• Buro Jansen & Janssen, gewoon inhoud!
    Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, overheid in Nederland en de EU kritisch volgt. Een grond- rechten kollektief dat al 40 jaar, sinds 1984, publiceert over uitbreiding van repressieve wet- geving, publiek-private samenwerking, veiligheid in breedste zin, bevoegdheden, overheidsoptreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Jantje Beton wil geen geld meer van G4S

    Jantje Beton zet de sponsorovereenkomst met beveiligingsbedrijf G4S Cash Solutions Nederland stop. Dit omdat het hoofdkantoor van het bedrijf G4S in de media werd beschuldigd van betrokkenheid bij de beveiliging van Israëlische gevangenissen waar Palestijnse politieke gevangenen onterecht vast zouden zitten. Dat meldde Jantje Beton.

    De partijen besloten na goed overleg dat het „onwenselijk” was om te blijven samenwerken.

     

    ma 24 dec 2012, 16:09

    Find this story at 24 December 2012

    © 1996-2012 Telegraaf Media Nederland | Landelijke Media B.V., Amsterdam.

    Politie ronselde opnieuw journalist

    Van nieuwsblog.burojansen.nl

     

    AMSTERDAM – Eind juli is een journaliste benaderd door ‘twee personen die zich bekendmaakten als agenten’, die haar vroegen om tegen betaling foto’s te maken voor de politie.

    Daarvan heeft de Nederlandse Vereniging van Fotojournalisten (NVF) dinsdagavond melding gemaakt.

    De 26-jarige studente/fotojournaliste werd op haar privéadres benaderd door twee agenten die zich bekendmaakten als politie. Ze zeiden haar foto’s op Facebook te hebben gezien.

    De journaliste gaf ondanks herhaaldelijk verzoek te kennen niet te willen meewerken. Ze voelde zich geïntimideerd, toen de agenten maar bleven aandringen.

     

    AIVD

    Ze maakt regelmatig foto’s in de kraakscéne. Enkele weken eerder was haar camera gestolen. In het onderzoek daarnaar had de politie Amsterdam de geheugenkaart bekeken om strafrechtelijk materiaal te verzamelen, bevestigt een woordvoerder van de politie aan de NVF.

    Maar de politie Amsterdam weet niets van het voorval, het bezoek staat daar niet geregistreerd. De woordvoerder denkt dat het ‘andere mensen’ zijn geweest.

    De NVF heeft de AIVD benaderd, maar die kunnen niks over dit specifieke voorval zeggen. Wel laat een woordvoerster aan de NVF weten dat de AIVD ‘geen politie’ is.

     

    Geen verlengstuk

    De NVF is onderdeel van de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ), die eerder al te kennen gaf het ronselen van journalisten sterk te veroordelen. “Journalisten zijn geen verlengstuk van justitie.”

    NVJ-secretaris Rosa García López van de sectie NVF geeft toe dat de agenten strikt juridisch ‘niets illegaals’ hebben gedaan. “Het enige dat we nu kunnen doen is het signaleren en hopen dat er een waarschuwing van de NVJ vanuit gaat”, zegt ze tegen NU.nl. “Daarom hopen we dat meer journalisten bij wie dit gebeurd is zich melden.”

     

    Peking

    In juni werd bekend dat de AIVD tijdens de Olympische Spelen in Peking in 2008 sportjournalisten zou hebben benaderd tegen betaling foto’s te maken van Chinese officials.

     

    Find this story at 22 August 2012

     

    Copyright © 1998-2012 NU.nl is onderdeel van het netwerk van Sanoma Media Netherlands groep

    Nut van nieuw camerasysteem langs de grenzen niet bewezen

    Binnenland Het kabinet verwacht veel van een nieuw camerasysteem langs de grens. Ook al is de effectiviteit niet bewezen. Bovendien hebben privacy-experts grote bezwaren.

    De grenzen in Europa verdwenen? Nee hoor, vanaf 1 januari zijn ze terug. Dan voert Nederland weer gewoon grenscontroles in langs de grenzen met Duitsland en België. En anders dan vóór het vrije verkeer van personen in Europa worden dan niet een paar, maar alle passerende voertuigen gecontroleerd.
    Douanebeambte maakt plaats voor geavanceerde camera

    Klinkt dat onwaarschijnlijk? Toch is het waar. Betekent dit weer files bij de grens? Nee, want de strenge douanebeambte is vervangen door een geavanceerde camera, gekoppeld aan de computers van de marechaussee. Wie in een gestolen auto rijdt of om een andere reden de belangstelling wekt van de militaire politie, wordt een paar kilometer na de grens alsnog aan de kant gezet.

    @migo-boras is de mysterieuze naam van het cameranetwerk dat momenteel bij vijftien grensovergangen wordt ingericht. De automobilist die daar passeert, kan het digitale oog van de overheid straks niet meer ontlopen. Ook elders in Nederland groeit het aantal camera’s langs de snelwegen snel.

