appeared on corporate documents of a company that planned to buy a hotel in the nation of Georgia in 2011. That was the same year treasury officials asserted that Hosseinpour, who co-founded the private airline FlyGeorgia, and two others first began to send millions of dollars into Iran, which led to sanctions being taken against him three years later.
    The documents show that Hosseinpour briefly held shares in the company from November 2011. However, in February 2012 company administrators told Mossack Fonseca that he was not part of the company and his shares had been issued in an “administrative error”. The company, Eurasia Hotel Holdings Limited, changed its name to Eurasia Aviation Holdings and bought a Hawker Beechcraft 400XP corporate jet in 2012 for $1.625 million, files show.
    Azima told ICIJ that the company was only used to buy an aircraft and that Hosseinpour had never been involved in the company.
    The plane was not going to be used in the US, Azima said, so couldn’t be registered in the US and the choice of the BVI was not for tax purposes. “I’ve filed every tax known to mankind,” Azima told ICIJ.
    Hosseinpour could not be reached for comment. In 2013, before the sanctions came into force, he told the Wall Street Journal that he had no connections to Iran and “nothing to do with evading sanctions.”
    Another colourful connection to the CIA in the Mossack Fonseca files is Loftur Johannesson, now a wealthy silver-haired 85-year-old from Rekyavik, also known as The Icelander. Johannesson is widely reported in books and newspaper articles to have worked with the CIA in the 1970s and 1980s, supplying guns to anti-communist guerrillas in Afghanistan. With his CIA paychecks, The Icelander reportedly bought a home in Barbados and a vineyard in France.
    Johannesson emerges in Mossack Fonseca’s files in September 2002, long after his retirement from secret service. He was connected to at least four offshore companies in the BVI and Panama linked to homes in high-priced locales, including one located behind London’s Westminster Cathedral and another in a beachfront Barbados complex where a similar home is now selling for $35 million. As recently as January 2015, Johannesson paid thousands of dollars to Mossack Fonseca for its services.
    “Mr Johannesson has been an international businessman, mainly in aviation related activities, and he completely rejects your suggestions that he may have worked for any secret intelligence agencies,” a spokesman told ICIJ.
    Agent Rocco and 008: license to incorporate
    Another connection to the Iran-Contra scandal is Adnan Khashoggi. The Saudi billionaire, once thought to be the world’s most extravagant spender, negotiated billions of dollars in weapons sales to Saudi Arabia in the 1970s and played “a central role for the US government” with CIA operatives in selling guns to Iran, according to a 1992 US Senate report co-written by then-Senator John Kerry, the Massachusetts Democrat who is now the US secretary of state.
    Khashoggi appears in the Mossack Fonseca files as early as 1978, when he became president of the Panamanian company ISIS Overseas S.A. Most of his business with Mossack Fonseca appears to have taken place between the 1980s and the 2000s through at least four other companies.
    Mossack Fonseca’s files do not reveal the purpose of all Khashoggi’s companies. However, two of them, Tropicterrain SA, Panama, and Beachview Inc, were involved in mortgages for homes in Spain and the Grand Canaries islands.
    There is no indication that Mossack Fonseca investigated Khashoggi’s past even though the firm processed payments from the Adnan Khashoggi Group in the same year that he made global news when the US charged him with helping Ferdinand Marcos, president of the Philippines, loot millions. Khashoggi was later cleared. Mossack Fonseca’s files show the firm ceased business with Khashoggi around 2003.
    The Mossack Fonseca files indicated the company did not discriminate between cold war foes.
    Another customer was Sokratis Kokkalis, now a 76-year-old Greek billionaire once accused of spying for the East German Stasi under the alias “Agent Rocco.” A German parliamentary investigation found that in the early 1960s Kokkalis regularly informed on acquaintances and contacts during his time living in Germany and Russia. Until 2010, Kokkalis owned the Greek soccer club Olympiakos, and he now owns Greece’s largest telecommunications company.
