IX – De branche van het wegtransport – 12.9 Chauffeurs en
eigen rijdersJanuary 1, 1999
12.9 Chauffeurs en eigen rijders
Soms smokkelen de chauffeurs willens en wetens. Ze worden
benaderd in het buitenland; in beruchte chauffeurscaf’s, op
parkeerplaatsen of gewoon onderweg. Internationale chauffeurs
hebben in het buitenland hun contacten opgebouwd en velen hebben er
een kennissenkring. In Marokko zijn bepaalde gelegenheden waarvan
iedereen weet dat daar de deals worden gemaakt, zoals het Seamens
centre in Casablanca. Vooral individuele chauffeurs, waaronder veel
eigen rijders, komen zo aan hun lading. Sommige eigen rijders staan
dagenlang in Marokko op een parkeerplaats, op zoek naar een
terugvracht. Bij de grotere ondernemingen zijn de terugladingen al
vooraf geregeld en loopt een chauffeur dus niet zoveel kans tegen
een smokkelvracht aan te lopen.
lees meer
IX – De zeehaven Rotterdam en de luchthaven Schiphol – 5.1.
De Rotterdamse havenJanuary 1, 1999
5. GEORGANISEERDE MISDAAD IN DE HAVENS
5.1. De Rotterdamse haven
In zijn boek over georganiseerde misdaad beschrijft Abadinsky
(1991) de situatie dat in New York de haven in handen was gekomen
van de Five Points Gang, een Italiaanse bende waarvan onder
andere Al Capone en Lucky Luciano nog lid zijn geweest. De bende
bestond uit ongeveer 1.500 man en stond onder leiding van Paul
Kelly Noot . Kelly startte in Harlem een
‘vakbond’ voor de levering van arbeidskrachten (een koppelbaas
zouden wij nu zeggen) en met behulp van zijn bendeleden schopte hij
het tot vice-president van de International Longshoremen’s
Association (ILA). Dit was de grootste vakbond van de
havenarbeiders. Met behulp van het legioen van arme en ongeschoolde
Italiaanse arbeiders die hij via de ILA aan een baantje hielp en
met het geweld van zijn criminele groep kreeg hij de greep op de
kades van East Side, Brooklyn en van New Jersey: “Loansharking,
large-scale pilfering, smuggling, and deals with employers eager
for ‘labor peace’ enriched the criminals who dominated the
waterfront. The Presidents’s Commission notes that the ‘necessity
for speed, plus the lack of rail connections to the piers, gave
rise to the coveted ‘loading’ racket, which involved moving cargo
from the peirfloor to waiting trucks. Since demand for cargo
loading was inelastic and dependent upon immediate need when ships
arrived, loading generated extraordinary profits and was a
principal incentive for organized crime to infiltrate the ILA.
Control waterfront labor and you control the waterfront”
(Abadinsky, 1991, p. 357-358).
lees meer
IX – De autobranche en de (vracht)autocriminaliteit – 5.1.
De aantrekkelijkheid van autodiefstallen voor criminele
groepenJanuary 1, 1999
5. CRIMINELE GROEPEN EN AUTODIEFSTALLEN
5.1. De aantrekkelijkheid van autodiefstallen voor criminele
groepen
Een van de klassieke terreinen van criminele groepen is in
landen als Itali, de Verenigde Staten en Rusland de diefstal van
auto’s. Gelet op het eerder geschatte schadebedrag kan met
autodiefstallen een aardige hoeveelheid geld worden verdiend.
Waarom is het plegen van autodiefstallen zo interessant voor
criminele groepen? Hiervoor zijn, in willekeurige volgorde, de
volgende factoren aan te geven.
lees meer
IX – De autobranche en de (vracht)autocriminaliteit – 3.2 De
autobranche als daderJanuary 1, 1999
3.2 De autobranche als dader: organisatiecriminaliteit
De autobranche en de bedrijven die daarin actief zijn hebben al
jaren last van een twijfelachtig imago als gevolg van het feit dat
de meeste Nederlanders (misschien door schade en schande wijs
geworden, maar vaker van horen zeggen) daarvan wel op de een of
andere wijze het slachtoffer zijn of denken te zijn geworden. Zo is
uit Amerikaans onderzoek bekend dat autoverkopers daar een zeer
lage status genieten en als een van de laagste scoren wanneer aan
mensen wordt gevraagd wie zij als beroepsgroep zouden vertrouwen
(Leonard en Weber, 1970, p. 144). De slechte reputatie is voor een
deel te danken aan de te hoge prijs die wordt berekend voor
gebruikte auto’s en de slechte staat waarin zij, ondanks alle mooie
beloften van de verkoper, worden afgeleverd. Ook blijkt achteraf de
rekening van reparaties vaak hoger uit te vallen dan van te voren
door de garage werd geraamd. Dat alles heeft de autobranche,
terecht of niet, een imago bezorgd waarmee het woord sjoemelen
nadrukkelijk is verbonden. Veel wat onder de noemer sjoemelen in de
autobranche valt, heeft te maken met vormen van
organisatiecriminaliteit. Van de Bunt (1992, p. 6) heeft
organisatiecriminaliteit omschreven als de misdrijven die
individueel of groepsgewijs door leden van een gerespecteerd en
bonafide organisatie worden gepleegd binnen het kader van de
uitoefening van organisatorische taken.