    En behalve een oog krijgt de overheid ook een geheugen. Als het aan minister Opstelten (Veiligheid en Justitie, VVD) ligt, mogen de miljoenen foto’s die nu langs de snelwegen worden gemaakt, straks weken worden bewaard. Onduidelijk is nog of dat ook gaat gelden voor de beelden van de nieuwe grenscamera’s.
    Marechaussee wil niets kwijt over grenscontrolesysteem

    Net zo mysterieus als de naam @migo-boras is de houding van de Koninklijke Marechaussee die – twee maanden voordat de apparaten gaan flitsen – niet wil vertellen hoe het grenscontrolesysteem werkt. En wat is het doel van @migo-boras? Wie worden er aan de kant gezet en waarom? Wat gebeurt er precies met de foto’s? Op zijn vroegst eind december wordt hier openheid over geboden. Een weekje voor de daadwerkelijke invoering.

    Documenten die met een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur werden verkregen, bieden enige informatie. Bijvoorbeeld over die mysterieuze naam. @migo-boras staat voor ‘automatisch mobiel informatie gestuurd optreden – better operational result and advanced security’. Verder blijkt dat @migo-boras straks behalve het kenteken ook de zijkant van voertuigen fotografeert.

    De techniek die nu al langs de snelwegen wordt gebruikt heet ANPR: automatic number plate recognition. Gefotografeerde nummerplaten worden in enkele seconden vergeleken met een lijst van voertuigen van verdachten; daarbij het kan ook gaan om mensen die nog een parkeerboete moeten betalen of wier apk is verlopen. Bij een treffer kan de wagen korte tijd later aan de kant worden gezet, als er tenminste politie in de buurt is.
    Meer mogelijkheden als foto’s mogen worden bewaard

    De mogelijkheden breiden zich uit als de foto’s straks mogen worden bewaard. Dan kan bijvoorbeeld worden gekeken of een verdachte op het moment van een misdrijf in de buurt reed. Nu mogen nog alleen foto’s worden opgeslagen die een ‘hit’ opleveren, de rest moet direct worden verwijderd.

    Verder worden de kentekens van wagens die de grens passeren straks door allerlei databases gehaald, zo blijkt uit de opgevraagde documenten. Dan gaat het bijvoorbeeld om het kentekenregister van de Rijksdienst voor het Wegverkeer, of Nederlandse en Europese politie- en vreemdelingenregisters. De marechaussee krijgt zes SUV’s met camera’s die in de grensgebieden gaan rondrijden.
    Europese Commissie onderzoekt of systeem in strijd is met Schengen

    De Europese Commissie onderzoekt of het systeem in strijd is met het verdrag van Schengen, dat het mogelijk maakt zonder grenscontroles tussen landen te reizen. Maar ook privacydeskundigen hebben bezwaren. Politieagenten die in de database mogen zoeken, komen heel wat te weten over het gedrag van hun medeburgers. Bert Jaap Koops, hoogleraar regulering van technologie aan de Universiteit van Tilburg, is daar kritisch over: „Er moet goed worden geregeld dat alleen een beperkte groep opsporingsambtenaren toegang heeft en dat er alleen controleerbare zoekacties worden gedaan in het kader van een opsporingsonderzoek.” Hier kan het gemakkelijk misgaan. Zo bleek eerder dat pincodes die toegang geven tot een database waarin agenten kunnen opzoeken wie een dreig-tweet heeft verstuurd, ook rondgingen onder collega’s die niet in het bestand mochten.
    CBP: opslaan kentekens rechtvaardigt inbreuk op persoonlijke levenssfeer burgers niet

    Begin dit jaar oordeelde het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) dat het opslaan van kentekens niet zó onmisbaar is bij misdaadbestrijding dat het de „inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van een groot aantal burgers” rechtvaardigt. Want het nut lijkt groot, maar is nog niet bewezen. Het college schrijft dat er nog maar weinig onderzoek is gedaan naar de effectiviteit van nummerplaatherkenning met ANPR bij het terugdringen van criminaliteit. Ook niet in de VS en Groot-Brittannië, waar al veel langer wordt gewerkt met dit systeem. En de paar buitenlandse onderzoeken waarin wel de vraag werd opgeworpen of ANPR criminaliteit als autodiefstal terugdringt, laten geen effect zien.
    Opstelten komt ondanks kritiek met wetsvoorstel voor kentekenopslag

    Find this story at 31 October 2012

    door Wilmer Heck

    © Copyright 2011. NRC Media. All rights reserved.

    Camera’s houden grens scherp in vizier

    ENSCHEDE – De marechaussee gebruikt sinds gisteren ‘meedenkende’ camera’s om aan de grens bij De Lutte en de N35 in Enschede toezicht te houden op zaken als illegale migratie, witwaspraktijken, mensenhandel en identiteitsfraude.

    Het camerasysteem selecteert op basis van risicoprofielen voertuigen die interessant zijn om te controleren.