    Mossack Fonseca discovered Kokkalis’s connections to espionage in February 2015 as part of routine background checks of one of his companies, Upton International Group. Kokkalis “was accused by East German officials of espionage, fraud, and money laundering in the early sixties, but the case was acquitted”, an employee wrote colleagues after an Internet search. Mossack Fonseca’s files reveal that Kokkalis’ agent did not respond to the firm’s requests for details about Kokkalis and his company, including its purpose.
    Khashoggi could not be reached for comment. Kokkalis, who did not respond to requests for comment, has previously denied charges and accused “political personalities” and newspapers of a “war” against him.
    In 2005, Mossack Fonseca employees learned with some alarm that someone on their books went by the name of Francisco P Sánchez, who Mossack Fonseca employees assumed to be Francisco Paesa Sánchez, one of Spain’s most infamous secret agents. “The story . . . was really scary,” wrote the person who first discovered Paesa’s background. Mossack Fonseca had incorporated seven companies of which P Sanchez was a director.
    Born in Madrid before the outbreak of the second World War, Paesa amassed a fortune hunting down separatists and a corrupt police chief before fleeing Spain with millions of dollars. In 1998, Paesa faked his own death; his family issued a death certificate that testified to a heart attack in Thailand. But in 2004, investigators tracked him down in Luxembourg. Paesa himself later explained that reports of his death had been a “misunderstanding”.
    In December 2005, a Spanish magazine reported on what it called Paesa’s “business network” that built and owned hotels, casinos and a golf course in Morocco. Without mentioning Mossack Fonseca, the article listed the same seven companies incorporated in the BVI.
    In October 2005, Mossack Fonseca had decided to distance itself from the companies of which P Sanchez was a director. “We are concern [sic] of the impact it may have in Mossfon’s image if any scandal arises,” the firm wrote an administrator to explain its decision to cut ties with P Sanchez’s companies.
    “We believe in principle that when a client is not up front with us about any facts that are relevant for his or her dealings with us, especially their true identity and background, that this is sufficient reason to terminate our relationship with them,” wrote a senior employee.
    Paesa could not be reached for comment.
    Two Names, Nine Fingers
    Another Internet search, this time in March 2015, alerted the firm that another of its clients – a “Claus Mollner” – had been a customer for nearly 30 years. Among unrelated results from Facebook, a family tree or two and an academic linguistic review, there was one article from the University of Delaware.
    “Claus Möllner (the name that Werner Mauss always used to identify himself),” said the article.
    Mollner or Mauss, also known as Agent 008 and “The Man of Nine Fingers,” thanks to the lost tip of an index finger, claims to be “Germany’s first undercover agent.” Now retired, Mauss’s website boasts of his role in “smashing 100 criminal groups”.
    Colombian authorities briefly held Mauss in 1996 on charges, later dropped, that he conspired with guerillas to kidnap a woman and keep part of the ransom payment. Mauss claims the hostage takers were not rebels, that he never received ransom money and that “all operations carried out worldwide . . . have always been effected with the co-operation of German governmental agencies and authorities”.
    While Mauss’s real name never appears in Mossack Fonseca’s files, hundreds of documents detail his network of companies in Panama. At least two companies held real estate in Germany.
    Mauss did not personally own any offshore companies, Mauss’s lawyer told ICIJ partners Suddeutsche Zeitung and NDR public television. All companies and foundations connected to him were to “secure the personal financial interests of the Mauss family”, said Mauss’s lawyer, were disclosed and paid applicable taxes.
    Mauss’s lawyer confirmed that some companies that appear in Mossack Fonseca’s files were used for “humanitarian operations” in peace and hostage negotiations “for forwarding of humanitarian goods such as hospitals, surgical instruments, large amounts of antibiotics etc”, in order to “neutralize” extortion.
    In the files it appears that in March 2015, a Mossack Fonseca employee clicked on the Google search result that linked Mollner to Mauss. Yet there is no other suggestion that Mossack Fonseca discovered his true identity. His companies continued to be on Mossack Fonseca’s books into 2015.
    It probably suited Mollner, or Mauss, just fine.
    As a journalist who interviewed him in 1998 observed: “The secret of his real identity was always Werner Mauss’s capital.”

