Het Parool 06/12/2001
MAYKE CALIS
DEN HAAG – Terrorisme maakt landen kwetsbaar. De aanslagen in New York van 11 september hebben dat pijnlijk duidelijk gemaakt. Angst voor nieuwe terreuracties en vastberadenheid van regeringen om nieuwe aanslagen te voorkomen, leiden in veel Europese landen tot aangescherpte antiterrorismewetten. Wat hebben Nederland, Frankrijk, Duitsland en Engeland tot nu toe gedaan?
In Nederland liet minister Benk Korthals van Justitie onmiddellijk na de aanslagen weten geen heil te zien in een uitbreiding van bevoegdheden van politie en justitie. Volgens hem kan dat terreuracties niet voorkomen. Wel breidde Korthals de identificatieplicht uit. Bij een concrete terroristische dreiging kan voor een nauw omschreven plaats en tijd een plicht tot identificatie gelden. Een algemene identificatieplicht, zoals die geldt in België en Frankrijk, wilde Korthals niet. Andere maatregelen die in Nederland werden genomen zijn uitbreiding van het personeel van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, politie en openbaar ministerie.
In Frankrijk was het thema veiligheid ver voor 11 september een belangrijk politiek onderwerp. De geheime dienst in Frankrijk was al goed ontwikkeld en zeer omvangrijk, onder meer vanwege de dreiging van het Algerijns terrorisme. Vorige week nam het Franse parlement toch nog een nieuwe wet aan die de politie extra bevoegdheden geeft. Zo is het makkelijker geworden om tot huiszoeking over te gaan en mogen bewakingsdiensten fouilleren.
In Duitsland woedt een fikse discussie tussen de voor- en tegenstanders van strengere wetgeving. De minister van Binnenlandse Zaken, Otto Schily, beargumenteert zijn strenge maatregelen door te wijzen op het feit dat de voorbereidingen voor de aanslagen in New York werden getroffen in Duitsland. Enkele vliegtuigkapers woonden in Hamburg. Door bestanden, zoals bank,- telecom- en luchtvaartgegevens, aan elkaar te koppelen, hoopt hij potentiële terroristen op het spoor te komen. Tegenstanders van de maatregelen vrezen dat Duitsland afglijdt tot een politiestaat .
Het verst gaan de Engelsen. Het Britse Lagerhuis ging onlangs akkoord met een serie verregaande voorstellen. David Blunkett, de minister van Binnenlandse Zaken, wijst op de bijzondere postitie van Engeland binnen Europa. Engeland zou door het koloniale verleden zijn uitgegroeid tot een broedplaats voor terroristische activiteiten. Vooral migranten uit het Midden-Oosten, Pakistan en India hebben gemakkelijk toegang tot Engeland. Hij voerde aan dat het gerechtvaardigd is om buitenlandse verdachten voor onbeperkte tijd zonder proces vast te zetten. Ook moet politie zonder meer het telefoon- en e-mailverkeer kunnen afluisteren en bekijken.
Terrorismebestrijding gaat in Engeland boven rechten als privacybescherming, zeggen critici van de maatregelen. Harry Borghouts, de hoogste ambtenaar van het ministerie van Justitie, vindt de Engelse maatregelen te ver gaan: ”De rechten van de verdachten worden niet meer gewaarborgd.”
Wanneer deze wet officieel van kracht wordt, kan Nederland geen verdachten meer uitleveren aan Engeland, vindt Borghouts. Hij heeft er echter alle vertrouwen in dat een oplossing wordt gevonden onder druk van andere EU-landen.