    Find this story at 2 August 2012

    Copyright © 2012 Wegener Media

    Ongewenste fouillering in de Pijp (Amsterdam)
    Een oude man met trillende handen en een wandelstok, een oma, een meisje van 14, een moeder en een keurige meneer. Wat hadden ze gedaan? Blijkbaar iets want ze werden door de politie gefouilleerd op verboden wapenbezit. In het kader van een preventie fouilleer actie ging de politie met man en macht aan de gang om iedereen in de Pijp te fouilleren. Het was een intimiderend gezicht en niet alleen dat het voelde heel bedreigend, zoals ik zelf aan de lijve ervaarde. “Ja mevrouw”, zei een agent, ” dat moeten we doen want er zijn dit jaar al vier moorden gepleegd in de Pijp en om niemand te discrimineren, fouilleren we iedereen.” Natuurlijk, heel logisch!!! Heel logisch om de pret van mensen die lekker wat aan het drinken of eten zijn te onderdrukken en heel logisch om ook mensen angstig te maken. De één vond het misschien wel grappig, maar een ander had duidelijk last er van vanwege een trauma of iets dergelijks. Maar ja, die oude en trillende man zou natuurlijk een moordenaar kunnen zijn en onder onze strakke zomerjurkjes kan wel eens een wapen verborgen zijn…

    Weigering

    Ik vraag me af wat deze actie voor zin had – zoveel onschuldigen lastigvallen met de nodige paniek hier en daar om zogenaamd moorden te voorkomen… De echte wapenbezitters zijn al lang verdwenen als ze die busjes en al die agenten zien met de gele hesjes aan. Eerst waren ze in het Sarphatipark geweest, toen in de Mc Donalds en nu op het Heinekenplein waar ik met wat vrienden en familie gezellig een borrel zat te drinken. Ook wij moesten gefouilleerd worden, mijn nekharen stonden meteen overeind en mijn gevoel van onrechtvaardigheid kwam naar boven; dit klopt niet! Ik wil helemaal niet gefouilleerd worden. Ik zei dit ook tegen de agenten, die eerst zeiden dat ze dat natuurlijk begrepen, maar het was verplicht en ze gaven me een folder die dat duidelijk maakte. Niet dus – en o ja de burgemeester had in deze actie toegestemd, dus dan moest ik toch eraan mee doen. “En als ik het niet doe”, zei ik. Nou, dan moesten ze me aanhouden en meenemen naar bureau, waar ik een veroordeling kon verwachten en een boete van minstens 300 euro. “Nou”, zei ik, “neem me dan maar mee” en ik was benieuwd tot hoever deze poppenkast zou doorgaan. Het was toch van de zotte dat ik gestraft kon worden. Ik heb toch een recht van weigeren. Nee, blijkbaar niet – en het was dat mijn dochter erbij was die mij smeekte om toch mee te werken, anders was ik mee gegaan naar het bureau. “Ach”, zei een agent, “houdt het toch gezellig mevrouw”. Gezellig zeg je, ik had het heel gezellig tot jullie aan die intimiderende actie begonnen.

    Onderscheidend vermogen

    Wat is er met het onderscheidend vermogen van de politie gebeurt, dat ze niet kunnen zien dat onze groep met een paar oma’s, jonge meiden en doodgewone moeders geen dreiging vormen. Nee, het was allemaal in het kader van het voorkomen van discriminatie! Ik vraag je: is dat het waard dat je dan zoveel emotionele onrust veroorzaakt en hartaanvallen riskeert van doodgewone mensen die niet begrijpen wat er gebeurt.. Is dit dan die politiestaat die we vreesden. Het lijkt er wel op – ik durf de stad niet meer in te gaan, bang dat dit nog een keer gebeurt. Ik slaap vannacht heel onrustig, alleen al door de frustratie. Welke onzinnige bureaucraat heeft dit nu weer verzonnen? Kan dit dan zo maar?

    Manon Tromp
    Amsterdam
    Criminele drugsinfiltrant VS jarenlang actief in Nederland

    ’Inzet burgerinfiltranten in Nederland strikt verboden’

     

    De Amerikaanse drugsbestrijdingsorganisatie DEA heeft een criminele burgerinfiltrant ingezet in Nederland. Het AD heeft de hand weten te leggen op geheime rapporten van de DEA.

     

    De burgerinfiltrant speelde een hoofdrol bij de gecontroleerde doorvoer van een grote hoeveelheid drugs in Europa. Doel was het in de val lokken van drugscriminelen. Op de partij kwamen meerdere Nederlanders af. Infiltrant ‘Mono’ werkte maandenlang vanuit Amsterdam.

     

    De rol van de DEA-infiltrant ligt gevoelig, omdat het een bom kan leggen onder het proces tegen de potentiële kopers die momenteel in Haarlem terechtstaan. De verdachten vermoeden dat de DEA in Nederland buiten haar boekje is gegaan en eisen inzage in de operatie. De Amerikanen weigeren dat.