    Tue, Apr 5, 2016, 19:00 Updated: Tue, Apr 5, 2016, 19:10
    Will Fitzgibbon
    Find this story at 5 April 2016

    © 2016 THE IRISH TIMES

    Agenten nutzten Panama-Firmen für CIA

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Spione und ihre Helfer transportierten Waffen in Maschinen, die für den US-Geheimdienst flogen.

    Geheimdienstler und ihre Zuträger nutzten offenbar in erheblichem Umfang die Dienste der Kanzlei Mossack Fonseca in Panama. Sie ließen Briefkastenfirmen gründen, um ihre Aktionen zu verschleiern. Unter ihnen sind auch Mittelsmänner aus dem Umfeld des amerikanischen Auslandsgeheimdienstes CIA. Das geht aus den Panama Papers hervor, die der Süddeutschen Zeitung zugespielt worden sind.

    Zur Kundschaft von Mossack Fonseca gehören oder gehörten demnach etwa Figuren der Iran-Contra-Affäre, eines amerikanischen Skandals um geheime Waffenlieferungen der CIA an Teheran. Zudem tauchen unter den gegenwärtigen oder früheren Kunden hochrangige Geheimdienstverantwortliche aus mindestens drei Ländern auf, konkret aus Saudi-Arabien, Kolumbien und Ruanda. Darunter ist auch der saudische Scheich Kamal Adham, der in den Siebzigerjahren als wichtigster Ansprechpartner der CIA in der Region galt. Ferner sind in dem Material Unternehmer zu finden, die immer wieder in Verdacht geraten sind, dem US-Geheimdienst geholfen zu haben. Einer von ihnen ist der US-Geschäftsmann Farhad Azima, ein Exil-Iraner, der Flugzeuge vermietet. Eine seiner Maschinen soll in den Achtzigerjahren im Auftrag der CIA Waffen nach Teheran geliefert haben, der Fall wurde später als Iran-Contra-Affäre bekannt. Azima bestreitet, von der Operation gewusst zu haben.

    Ein weiterer Kunde Mossack Fonsecas ist der Isländer Loftur Jóhannesson, der im Zusammenhang mit mindestens vier Briefkastenfirmen genannt wird. In mehreren Büchern und Artikeln heißt es, Jóhannesson habe im Auftrag der CIA Waffen in Krisenregionen geliefert, unter anderem nach Afghanistan. Eine dieser Firmen betrieb auch ein Frachtflugzeug, das im Frühjahr 1974 in der Nähe von Nürnberg auf mysteriöse Weise abgestürzt ist. Der “Nelkenbomber” hatte neun Tonnen Nelken an Bord.

    Jóhannesson ließ über einen Sprecher erklären, er sei Geschäftsmann im Luftfahrtgeschäft und nicht für Geheimdienste tätig. Mossack Fonseca erklärte auf Anfrage, die Kanzlei überprüfe ihre Kunden gründlich: “Sollte ein neuer Mandant/eine juristische Person nicht willens oder in der Lage sein, uns angemessene Nachweise über seine Identität und ggf. die Herkunft seiner Mittel zu erbringen, so werden wir mit ihm/ihr nicht zusammenarbeiten.”

    In Europa ging unterdessen die Debatte über mögliche Konsequenzen aus den Panama Papers weiter. Bundesfinanzminister Wolfgang Schäuble legte einen Zehn-Punkte-Plan vor. Der CDU-Politiker will unter anderem den internationalen Datenaustausch intensivieren und Steueroasen auf eine schwarze Liste setzen. Auch der britische Premier David Cameron will den Kampf gegen Steuerflucht und Geldwäsche verstärken. Er erläuterte seine Pläne am Montag vor dem Parlament in London.

    Die globalisierungskritische Organisation Attac bezeichnete Schäubles Pläne als “heiße Luft”. Der neue Chef des Bundesverbands deutscher Banken, Hans-Walter Peters von der Berenberg-Bank, warnte vor zu viel Regulierung und einer pauschalen Vorverurteilung derjenigen, die Briefkastenfirmen nutzen.

    11. April 2016, 18:59 Uhr
    Panama Papers
    Von Nicolas Richter und Ulrich Schäfer, Washington/München
    Find this story at 11 April 2016

    Copyright http://www.sueddeutsche.de

    Panama Papers indicate spies used Mossack Fonseca to ‘conceal’ activities

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Secret agents from several countries, including intermediaries of the CIA, reportedly used the services of Mossack Fonseca law firm to hide their schemes. The claims are the latest in the Panama Papers leak.

