• Buro Jansen & Janssen, gewoon inhoud!
    Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, overheid in Nederland en de EU kritisch volgt. Een grond- rechten kollektief dat al 40 jaar, sinds 1984, publiceert over uitbreiding van repressieve wet- geving, publiek-private samenwerking, veiligheid in breedste zin, bevoegdheden, overheidsoptreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Administratieve Apartheid

    Het vreemdelingenbeleid is de afgelopen jaren in rap tempo aangescherpt. De uitsluiting van mensen met en zonder verblijfsvergunning voert de boventoon. Nieuwkomers worden geweerd, migranten die hier al zijn worden in hun rechtspositie aangetast.

    De verslechtering van het klimaat voor migranten (toenemend racisme en intolerantie) is niet zozeer gelegen in de opkomst van extreem-rechts als wel in uitspraken van beleidmakers en politici. Er zijn meer mensen slachtoffer van een aan racisme grenzend vreemdelingenbeleid dan van de politieke invloed van extreem-rechts. De laatste jaren laten een waar scala aan maatregelen zien. De identificatieplicht, strengere normen voor gezinshereniging, uitholling van het asielrecht, intensivering van het verwijderingsbeleid en strenger binnenlands vreemdelingentoezicht, vormen samen met de aanpak van illegalen de smalle marges waarbinnen de overheid migranten toelaat. Wetten zoals de nu voorgestelde Koppelingswet moeten illegaal verblijf ‘ontmoedigen’ en ook legaal verblijvenden duidelijk maken dat ze hier niet welkom zijn.
    Administratieve Apartheid als pdf

    Inhoudsopgave Administratieve Apartheid

    Voorwoord
    Inleiding
    1 Controle op maat
    2 Administratieve Apartheid
    3 Mobiel Toezicht Vreemdelingen
    4 Eigen volk eerst of laatst?
    5 Uitsluiting als ideologisch instrument
    6 En de techniek, zij groeide voort
    Bijlagen
    vragenformulier over controle
    literatuurlijst

    De brochure in pdf

    Voorwoord Administratieve Apartheid

    Rondom de invoering van de identificatieplicht rolden steeds meer klachten binnen bij het Autonoom Centrum. Verhalen over willekeur, racisme en gericht opsporen. Niet alleen bij binnenkomst in Nederland, op Schiphol of aan de grenzen met Belgiä en Duitsland, maar ook op straat en steeds vaker aan de balie worden mensen gecontroleerd. Aanleiding genoeg voor nader onderzoek.
    Want hoe wordt er nu gewerkt met de legitimatieplicht en wat zijn eigenlijk de gevolgen?

    lees meer

    Inleiding Administratieve Apartheid

    De verslechtering van het klimaat voor migranten (toenemend racisme en intolerantie) is niet zozeer gelegen in de opkomst van extreem-rechts als wel in uitspraken van beleidmakers en politici. Er zijn meer mensen slachtoffer van een aan racisme grenzend vreemdelingenbeleid dan van de politieke invloed van extreem-rechts. De laatste jaren laten een waar scala aan maatregelen zien. De identificatieplicht, strengere normen voor gezinshereniging, uitholling van het asielrecht, intensivering van het verwijderingsbeleid en strenger binnenlands vreemdelingentoezicht, vormen samen met de aanpak van illegalen de smalle marges waarbinnen de overheid migranten toelaat. Wetten zoals de nu voorgestelde Koppelingswet moeten illegaal verblijf ‘ontmoedigen’ en ook legaal verblijvenden duidelijk maken dat ze hier niet welkom zijn. De ontwikkelingen in de moderne techniek versterken het idee dat alles en iedereen onder controle te houden is. Sleutelwoorden daarbij zijn openbare orde, veiligheid, rust en fraudebestrijding. Termen die ook in het kader van het vreemdelingenbeleid steeds vaker vallen.
    Dezelfde beheersingsdrang zien we terug op andere vlakken, zoals in het beÜnvloeden van het leef- en consumptiepatroon van de burger, de ontmanteling van de collectieve zorg en de uitholling van de uitkeringen.

    lees meer

    Controle op maat

    Op 1 juni 1994 is na jarenlange discussie de Wet op de Identificatieplicht in werking getreden. Na veel politiek geharrewar heeft ‘de beperkte identificatieplicht’ het gewonnen van de algehele identificatieplicht. In de praktijk geldt echter voor niet-blanke mensen een volledige identificatieplicht.