     

    Justitie claimt dat ze eind 2009 voor het eerst hoorde dat Mono voor de DEA werkte. Een artikel uit de Poolse krant Gazeta Wyborcza zet vraagtekens bij die verklaring. Nederland zou namelijk al op 11 februari 2009 een bemiddelende rol hebben gespeeld tussen de DEA en de Poolse geheime dienst ABW.

     

    Vindt dit verhaal op 16 juni 2012

     

    Bewerkt door: Leonie Francien Sellies

    16-6-12 – 08:23  bron: ANP

    De infiltrant was maandenlang actief in Amsterdam. © ANP.

     

    De Persgroep Digital. Alle rechten voorbehouden.

    De inzet van de afluisterbevoegdheid en van de bevoegdheid tot de selectie van Sigint door de AIVD

    Bij het toezichtsrapport inzake de inzet van de afluisterbevoegdheid
    en de bevoegdheid tot de selectie van Sigint door de AIVD
    Het onderzoek van de Commissie heeft zich gericht op de rechtmatigheid van de inzet van
    de afluisterbevoegdheid en de bevoegdheid tot de selectie van Sigint door de AIVD in de
    periode van september 2010 tot en met augustus 2011. Deze bevoegdheden zijn neergelegd
    in de artikelen 25 en 27 van de Wiv 2002 en mogen enkel worden ingezet indien dit
    noodzakelijk is in het kader van de veiligheidstaak of de inlichtingentaak buitenland van de
    AIVD. Ook is wettelijk vereist dat de inzet van deze bevoegdheden proportioneel en
    subsidiair is en voldoet aan in de Wiv 2002 neergelegde zorgvuldigheidsvereisten.
    De Commissie constateert dat de AIVD bij de inzet van de afluisterbevoegdheid doordacht
    te werk gaat. Zij heeft in de door haar onderzochte operaties geen onrechtmatigheden
    geconstateerd. Dit is gezien het grote aantal onderzochte operaties een compliment waard.
    Op enkele punten constateert de Commissie evenwel dat er sprake is van
    onzorgvuldigheden, vooral ten aanzien van de motivering van operaties.
    Voor een deugdelijke motivering is van belang dat de AIVD hierin alle beschikbare relevante
    informatie betrekt. Alleen dan kan zorgvuldig worden afgewogen of de privacyinbreuk die
    gepaard gaat met de inzet van de afluisterbevoegdheid inderdaad noodzakelijk,
    proportioneel en subsidiair is. De Commissie heeft in één geval geconstateerd dat contraindicaties
    inzake de dreiging die van een target uitging, niet waren opgenomen in de
    motivering. De Commissie signaleert ook dat de AIVD incidenteel omwille van de efficiëntie
    van het inlichtingenwerk parallelle, verschillend gerubriceerde motiveringen aanwendt.
    Naar het oordeel van de Commissie staat dit op gespannen voet met het belang van een
    zorgvuldige en eenduidige motivering.

    De Commissie constateert dat het in het onderzoek van de AIVD naar
    radicaliseringstendensen niet altijd evident is dat de personen of organisaties jegens wie de
    afluisterbevoegdheid wordt ingezet, ook daadwerkelijk aanleiding geven tot het ernstige
    vermoeden een gevaar te zijn voor de nationale veiligheid. De Commissie onderkent het
    belang van dit onderzoek maar benadrukt dat dan wel voortdurend de inzet van bijzondere
    bevoegdheden jegens deze personen of organisaties kritisch geëvalueerd dient te worden. Zij
    heeft in één geval geconstateerd dat de AIVD gedurende enkele jaren bijzondere
    bevoegdheden heeft ingezet zonder duidelijkheid te hebben verkregen over de dreiging die
    van de betrokken personen uitging. De Commissie is van oordeel dat de inzet van de
    afluisterbevoegdheid met name in de laatste periode van dit onderzoek zich op het
    grensgebied bevond van wat wettelijk is toegestaan. In één geval zijn door de AIVD
    bijzondere bevoegdheden ingezet tegen een persoon die een bepaalde boodschap wilde
    publiceren waarvan volgens de AIVD niet uit te sluiten was dat deze opgevat kon worden
    als een oproep tot activisme of geweld. De Commissie vindt deze formulering te ruim. Voor
    ii
    de inzet van een bijzondere bevoegdheid moet immers gemotiveerd worden dat er een
    ernstig vermoeden van een gevaar is.
    In één geval constateert de Commissie dat de AIVD de afluisterbevoegdheid heeft ingezet
    terwijl er belangrijke redenen waren om voorafgaande hieraan de MIVD de consulteren.
    Hierdoor had de AIVD niet alleen mogelijk operationeel relevante informatie kunnen
    verkrijgen, ook kan zo voorkomen worden dat beide diensten zich los van elkaar met
    dezelfde operationele aangelegenheden bezighouden.
    De Commissie onthoudt zich, net als in twee eerdere rapporten waarin dit onderwerp ter
    sprake kwam, van een oordeel over de rechtmatigheid van de selectie van Sigint door de
    AIVD. Bij de inzet van deze bevoegdheid licht de AIVD vaak niet toe aan wie de nummers
    en technische kenmerken toebehoren en waarom deze telecommunicatie dient te worden
    geselecteerd. Deze problematiek lijkt eigen aan de selectie van Sigint, de Commissie heeft dit
    onlangs ook ten aanzien van de MIVD geconstateerd. De motiveringsvereisten van de Wiv
    2002 zijn evenwel strikt, aangezien bij de selectie van Sigint kennis wordt genomen van de
    inhoud van communicatie van personen en organisaties. In het eind 2011 uitgebrachte
    toezichtsrapport 28 inzake de inzet van Sigint door de MIVD heeft de Commissie het
    juridisch kader voor het gehele proces van de inzet van Sigint uiteengezet en
    aanknopingspunten gegeven voor een betere motivering. De Commissie zal dan ook in het
    volgende diepteonderzoek naar de inzet van de afluisterbevoegdheid en de bevoegdheid tot
    de selectie van Sigint door de AIVD nagaan in hoeverre de motivering van de selectie van
    Sigint is verbeterd.