    German newspaper “Süddeutsche Zeitung” reported on Tuesday that “secret agents and their informants have made wide use of the company’s services” and opened shell companies to conceal their activities wrote the newspaper. “Among them are close intermediaries of the CIA,” the newspaper reported.
    Data breach
    The Munich-based newspaper obtained a huge stash of 11.5 million documents from the Panamanian firm Mossack Fonseca and shared them with more than 100 media groups through the International Consortium.
    The massive data breach implicated tax dodgers from Reykjavik to Riyadh. On Tuesday, the “Süddeutsche” reported that Mossack Fonseca clients also included “several players” in the 1980s Iran-Contra scandal, which saw senior US officials facilitate secret arms sales to Iran in a bid to secure the release of American hostages and fund Nicaragua’s Contra rebels.

    The Panama Papers also reveal that “current or former high-ranking officials of the secret services of at least three countries… Saudi Arabia, Colombia and Rwanda” are listed amongst the company’s clients, the paper said.
    Among them was Sheikh Kamal Adham, the former Saudi intelligence chief who died in 1999. Adham “spent the 1970s as one of the CIA’s key intermediaries” in the Middle East, the daily said.
    Political leaders iplicated
    The huge leak, which hit headlines on April 3, shed light on how the world’s rich and powerful have used offshore companies to stash their assets. As a result, Iceland’s Prime Minister Sigmundur David Gunnlaugsson resigned and pressure has mounted on a slew of other leaders around the world, including British Prime Minister David Cameron, who revealed that he had inherited an offshore fund, set up by his father.

    ksb/rc (AFP, AP, Reuters)
    Date 12.04.2016

    Find this story at 12 April 2016

    © 2016 Deutsche Welle

    Panama Papers Link Offshore Company with Colombian Paramilitary

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Hollman Carranza, the son of the late Victor Carranza, appears in the Panama Papers among 850 other Colombian citizens involved in the scandal.
    The confidential files leaked Sunday known as Panama Papers showed a connection between offshore firms and the son of late Victor Carranza, a prominent figure of Colombian paramilitarism, the U.S. channel Univision and Colombian local media revealed Monday.

    In the 1980s, Victor Carranza was known as the “emerald tsar” as he owned emerald mines in the Boyaca mountains, near the capital. He was investigated in 2012 for allegedly funding paramilitary groups in the 1990s, according to the testimony of a former leader of one of the main paramilitary group at the time, the United Self- Defense Forces of Colombia, named Fredy Rendon Herrera.

    He died from cancer one year later; his company Tecminas remains the biggest emerald trader in the country.

    Hollman Carranza’s name appeared in the Panama Papers among 850 more Colombian citizens, all involved in the scandal of tax evasion via the creation of offshore companies in Panama. Most of them live in Bogota, Medellin and Baranquilla. As the investigation unravels, the number of Colombian citizens involved in the scandal could still rise, informed El Espectador.

    However, the Colombian law does not consider illegal the creation of offshore companies, unless the money comes from illegal sources, or if the money is not included in tax declarations.

    According to RCN Radio, the government tried to label Panama as a tax haven in 2014 so money transfers could be taxed, but later abandoned the measure under the pressure of Panama’s government on the one hand, and the four most powerful and influential people in Colombia on the other.

    Published 4 April 2016

    Find this story at 4 April 2016

    Copyright http://www.telesurtv.net/

    Panama Papers Include Companies Named After James Bond Movies

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Shadowy offshore tax havens have long been associated with spy tales and James Bond villains, and now it seems some of the people implicated in the huge Panama documents leak weren’t immune to the fantasy either.

    Among the 11 million documents leaked from Mossack Fonseca, a Panamanian law firm that specializes in setting up complex offshore corporate structures, are files showing that the firm established companies named after James Bond movies and villains, according to theconsortium of journalists that published the leaks.

    The files include companies named Goldfinger, SkyFall, GoldenEye, Moonraker, Spectre and also Blofeld, the arch Bond nemesis fond of remote island lairs, the Organized Crime and Corruption Reporting Project (OCCRP), which investigated the files alongside 100 other media outlets, wrote in an article.