lees meer
IX – De branches horeca en gokautomaten – 4.6. Afzet van
harddrugsJanuary 1, 1999
4.6. Afzet van harddrugs
Volgens een schatting van het NIAD, Nederlands Instituut voor
Alcohol en Drugs, werden er in veertig procent van de
soft-drugscoffeeshops ook hard-drugs verkocht (Kuipers, 1991). Het
Amsterdams Horeca Interventie Team kon in de hoofdstad echter geen
verband ontdekken, zodat we met deze bewering voorzichtig moeten
zijn. Juist dit deel van het Nederlandse drugsbeleid – de scheiding
tussen de markten van soft en harddrugs – lijkt immers redelijk
gelukt. Volgens een genterviewde van Horeca Nederland worden in
Overijssel, Gelderland en Drente horeca-zaken opgekocht – vooral
discotheken – om een afzetmarkt voor (hard)drugs te creren.
Portiersorganisaties zouden vervolgens zorgen dat de dealers binnen
komen. Ook het recherchebureau Hoffman maakt melding van deze
werkwijze. Uit het rapport blijkt dat er grote bedragen zijn
betaald voor een geopende discotheek: tot 20.000 gulden.
lees meer
IX – De branches horeca en gokautomaten – 8.
CONCLUSIEJanuary 1, 1999
8. CONCLUSIE
In deze branche-beschrijving hebben we de nadruk gelegd op het
voorkomen van criminaliteit en de connecties met de georganiseerde
misdaad omdat deze vraag hier aan de orde is. De lezer zou uit
de
opsomming van problemen gemakkelijk kunnen begrijpen dat de
sectoren van de horeca en de gokautomaten geheel door de misdaad
worden beheerst. Dat is niet zo. De overgrote meerderheid van
ondernemers in beide branches hebben met georganiseerde misdaad
hoegenaamd niets van doen en dat geldt zeker voor bepaalde
deelsectoren zoals de hotels, restauranten en sociteiten. Maar
tegelijkertijd is er wel een serieus probleem ontstaan en dat is,
naar onze indruk, van betrekkelijk recente datum. De meeste
gesignaleerde problemen van georganiseerde criminaliteit zijn vijf
of hoogstens tien jaar oud. De branches als geheel lopen daardoor
schade op en dan bedoelen we niet in de eerste plaats de materile
schade van het slachtofferschap, maar veeleer het bezoedelen van de
goede naam van de branche. De gokkasten-exploitanten zien zich
geplaatst voor het probleem om de bedorven identiteit die de
branche aankleeft van zich af te schudden (morele bezwaren tegen
gokken en problemen van gokverslaving). De aanwezigheid van
misdaadondernemers in hun gelederen maakt dit extra moeilijk. De
horeca ondervindt in het algemeen ook hinder van de georganiseerde
misdaad, doordat deze oneerlijke concurrentie met zich
meebrengt.
lees meer
IX – De bouwnijverheid – 4.5. LiquidatiesJanuary 1, 1999
4.5. Liquidaties
Het zelfde als onder punt 4 geldt voor liquidaties. Ook daarvan
zijn geen aanwijzingen in de diverse ter beschikking staande
bronnen te vinden.
lees meer
IX – De bouwnijverheid – 2.3. De hevige onderlinge
concurrentieJanuary 1, 1999
2.3. De hevige onderlinge concurrentie
De concurrerende en gefragmenteerde economische omgeving draagt
bij aan de kwetsbaarheid van de bouwindustrie. De bouwindustrie
wordt gekenmerkt door een groot aantal algemene aannemers en een
nog groter aantal onderaannemers, die onderling in een felle
competitiestrijd zijn verwikkeld. In principe werken aannemers van
contract naar contract en zitten zo steeds in grote onzekerheid
over vervolgopdrachten. De combinatie van de felle competitie
tussen aannemers onderling en de controle die racketeers met hun
illegale middelen kunnen uitoefenen over cruciale en vitale
onderdelen van het bouwproces, vergroot de kwetsbaarheid van de
bouwnijverheid voor de georganiseerde criminaliteit. De grote
onderlinge concurrentie maakt ze tot een uiterst gemakkelijke prooi
voor afpersing: tegen betaling worden concurrenten uitgeschakeld en
wordt de orderportefeuille beter gevuld.
