Op 20 januari verschijnt bij uitgeverij Papieren Tijger het boek Onder Druk, Terrorismebestrijding in Nederland van onderzoeksburo Jansen & Janssen.
Sinds de aanslagen van 11 september 2001 heeft de bestrijding van terrorisme het hart van de politiek bereikt. Twee dagen na de spectaculaire aanslagen in Amerika valt de Nederlandse politie een woning in Rotterdam binnen en arresteert vier personen op verdenking van terroristische activiteiten. De informatie is afkomstig van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst.
De arrestaties vormen de opmaat van enkele fel bekritiseerde rechtszaken, een lawine aan wetsvoorstellen en de publieke en politieke roep om hard optreden tegen terroristen. De druk wordt extra vergoot door de aanslagen in Madrid en Londen, en de moord op Theo van Gogh. Verschillende malen worden in Nederland verdachte terroristen gearresteerd en weer vrijgelaten.
In het boek onderzoekt bureau Jansen en Janssen de maatregelen die de Nederlandse overheid de afgelopen vier jaar heeft genomen. Veel wetgeving lijkt vooral bedoeld om aan de roep om hard optreden tegemoet te komen, zonder dat is aangetoond dat politie en justitie met de bestaande wetgeving niet uit de voeten zouden kunnen. Bovendien verlagen de nieuwe wetten de eisen die aan de bewijsvoering worden gesteld en krijgt geheime AIVD-informatie een prominente rol in het strafproces.
AIVD-informatie blijkt echter vaak van twijfelachtige aard, zo blijkt uit onderzoek van Jansen & Janssen. Informanten zijn onbetrouwbaar, informatie wordt verkeerd geanalyseerd, tapverslagen worden lange tijd niet vertaald of verdwijnen op raadselachtige wijze. Soms leidt politieke druk ertoe dat inlichtingenrapportages worden aangepast of selectief gebruikt. Internationaal is de situatie al zo dat wie op de zogenaamde VN- of EU-terreurlijsten komt te staan, geen enkele mogelijkheid heeft om een onafhankelijke rechter te laten oordelen over de juistheid van de beschuldigingen.
Burgerrechten staan onder druk door de overhaaste invoering van antiterreurwetten, goedgekeurd door politici die vaak niet al te veel kennis van zaken blijken te hebben. Ook de media spelen hun rol in het aanjagen van angstbeelden door slordig met feiten en informatie om te springen.
Of de bestrijding van terrorisme hiermee gediend is, is maar helemaal de vraag. Er is te weinig aandacht voor onderliggende factoren van radicalisering en rekrutering. Dit complexe vraagstuk, waarin nationale en internationale politiek, cultuur. religie en identiteit een rol spelen, wordt onder het vloerkleed geveegd met de dooddoener dat er geen begrip voor terrorisme mag bestaan.
‘Alles wat nu wordt voorgesteld werkt eerder contraproductief,’ concludeert een van de deskundigen die deelnamen aan speciaal voor het boek georganiseerde rondetafelgesprek.