    De handhaving van de identificatieplicht vindt plaats door toepassing van de in maart 1993 ingevoerde wet op Anonieme Verdachten. Iedereen die zich in verplichte gevallen niet kan identificeren kan worden gefouilleerd, zes uur worden vastgehouden en er mogen foto’s en vingerafdrukken worden afgenomen.
    Alleen als uiterste middel ‘ter vergemakkelijking van de opsporing en vervolging van strafbare feiten’ mag de identificatieplicht een rol spelen. Fraudebestrijding, ordehandhaving en controle op illegalen zijn de belangrijkste trefwoorden.
    Bij fraudebestrijding vervult de identificatieplicht een rol in combinatie met een uitgewerkt preventiebeleid. In het geval van controle op illegalen wordt de identificatieplicht wel zelfstandig gebruikt. Als onderdeel van de op 1 februari 1994 ingevoerde ‘Wet identificatie bij financiäle dienstverlening’ geldt voor alle geldhandelingen een identificatieplicht. Sinds 1 juni 1994 geldt dit ook bij de aanvraag van uitkeringen in het kader van de sociale zekerheid en bij de aanvraag van een sofi-nummer.
    Bij de bestrijding van het zwartrijden geldt dat er sprake moet zijn van een preventiebeleid voordat de identificatieplicht aan de orde ‘mag’ komen. Vervoersbedrijven zouden ook de civiel-rechtelijke weg in repressieve zin moeten bewandelen om zwartrijden aan te pakken.
    Het derde belangrijke punt van de wet is de identificatieplicht bij voetbalwedstrijden. Deze mag op supporters worden toegepast ‘als redelijkerwijs mag worden verwacht dat zij betrokken raken bij voetbalvandalisme’.

    lees meer

    Administratieve apartheid

    Aparte behandeling van gekleurde mensen/migranten vindt niet alleen plaats door de (vreemdelingen)politie en/of marechaussee. Ook binnen andere overheidsdiensten is de benadering van niet-blanke mensen vaak discriminerend. Veel overheidsdiensten moeten mensen controleren op geldige verblijfspapieren.

    De nieuwe Koppelingswet zal die controles uitbreiden doordat de koppeling tussen gebruik van voorzieningen en verblijfsstatus nog verder wordt uitgebreid.
    Het doel achter de koppeling van verblijfsstatus aan gebruik van voorzieningen is tweezijdig. Ten eerste zou het mensen die hier niet mogen verblijven moeten ‘ontmoedigen’, ten tweede is het een extra controlemechanisme op alle in Nederland verblijvende buitenlanders.

    lees meer

    Mobiel Toezicht Vreemdelingen

    De grens die volgens het ‘Europa van de burger’ open is, is voor een bepaalde groep mensen dicht.
    Sinds 2 mei 1994 worden enkele honderdduizenden personen per jaar geconfronteerd met een grenscontrole. Hoe die personen worden geselecteerd is niet helemaal duidelijk, d t er selectie plaatsvindt wel. De controle bepaalt of je toegang krijgt tot Nederland. Je hebt kennis gemaakt met het Mobiel Toezicht Vreemdelingen (hierna: MTV).

    lees meer

    Eigen volk eerst of laatst

    Vluchtelingen worden niet beschouwd als staatsburgers. De staten zien hen niet als hun eigendom, dat zij dus ook niet hoeven te beschermen. In de jaren dertig worden ze op een aparte manier geregistreerd en behandeld en als het in 1939 oorlog wordt tussen de staten, groeit het wantrouwen tegen hen.