    The files also include “correspondence from a man named Austin Powers, apparently his real name and not the movie character, and Jack Bauer, a real person whom a Mossack Fonseca employee entered into the firm’s database as a client after the employee “met him at a pub,” the reporting project wrote.

    Jack Bauer was also the character portrayed by Kiefer Sutherland in the hit TV series “24.”

    The investigations around the so-called Panama Papers began being published Sunday, and have shone an unusual light on the closed world of offshore corporations. The documents are the biggest whistleblower leak in history and, so far, the alleged revelations have appeared to lay bare the financial dealings of former spy chiefs, criminals and officials, including friends of Russian President Vladimir Putin and relatives of Syrian President Bashar al-Assad.

    Using offshore structures is often perfectly legal and has many legitimate purposes, but they can also facilitate opaque transfers of cash and other dubious practices, making them attractive to criminals, as well as to intelligence services. The names of many real spies and their bosses were found in the files, including Saudi Arabia’s former intelligence chief and a number of alleged CIA agents and gun-runners, according to the investigative group.

    Some of those reportedly mentioned in the documents seem aware that some of their prospective clients’ practices would be familiar to the world of Bond.

    “I’ll suggest a name like ‘World Insurance Services Limited’ or maybe ‘Universal Exports’ after the company used in the early James Bond stories but I don’t know if we’d get away with that!” an intermediary to Mossack Fonseca is reported to have written on behalf of a client looking to set up an alleged front company.

    Universal Exports was a fictional company set up by the British intelligence services in Ian Fleming’s James Bond novels.

    Apr 6, 2016 1:07 PM EDT by ABC News
    Find this story at 6 April 2016

    Copyright http://www.abccolumbia.com/

    Colombia’s Former Spy Chief Sentenced to 14 Years in Prison (2015)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    BOGOTA—The former head of Colombia’s intelligence service was sentenced to 14 years in prison on Thursday for spying on opposition lawmakers, judges and journalists in one of the biggest scandals to mar the government of ex-President Alvaro Uribe.

    Maria del Pilar Hurtado, 51, headed the now-defunct Administrative Security Department (DAS) intelligence service from 2007 to 2008, which was shut down following the scandal and replaced with a new intelligence entity.

    Hurtado received political asylum in Panama in 2010, but the Panamanian government revoked it last year. She surrendered to authorities in January, hours after Interpol released an international order for her arrest.

    The former spymaster was tried in absentia for illegally intercepting phone calls and abuse of public office, among other crimes. Separately, Bernardo Moreno, one of Uribe’s aides, was given an eight-year sentence for his involvement, to be served at his home.

    Uribe, who led an aggressive military offensive against Marxist rebels during his 2002-2010 presidency, has denied any involvement in illegal activity at DAS. He is now a senator and the head of a right-wing opposition party.

    Two-thirds of Uribe’s closest political allies during his presidency, including ex-cabinet ministers, have been convicted, sanctioned or investigated for crimes ranging from corruption to hacking.

    Uribe says the string of convictions are an effort by his political opponents to persecute him. President Juan Manuel Santos, once Uribe’s defense minister, infuriated the former leader when he succeeded him, by opening peace talks with the leftist FARC rebels after decimating their ranks on the battlefield.

    Reuters
    April 30, 2015 7:43 PM
    Find this story at 30 April 2015

    Copyright http://www.voanews.com/

    Wiretapping, corruption charges pile up for former Panama president Martinelli (2015)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    In January, Panama prosecutors arrested two former security ministers on charges of illegal wiretapping and intercepting internet communications, in just one of several ongoing cases accusing the previous administration of widespread power abuse and mismanagement of public funds.

    The most scandalous allegation broke when prosecutors announced they had found telephone and internet communication intercepting equipment on January 12. Police arrested two members of ex-president Ricardo Martinelli’s government – former chief of police and ex-security minister Gustavo Pérez and former vice security minister Alejandro Garúz – on charges of surveillance without judicial approval.

    The list of alleged surveillance victims was impressive. It included two judges on Panama’s Supreme Court, U.S. CIA agents, the archbishop of Panama, leaders from political parties that opposed Martinelli’s Democratic Change Party (CD), construction union leaders and even members of Martinelli’s own cabinet and political party. Local media continue to release more complete lists of victims as they become available.