lees meer
IX – De afvalverwerkingsbranche – 6.2. De zaakanalyses van
de afvalverwerkingsbrancheJanuary 1, 1999
6.2. De zaakanalyses van de afvalverwerkingsbranche
Na de Tweede Wereldoorlog hebben zich op aarde grote
milieurampen voltrokken die de mensen met de neus op de (ernstige)
feiten drukten. Een deel van die rampen kan worden toegeschreven
aan ongelukken die het gevolg zijn van menselijk falen. Soms is het
een direct gevolg van onverschilligheid of onkunde. Voor een ander
deel is opzet aanwezig om met criminaliteit geld te verdienen. In
Nederland hebben wij niet met grote milieurampen zoals met de
Torrey Cannion te maken gehad maar werden wij in de jaren zeventig
wel geconfronteerd met enkele fikse bodemverontreinigingen in
woonwijken (in Hengelo) en op oude stortplaatsen en
fabrieksterreinen.
lees meer
IX – De verzekeringsbranche – 2.3. Ontwikkelingen in de
verzekeringsbrancheJanuary 1, 1999
2.3. Ontwikkelingen in de verzekeringsbranche
Behalve op de particuliere markt kunnen verzekeraars actief zijn
op de zakelijke markt (verzekeringen voor bedrijfsleven en
overheid), de financile markt (verzekeraars als beleggers) en de
schademarkt. In de loop der jaren werden verzekeraars uit
concurrentie-overwegingen gedwongen in te springen in de behoefte
aan nieuwe verzekeringsvormen. Door concessies te doen aan de
beschikbaarheid, de verkrijgbaarheid en de
betaalbaarheid ontstond meer ruimte in het totaal aan
verzekeringsmogelijkheden (zie hierna). Expansie werd ook gezocht
in het versoepelen van het acceptatiebeleid waardoor meer mensen in
de gelegenheid werden gesteld verzekeringsovereenkomsten aan te
gaan. Tegelijkertijd werd de vraag naar de verzekerbaarheid
relevant: ondanks de vlucht die het aanbod van verzekeringen nam,
werd de vraag naar het vastleggen van grenzen actueel. Bepaalde
onverwachte gebeurtenissen blijken onverzekerbaar. Dat komt in de
eerste plaats doordat niet voor alle verzekeringsbehoeften
verzekeringen worden aangeboden (beschikbaarheid). In de
tweede plaats stellen verzekeraars bepaalde verzekeringen niet of
slechts onder beperkende voorwaarden ter beschikking aan een kleine
groep mensen (verkrijgbaarheid). Tenslotte zijn sommige
verzekeringsvormen voor bepaalde groepen niet betaalbaar door de
hoge premiestelling (betaalbaarheid) (Welwezen, 1995, p. 6).
De mate van onverzekerbaarheid wordt benvloed door de mogelijkheid
het risico in te schatten dat door het afsluiten van een
verzekering wordt ondervangen (Faure, 1995, p. 24). Volgens de
verzekeringsbranche wordt als gevolg van veranderingen in de
maatschappij zoals individualisering, de voortschrijdende
wetenschap (en informatie-technologie), vergrijzing en toenemende
criminaliteit onverzekerbaarheid een optie waarmee ter dege
rekening moet worden gehouden. De vraag naar wat nog wel en wat
niet meer verzekerbaar is, staat in schril contrast met de
toegenomen toegankelijkheid van verzekeringen voor mensen uit alle
lagen van de bevolking.
lees meer
IX – De illegale handel in nucleair materiaal – 3.
CONCLUSIESJanuary 1, 1999
3. CONCLUSIES
In deze studie van beperkte omvang zijn drie vragen gesteld:
1. welke criminele groepen maken zich schuldig aan de illegale
handel in nucleair materiaal? 2. Op wat voor manieren wordt deze
vorm van illegale handel gepleegd?
3. Hoe worden de opbrengsten uit deze illegale handel besteed?
De illegale handel in nucleair materiaal lijkt aan Nederland
voorbij te gaan. Er bestaat ook weinig aanleiding deze handel via
Nederland te laten verlopen, wanneer de markt voornamelijk in het
Midden-Oosten, Zuid-Amerika en in Azi ligt. Er zijn geen
aanwijzingen dat in Nederland zoiets als een atoommafia of zelfs
maar een serieus te nemen handel in dit materiaal bestaat. Zelfs de
Duitse berichten over de illegale handel moeten met enig wantrouwen
worden bejegend. Zij moeten eerder worden opgevat als een manier om
de publieke opinie te benvloeden en niet als betrouwbare informatie
over de werkelijke aard en omvang van de illegale handel in
nucleair materiaal.
lees meer
Eindrapport – TEN GELEIDEJanuary 1, 1999
TEN GELEIDE
De parlementaire enqutecommissie opsporingsmethoden presenteert
hierbij haar eindrapport Inzake opsporing.
Het rapport beschrijft de georganiseerde criminaliteit, de
opsporingsmethoden van justitie en politie en de organisatie van de
opsporing in Nederland. Het is de neerslag van een jaar onderzoek.
De conclusies en aanbevelingen van dit rapport geven een duidelijk
antwoord op de hoofdvraag in deze enqute: wat er moet, wat er mag
en wat er niet mag bij de opsporing en bestrijding van
georganiseerde criminaliteit in Nederland. Het is hoog tijd dat
iedereen weet waar men aan toe is.
lees meer
<< oudere artikelen nieuwere artikelen >>