    Het rapport is te vinden bij CTIVD

    Reactie van de minister

    Persbericht

    Rechercheprocessen bij de bestrijding van georganiseerde criminaliteit

    Bij de sturing van op georganiseerde criminaliteit gerichte opsporingsonderzoeken, ontbreekt het aan voldoende inzichten: – in het opsporingsproces, – in de factoren die hierop van invloed zijn en – in de resultaten die ermee worden bereikt. Dit rapport gaat over de wijze waarop het concept ‘intelligence’-gestuurde opsporing in de praktijk uitwerkt bij de aanpak van georganiseerde misdaad. Hiertoe is ondermeer onderzocht hoe de voorbereiding van een opsporingsonderzoek naar georganiseerde misdaad in de praktijk verloopt, in hoeverre voorstellen voor onderzoeken daadwerkelijk tot opsporingsonderzoeken hebben geleid en wat daarvan de resultaten zijn geweeest. De eerste voorlopige resultaten werden reeds in 2007 in hoofdstuk 5 van het rapport “Georganiseerde criminaliteit in Nederland” (Onderzoek en Beleid, nr. 252) gepubliceerd (zie link bij: Meer informatie).

    Inhoudsopgave:
    Voorwoord
    Samenvatting
    Inleiding
    Het selectieproces van zaken
    Weegdocumenten van de Nationale Recherche
    Van preweegdocumenten tot tactisch onderzoek
    Conclusies
    Summary
    Literatuur
    Bijlagen

    Auteur(s): Bokhorst, R.J., Steeg, M. van der, Poot, C.J. de
    Organisatie: WODC
    Plaats uitgave: Den Haag
    Uitgever: WODC
    Jaar van uitgave: 2011
    Reeks: Cahiers 2011-11
    Type rapport: Eindrapport

    Document te vinden bij

    Samenvatting te vinden bij

    Summary at

     

    Criminele Inlichtingeneenheden waarborgen intern toezicht onvoldoende

    CBP-onderzoek naar periodieke controle politiegegevens omtrent zware criminaliteit

    Persbericht, 12 juni 2012
    Het College bescherming persoonsgegevens (CBP) heeft na onderzoek geconcludeerd dat de Criminele Inlichtingeneenheden (CIE’s) bij twee regionale politiekorpsen, de Koninklijke Marechaussee en een bijzondere opsporingsdienst onvoldoende maatregelen hebben getroffen om de wettelijke eisen omtrent bewaartermijnen van politiegegevens na te leven. Daarmee handelen zij in strijd met de wet. Het CBP deed onderzoek bij de twee regionale politiekorpsen Flevoland en Brabant Zuid-Oost, de Koninklijke Marechaussee en de Inlichtingen en -Opsporingsdienst van de Inspectie Leefomgeving en Transport. De CIE’s verwerken politiegegevens om inzicht te krijgen in de betrokkenheid van personen bij ernstige en georganiseerde misdrijven. Voor de verwerking van deze gevoelige (politie)gegevens omtrent zware criminaliteit gelden strenge wettelijke eisen, mede omdat de informatie niet altijd betrouwbaar is terwijl de risico’s en gevolgen van de verwerking groot kunnen zijn voor de personen die het betreft. De Wet politiegegevens (Wpg) bepaalt dan ook dat dergelijke politiegegevens moeten worden verwijderd zodra zij niet langer noodzakelijk zijn. Daarbij geldt dat uiterlijk vijf jaar nadat voor het laatst gegevens zijn toegevoegd, de gegevens moeten worden verwijderd. De wet eist bovendien een periodieke (jaarlijkse) toets om vast te stellen in hoeverre de gegevens nog noodzakelijk zijn voor het doel waarvoor ze werden verwerkt. Uit het onderzoek blijkt dat geen van de vier onderzochte partijen deze bij wet verplichte periodieke toets uitvoert dan wel niet concreet genoeg toetst of de opgenomen politiegegevens nog noodzakelijk zijn. Ook constateert het CBP dat het verplichte interne toezicht door de privacyfunctionarissen op de naleving van de bewaartermijnen van de gegevens inclusief het toezicht op de periodieke controle van de noodzaak om ze te bewaren, tekort is geschoten.