    In the wiretapping case, no direct accusations against Martinelli have yet emerged. However, one of the alleged wiretap victims – former director of the National Aid Program Rafael Guardia – is under investigation for awarding an inflated $45 million contract for dehydrated food. On January 26, Guardia alleged that Martinelli gave the order to sign the inflated contracts.

    Guardia fell under investigation after authorities discovered $9 million in bank accounts connected to Guardia, despite having only earned $161,000 in salary during a 23-month stint in social welfare agency.

    Additional investigations are ongoing against former education ministers, former social development ministers and a Supreme Court judge appointed by Martinelli.

    Martinelli left Panama on January 28 to attend a meeting of the Central American Parliament – a regional coordinating body – where he serves as a Panama representative. He has yet to return to Panama. He did, however, grant an interview to Miami-based journalist María Salazar, accusing current president Juan Carlos Varela of a political witch hunt.

    “We are only the opposition political party,” Martinelli told Salazar. “I’m the only leader that threatens [Varela] right now.”

    Martinelli went on to accuse Varela of interfering with every aspect of the government, suggesting that the prosecutor’s office is not acting independently. He said that he used to consider Varela, who served as a vice president and Foreign Minister in Martinelli’s government, one of his best friends.

    Martinelli dismissed Varela as Foreign Minister in 2011 and the two feuded publicly over accusations of Martinelli’s corruption during his remaining tenure as vice president. Martinelli’s wife, Marta Linares, also ran as a vice-presidential candidate for Martinelli’s CD party in 2014, against Varela.

    As a member of the Central American Parliament, Martinelli enjoys a legal protection under Panamanian law provided to all elected officials. However, on Tuesday, Panama’s election authority, the Electoral Tribunal, lifted that exemption for the dehydrated food contract case.

    President Varela is standing by the actions of the prosecutors, saying that he has not interfered in their investigations in an interview with CNN en Español.

    “The investigations have nothing to do with the political life, the economic life, nor the social life of the country,” Varela told CNN. “They are very strong allegations on invasions of privacy of the citizens of the country, the disappearance of surveillance equipment and isolated themes being handled by the prosecutors.”

    by Corey Kane | 13th February 2015 | @corkane
    Find this story at 13 February 2015

    © Copyright 2016 Latin Correspondent

    Ex-Spy Chief Charged in 1989 Slaying of Colombian (2015)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    BOGOTA – A former director of Colombia’s DAS intelligence agency has turned himself in after the Attorney General’s Office ordered his arrest in connection with the 1989 assassination of reformist presidential candidate Luis Carlos Galan.

    Miguel Maza Marquez surrendered late Tuesday at a DAS academy.

    Prosecutors say Maza Marquez made changes to Liberal Party hopeful Galan’s security detail just hours before he was killed on Aug. 18, 1989, at a campaign rally in the Bogota suburb of Soacha.

    One of the slain politician’s sons, Sen. Juan Manuel Galan, said his family received the news of the arrest with a sense of calm.

    “We received this news with serenity,” the relative said, adding that he trusts “the Colombian justice system has the will and capacity to do justice” in this case.

    Since early Tuesday, top officials with the AG office have been analyzing the legal issues surrounding this case to prevent any potential indictments from being blocked by the statute of limitations.

    But no time limit would apply for initiating legal proceedings if the AG office determines Galan’s murder to be a crime against humanity.

    The investigation into Maza Marquez, who was a presidential candidate himself after leaving the DAS, began about a month ago, when then-Attorney General Mario Iguaran said there was sufficient evidence to summon him for questioning.

    Former fighters with the ostensibly demobilized AUC paramilitary federation have said in sworn statements that Maza Marquez played a key role in Galan’s murder. But, according to prosecutors, testimony by erstwhile warlord Ernesto Baez giving details of the ex-DAS official involvement in the slaying carried the most weight.

    Politicians and drug kingpins are suspected of planning and instigating the still-unsolved murder, among them former Sen. Alberto Santofimio Botero and late Medellin cartel chief Pablo Escobar.