    Lees het rapport van definitieve bevindingen Regionaal politiekorps BZO (528 KB)

    Lees het rapport van definitieve bevindingen Regionaal politiekorps Flevoland (528 KB)

    Lees het rapport van definitieve bevindingen Koninklijke Marechaussee (502 KB)

    Lees het rapport van definitieve bevindingen Inspectie Leefomgeving en Transport – Inlichtingen en Opsporingsdienst (492 KB)
    Periodieke controle
    De wetgever verplicht tot een periodieke, jaarlijks uit te voeren, interne controle waarna gegevens die niet langer noodzakelijk zijn moeten worden verwijderd. De politie moet daarbij het belang van de registratie van de gegevens voor de uitvoering van de politietaak afwegen tegen de belangen van de betrokkene bij verwijdering. Deze belangenafweging kan leiden tot verwijdering van de gegevens voordat de uiterste bewaartermijn van vijf jaar is verlopen.

    Controle door de privacyfunctionaris
    De Wpg verplicht de politiekorpsen om een privacyfunctionaris aan te stellen die als taak heeft gegevensverwerkingen intern te controleren, onder meer op de naleving van de bewaartermijnen. Het CBP constateert dat geen van de privacyfunctionarissen de afgelopen jaren een onderzoek heeft uitgevoerd naar (de naleving van de bewaartermijnen van) gegevensverwerkingen door de CIE. Daarmee schiet de verplichte interne controle om de grenzen van de Wpg te bewaken, tekort.

    Hits en hints: De mogelijke meerwaarde van ANPR voor de opsporing

    Automatic Number Plate Recognition (ANPR) is een techniek waarmee kentekens met behulp van camera’s automatisch worden gelezen en vervolgens worden vergeleken met één of meer referentiebestanden. Deze bestanden bevatten kentekens waarmee iets aan de hand is, bijvoorbeeld een openstaande boete, een gestolen voertuig of een rijontzegging. Er zijn op dit moment 90 mobiele en 120 vaste ANPR-camera’s in gebruik bij de Nederlandse politie.
    Dit onderzoek maakt duidelijk of, en zo ja hoe, ANPR kan bijdragen aan (verbeterde) opsporing, vervolging en berechting van delictplegers.
    De probleemstelling van dit onderzoek is als volgt geformuleerd:
    Hoe wordt binnen de Nederlandse strafrechtspleging gebruik gemaakt van ANPR?
    Op welke elementen van de strafrechtsketen is ANPR van invloed?
    Draagt de inzet van ANPR bij aan een effectiever werkende strafrechtsketen en zo ja, hoe dan?

    Inhoudsopgave:
    Managementsamenvatting
    English summary
    Inleiding
    ANPR in Nederland
    Wetgeving en bewaartermijn
    Beoordelingskader ANPR
    Stap 1: Scannen
    Stap 2: Referentielijsten en hits
    Stap 3: Reactie
    Neveneffecten, knelpunten en kosten/baten
    Slotbeschouwing
    Bijlagen
    Auteur(s): Flight, S., Egmond, P. van
    Organisatie: DSP-groep, WODC
    Plaats uitgave: Amsterdam

     Document te vinden bij

    Samenvatting te vinden bij

    Summary at

    Tappen en infiltreren

    De telefoontap is een veelvuldig ingezet opsporingsmiddel. Nu de inzet van telefoontap steeds minder effectief blijkt en de internettap nog in de kinderschoenen staat, lijkt het voor de hand te liggen dat er in de opsporing meer aandacht zal komen voor andere bijzondere opsporingsmethoden, zoals observatie (stelselmatig volgen), infiltratie, pseudokoop en -dienstverlening, undercover stelselmatig informatie inwinnen, inkijken, direct afluisteren en bijstand en opsporing door burgers (informanten en infiltranten). In dit themanummer wordt daarnaast aandacht besteed aan het fenomeen exfiltratie, ofwel meewerkende criminele getuige.

    Inhoudsopgave:
    Voorwoord
    Wie belt er nou nog? De veranderende opbrengst van de telefoontap – G. Odinot en D. de Jong
    Mogelijkheden en beperkingen van de internettap – J.J. Oerlemans
    Opsporingsbevoegdheden en privacy; een internationale vergelijking – J.B.J. van der Leij
    Undercoveroperaties: een noodzaakelijk kwaad? Heden, verleden en toekomst van een omstreden opsporingsmiddel – E.W. Kruisbergen en D. de Jong
    De exfiltratie van verdachte en veroordeelde criminelen; over de onmisbaarheid van een effectieve regeling voor coöperatieve criminele getuigen – C. Fijnaut
    Summaries

    Organisatie: WODC
    Plaats uitgave: Den Haag

    Document te vinden bij

    Voorwoord te vinden bij

    Summaries at

     

    Het gebruik van de telefoon- en internettap in de opsporing

    De minister van Justitie heeft tijdens een Algemeen Overleg over tapstatistieken toegezegd een onderzoek te laten verrichten naar de effectiviteit van telefoon- en internettaps (TK 2009-2010, 30 517, nr. 16).
    Dit rapport heeft als doel inzicht te bieden in het feitelijk gebruik van de telefoon- en internettap bij opsporing van strafbare feiten. In het onderzoek wordt uitgegaan van een getrapte vraagstelling:
    Hoe wordt in Nederland gebruikgemaakt van de telefoon- en internettap tijdens het opsporingsproces?
    Hoe wordt in enkele andere West-Europese landen (Engeland en Wales, Duitsland en Zweden) met dit opsporingsmiddel omgegaan?
    Kunnen (grote) verschillen tussen deze landen in het gebruik van dit opsporingsmiddel worden verklaard?
    Deze vraagstelling is uitgewerkt in verschillende onderzoeksvragen, die zich samen laten vatten als: hoe vaak, waarom en wanneer wordt de telefoon- en internettap ingezet, voor hoe lang wordt een tap aangesloten en wat voor een informatie levert het dan op?

    Inhoudsopgave:
    Voorwoord
    Afkortingen
    Samenvatting
    Inleiding
    De telefoon- en internetmarkt
    Regulering van tappen in Nederland
    Wat is een tap en hoe komt deze tot stand?
    De tapstatistieken in Nederland
    De telefoontap in de praktijk
    De internettap in de praktijk
    Alternatieven voor de tap
    Het gebruik van de tap in Engeland en Wales
    Het gebruik van de tap in Zweden
    Het gebruik van de tap in Duitsland
    Slotbeschouwing

    Auteur(s): Odinot, G., Jong, D. de, Leij, J.B.J. van der, Poot, C.J. de, Straalen, E.K. van
    Organisatie: WODC
    Plaats uitgave: Den Haag

    Document te vinden bij

    Samenvatting te vinden bij

    Summary at

    KRO Reporter International: Huurlingen

    Nederlandse gewapende beveiligingsbedrijven moeten verplicht gescreend worden op justitiële antecedenten. Dat stellen defensiespecialisten naar aanleiding van de uitzending van Reporter International van vrijdag 3 februari.

    In de uitzending wordt onthult dat de directeur van het Nederlandse beveiligingsbedrijf Specops Company een strafblad heeft. Hij heeft de Wet Wapens en Munitie overtreden, maakte zich schuldig aan drugsbezit en een woninginbraak. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie was daarvan op de hoogte, maar zag geen reden actie te ondernemen.

    Specops Company biedt in 15 landen, waaronder Zuid Afrika, Seychellen en de Verenigde Arabische Emiraten, gewapende diensten aan. Het gaat onder meer om beveiliging van schepen tegen piraten en persoonsbeveiliging . Omdat Specops alleen in het buitenland werkt, hoefde het bedrijf volgens de huidige regels geen vergunning aan te vragen. Het bedrijf is dus niet gescreend door het Ministerie van Justitie.

    Hoogleraar Militair Recht Terry Gill van de UvA reageert geschrokken op deze zaak. Gill vindt dat gewapende beveiligingsbedrijven die in Nederland gevestigd zijn altijd gescreend moeten worden. ‘Je moet zorgen voor een deugdelijke screening en een vergunningstelsel van beveiligingbedrijven op eigen bodem’ aldus Gill in Reporter International.

    Ook hoogleraar Internationale Betrekkingen Rob de Wijk en René Hiemstra van adviesbureau Acestes willen strengere eisen aan Nederlandse gewapende beveiligers. ‘Het begint met in kaart te brengen welke bedrijven er op dit gebied zijn en te inventariseren wat ze precies doen. Screening op antecedenten is er nu voor deze bedrijven niet, dat moet echt gaan veranderen’, aldus Hiemstra. Om problemen met de militaire beveiligers te voorkomen is zelfs een nieuwe, interdepartementale samenwerking van diverse ministeries nodig, zo stelt hij in Reporter International.

    Hiemstra voorzag in 2007 de Adviesraad internationale vraagstukken, AIV van informatie over deze groeiende bedrijfstak. Hoeveel Nederlandse bedrijven momenteel gewapende beveiliging aanbieden in het buitenland is onbekend. Hoogleraar Rob de Wijk denkt dat het om zo’n 20 bedrijven gaat die vanuit Nederland opereren.

    Bekijk hier de uitzending van 3 februarie 2012

    Polderen bij de politie

    De sterkte van de Nederlandse politie is sinds 1991 met bijna de helft (43,9%) toegenomen, maar er zijn amper meer agenten op straat gekomen. Bovendien wordt door dat veel grotere politieapparaat nauwelijks een boef extra gevangen.