    Galan was the favorite in the 1990 presidential election; his campaign manager, Cesar Gaviria Trujillo, won the balloting following his murder. EFE

    Find this story at 2015

    Copyright Latin American Herald Tribune

    Cartel de Cali ofreció a presidente Barco matar a Escobar (2015)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    El exdirector del DAS general (r) Miguel Alfredo Maza Márquez señaló que la organización mafiosa le ofreció al mandatario asesinar a quien fuera su más enconado rival.
    Maza Márquez: Cartel de Cali ofreció matar a Pablo Escobar Cartel de Cali ofreció a presidente Barco matar a Escobar Foto: Guillermo Torres
    Este martes se cumplió el segundo día del juicio contra el exdirector del DAS general (r) Miguel Maza Márquez, ante la corte Suprema de Justicia por su presunta responsabilidad en la muerte del entonces candidato presidencial Luis Carlos Sarmiento en 1989.

    Como ha sido habitual en el proceso, Maza se ha defendido de los señalamientos en su contra argumentando que todo hace parte de un complot en su contra gestado por la familia Galán.

    Como se preveía, dentro de sus narraciones han empezado a fluir detalles ignotos para la opinión pública. Precisamente, este martes aseguró que el presidente Virgilio Barco (1986-1990) aseguró que los capos del cartel de Cali le ofrecieron matar su más enconado rival: Pablo Escobar, capo del cartel de Medellín.

    “El presidente Barco me comunicó la propuesta que se le había hecho y yo le dije: ‘Señor presidente, yo no hablo con ningún delincuente porque eso posteriormente me lo van a cobrar’”, dijo.

    Maza contó que ante la negativa del Gobierno, los hermanos Rodríguez, jefes del cartel de Cali, insistieron. No obstante, la posición oficial fue que si ellos querían colaborar, podía usar las líneas telefónicas que el Gobierno había divulgado en los medios de comunicación para que las personas denunciaran.

    Por otra parte, Maza Márquez manifestó ante los magistrados que tiene nuevas fotos que por sus propios medios consiguió y que advierten que el entonces recientemente nombrado jefe de escoltas de Galán Sarmiento, Jacobo Torregrosa, nunca dejó de acompañar al candidato en Soacha ese fatídico 18 de agosto de 1989, tal como él ha insistido.

    No obstante, el magistrado que preside la audiencia, Fernando Castro, le inquirió acerca de la procedencia de estas fotos. El oficial en retiro aseguró que las tiene desde hace un mes, que no sabe aún cuántas son y que -supuestamente- sólo se las ha mostrado a su abogado defensor.

    Sin embargo, el abogado de Maza dijo no tener conocimiento de dicho material, pero que había recibido en las últimas 24 horas un paquete que al parecer contiene un registro fotográfico. ¿Qué otros secretos revelará Maza?

    NACIÓN | 2015/06/02 16:18
    Find this story at 02 June 2015

    COPYRIGHT © 2016 PUBLICACIONES SEMANA S.A.

    Fugitive former Colombian spy chief surrenders in Panama (2015)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Panama’s Deputy Foreign Minister Álvaro Aleman, right, accompanies Maria del Pilar Hurtado as she leaves the foreign ministry building in Panama City in 2010. Photo: AP Photo/Arnulfo Franco, File

    The former head of Colombia’s intelligence agency has surrendered to authorities.

    Maria del Pilar Hurtado is accused of ordering illegal wiretaps on politicians, journalists and even Supreme Court justices opposed to former President Álvaro Uribe.

    She fled to Panama in 2010 and was granted asylum arguing that she was being targeted politically by Uribe’s successor, President Juan Manuel Santos. Several other Uribe aides under investigation for corruption have also left Colombia saying they can’t receive a fair trial here.

    Panama’s Supreme Court last year overturned the decision granting the spy chief refuge, saying it was unconstitutional.

    Hurtado’s lawyer Jaime Camacho told RCN radio on Saturday that his client turned herself in after midnight to authorities in Panama. She’s now being held at the chief prosecutor’s office in Bogotá.

    by Latin Correspondent | 2nd February 2015
    Find this story at 2 February 2015

    © Copyright 2016 Latin Correspondent

    Colombian officials flee justice — and the country (2014)

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

    Over the last decade, Western media has fairly extensively covered the War on Drugs carried out by the U.S. and Colombian governments, writing profiles and producing segments on the string of drug traffickers facing justice –often after being extradited to the US. The criminal justice system, apparently, has been working.

    Less widely known is the reality that some of the Colombians that have left the country in recent years — usually heading north — haven’t left to face justice. Instead, they’ve been fleeing it. And these weren’t criminals heading up drug trafficking groups, but rather former members of the Colombian government itself.

    At the end of August, Julian Marulanda, the former head of a government body known as the National Protection Unit, which provides security to threatened individuals including political figures and human rights defenders, fled to Miami to avoid facing corruption charges.

    Less than a week later, Sandra Morelli, the former Comptroller General, fled to Rome to avoid corruption charges just one day after finishing her term. She claims to have left Colombia due to a lack of “procedural guarantees” in the investigation of alleged abuses she committed while acting head of the highest fiscal watchdog in the country.

    These two officials are in good company. Several other top Colombian government officials from the previous administration of former President Álvaro Uribe have also sought asylum abroad over the last few years.

    This past June, the ex-Minister of Agriculture Andres Felipe Arias decided to leave for vacation the same day Colombian media reported a potential guilty ruling in his four-year court case. He was eventually convicted of embezzling $25 million from state subsidies intended for poor farmers and distributing the money to powerful families and even paramilitary groups instead. If Arias, who currently lives with his family in the U.S., ever returns to Colombia, he’ll have to serve more than 17 years in prison.

    Serious crimes — but no punishment

    Even these charges, serious as they may be, appear relatively mild next to the alleged crimes committed by other officials in the Uribe administration.

    In 2010, Maria del Pilar Hurtado, the former head of Uribe’s now-defunct intelligence agency DAS, fled to Panama, where she still resides. It has been alleged, and substantial evidence suggests that under her leadership the DAS spied on President Uribe’s political opponents, journalists, human rights defenders and even Supreme Court judges who were investing Uribe’s political allies’ ties to paramilitary groups. The U.S. government, which counted Uribe as a close ally at the time, was also implicated in these crimes, as it had provided much of the equipment used in the wiretapping scandal.

    Yet another Uribe-era official to flee the country was the former High Peace Commissioner, Luis Carlos Restrepo. Just before Uribe’s successful bid for re-election in 2006, Restrepo allegedly organized the demobilization of a fake FARC guerrilla unit with the help of a former guerrilla fighter and drug trafficker.

    Paramilitary leaders have also accused Restrepo of undermining the demobilization process by having all the AUC (United Self-Defense Forces of Colombia) paramilitary blocs demobilize simultaneously, thus inundating the prosecutor general’s office with so many cases that the overburdened office couldn’t process the vast majority of them. If true, this strategy appears to have largely been successful, as to date only 36 paramilitary leaders have been convicted out of the almost 2,700 who participated in the demobilization process. Restrepo fled in 2012, many believe to the US.

    With these long list of alleged — and often very serious — crimes, how successful have these government officials been in their attempts to escape the reach of the law?

    It still too soon to say. Colombian newsweekly Semana just reported this week that Restrepo has been given asylum in Canada, thought the Canadian embassy has neither confirmed nor denied this. For the moment, at least, he appears safely out of reach of the Colombian justice system.

    Arias has applied for asylum in the U.S., but Colombia has asked Interpol to issue a warrant for his arrest, and the U.S. Supreme Court has already ruled to begin the process of his extradition. It’s unclear how long this process could take.

    Hurtado has been in Panama for nearly four years and the Colombian government has twice failed to extradite her. The Panamanian government claims her charges are not included in the extradition treaty signed by the two countries. However, as TeleSurTV reported Monday, Panamanian authorities would agree to extradite her if requested to do so by Interpol.

    Morelli might be able to use her Italian citizenship to avoid extradition, while it is unclear what options exist for Marulanda.

    What is clear, though, is that as long as these officials continue to escape justice for the crimes they committed while they were members of the government, institutional corruption and abuses of power will continue unabated in Colombia.

    by Joel Gillin | 11th September 2014 | @joelgillin
    Find this story at 11 September 2014

    © Copyright 2016 Latin Correspondent

    << oudere artikelen  nieuwere artikelen >>