    Dat blijkt uit interne rapporten van de Politieacademie waar KRO Brandpunt de hand op heeft weten te leggen. Hoe de politie steeds meer veranderd is in een bureaucratische moloch. Aart Zeeman onderzoekt waar de roep om meer blauw op straat uiteindelijk toe heeft geleid.

    Uitzending Brandpunt 06 mei 2012

    OPSPORING VERZOCHT!

    Slachtoffer van diefstal, gewapende overval of seksueel misbruik? Dikke kans dat de daders nooit worden gepakt. De opsporing van criminelen is de afgelopen jaren steeds verder verminderd. Vooral sinds de politie de beschikking heeft gekregen over een nieuw, centraal computersysteem stapelen ook de onopgeloste zwaardere delicten zich op. Korpschef van Hollands Midden J. Stikvoort zegt dat het systeem ‘als een ramp’ wordt ervaren.

    Lees ook het nieuwsbericht: 40.000 VERDACHTEN NIET OPGEPAKT DOOR FALENDE COMPUTERS

    Aangifte leidt niet altijd tot aanhouding

    Veel burgers zijn ontevreden over de politie. Na het doen van aangifte van een misdrijf horen ze vaak niets meer, zelfs al kunnen ze de dader aanwijzen. Dat merkten de ouders van de 10-jarige Simone. Een vriend van de familie bleek hun dochter te hebben misbruikt. Ze deden onmiddellijk aangifte, maar de verdachte werd niet opgepakt. Hij werd pas aangehouden, nadat de ouders vertwijfeld de burgemeester inschakelden. ‘Als je zelf niet aan de bel trekt, gebeurt er helemaal niets’, zegt de moeder van Simone.

    Bakker Van Hasselt uit Zundert kreeg tijdens een overval een pistool op zijn hoofd. Hij wees de politie op camerabeelden waar de daders mogelijk op staan. Maar de politie deed daar niets mee. De overval bij de bakker is al de tiende in anderhalf jaar tijd.

    Ook de heer Osendarp heeft een dergelijke ervaring. Zijn huurder ging er met de inboedel vandoor. Osendarp spoorde de notoire oplichter op en gaf het adres van zijn ex-huurder door aan de politie. Tot zijn grote verbazing hield deze de man niet aan. Maar daar gaat Osendarp niet mee akkoord. Hij stapt naar de rechter om de politie te dwingen toch onderzoek te doen. Met succes, want de rechtbank beslist dat de politie de zaak alsnog moet behandelen.

    Frustratie bij politie

    Burgers voelen zich door de politie in de steek gelaten. Maar ook de politie zelf is zwaar gefrustreerd. Er zijn te weinig agenten en rechercheurs die criminelen op kunnen sporen. Volgens minister Opstelten van Veiligheid heeft Nederland op dit moment het sterkste politiekorps ooit. Op papier klopt dat.
    In de werkelijkheid kwam al het extra blauw van de afgelopen jaren niet op straat terecht. ‘Van de 49.500 politiemensen zijn er slechts 31.500 operationeel werkzaam’, aldus Jan Willem van der Pol van de Nederlandse Politiebond in ZEMBLA.

    Falende computersystemen

    Niet alleen capaciteitsproblemen, maar ook de nieuwe falende computersystemen zorgen voor grote ergernis bij de politie. Rechercheurs werken zo min mogelijk met het nieuwe computerprogramma. Hierdoor gaat cruciale informatie verloren en blijven verdachten vrij rond lopen.

    Quotum

    De politie moet per jaar 250.000 verdachten aanleveren bij het Openbaar Ministerie. Doet zij dat niet, dan wordt ze financieel gekort. Makkelijke zaken gaan dan ook voor, ingewikkelde zaken blijven op de plank liggen. Anders haalt de politie haar quotum niet. Omdat de aard van het delict geen rol speelt, telt een zaak van een fietsendief net zo zwaar als een zedendelinquent.

    INTERVIEWS met:
    – G. en R. van Hassel, bakkers en slachtoffers van een gewelddadige overval in Zundert;
    – S. Heijsman, korpschef Utrecht;
    – J. van de Pol (Nederlandse Politiebond);
    – P. Holkamp, hoofdagent;
    – J. Terpstra, hoogleraar criminologie;
    – J. Stikvoort, korpschef Hollands Midden;
    – M. Beekwilder (politie Utrecht);
    – B. Osendarp, slachtoffer oplichting, wiens zaak niet werd behandeld, waarna hij naar de rechter stapte;
    – P. Tekstra (team plankzaken Utrecht);
    – Marita en Peter, ouders van Simone, die op 10-jarige leeftijd seksueel werd misbruikt door een bekende van haar ouders – een half jaar na aangifte schrijven haar ouders de burgemeester om aandacht te vragen voor hun aangifte.

     

    uitzending 19 februari 2012

    << oudere artikelen  nieuwere artikelen >>