    Zelfs bij de jodenvervolging wordt nog een onderscheid gemaakt tussen joodse vluchtelingen en Nederlandse joden. Wat betreft de anti-joodse maatregelen zijn de Nederlandse autoriteiten van mening: eigen volk laatst, buitenlandse joden eerst.

    lees meer

    Uitsluiting als ideologisch instrument

    De overheid laat zich meer leiden door de vrije markt, en haar aandachtsveld verschuift van het opbouwen en instandhouden van de opgebouwde concensus-samenleving naar het verder uitbouwen van de beheersingsinstituties. De sterke overheid is niet meer aanwezig als vangnet voor hen die niet mee kunnen komen in de vaart der volkeren, maar is aanwezig als bewaker van hen die in staat zijn rechten te verwerven. Deze verschuiving is terug te vinden in een toenemende controle en registratie. Met de ‘controlerende staat’ breken er gouden tijden aan voor Justitie.

    lees meer

    En de techniek, zij groeide voort

    In de huidige technocratische maatschappij worden steeds meer taken van mensen overgenomen door machines met als gevolg een verschuiving van mens-mens relaties naar mens-machine relaties. Van de informatie, die als (eind)produkt ontstaat, is niet altijd even duidelijk wie daar de beschikking over heeft en wat er mee wordt gedaan.

    In het in 1993 verschenen boek ‘Identificatieplicht, het baat niet maar het schaadt wel’, schetsen Jan Holvast en Andrâ Mosshammer het beeld van de technocratische informatiemaatschappij. “Bij het zoeken naar oplossingen wordt primair het oog gericht op technische oplossingen. Niet het probleem staat centraal maar de (schijn)oplossing, waardoor de indruk ontstaat dat bij een oplossing problemen worden gezocht”. Holvast en Mosshammer zagen ‘een terugkeer naar de situatie van de nachtwachtstaat, waarin de staatsactiviteiten zich primair beperken tot de openbare orde, veiligheid en rust en de belastingheffing, kortom sectoren waarin de nadruk ligt op controle en toezicht in plaats van op menswaardigheid van het bestaan’.

    lees meer

    Vragenformulier

    Onderstaand vragenformulier is leidraad geweest bij ons onderzoek. We hebben deze vragenlijst in diverse talen onder een groot aantal organisaties verspreid, dat in de praktijk met en voor vluchtelingen, migranten, mensen zonder verblijfsvergunning en/of gekleurde Nederlanders werkt. Veelal zijn dat belangenorganisaties of discriminatiemeldpunten. De verzending van deze lijsten vond vooral in en rondom Amsterdam plaats. De vragen werden ingevuld en teruggestuurd door de betrokkene of de belangenorganisatie, of betrokkene kwam bij ons op het spreekuur om de klacht op te tekenen.

    lees meer

    Literatuurlijst

    “Passanten in Niemandsland”
    Inleidingen en verslag van het symposium over illegale vreemdelingen in detentie, gehouden op 16 mei 1991 Nederlandse Federatie van Reclasseringsinstellingen (NFR), mei 1991

    “Gezinshereniging”
    Ellen Naborn, Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) onderzoek 20, 1992

    Beleidsnota 1993, KMAN

    “Eens komt de dag ……”
    Een onderzoek naar leven, wonen en werken van Haagse illegalen.
    Gemeentelijke Sociale Dienst Den Haag, oktober 1992

    “Europa kent z’n grenzen”
    Wat zijn de gevolgen van de Europese eenwording voor migranten, vluchtelingen en asielzoekers?
    Europees Steunpunt Migranten en Vluchtelingen (ESMV), september 1992

    Jaarverslag 1991, Dienst Inspectie Arbeidsverhoudingen (DIA)

    “Illegalen komen hier niet”
    Gebruik van collectieve voorzieningen door vreemdelingen zonder verblijfstitel.
    Instituut voor Rechtssociologie/Wetenschapswinkel van de Katholieke Universiteit Nijmegen, Nijmegen 1990

    “Toegankelijkheid sociale ziektekostenverzekeringswetten voor illegaal in Nederland verblijvende vreemdelingen”
    Ziekenfondsraad, juni 1992

    “Uitsluiting illegale vreemdelingen van sociale verzekeringen”
    Sociale Verzekerings Raad (SVR), december 1992

    “Anders denken over migratie”
    Conferentie Platform Illegale Vluchtelingen (PIV)
    september 1993

    Eindrapport Commissie Binnenlands Vreemdelingentoezicht (Commissie Zeevalking), maart 1991

    Tweede Kamer stukken Illegalenbeleid, 1991 tot en met 1996

    Jaarverslagen 1992, 1993, 1994 en 1995, Koninklijke Marechaussee (KMAR)

    “Over illegalen gesproken”
    Impressies uit de hulpverlening aan illegale vreemdelingen.
    Noord Hollands Signaal nr. 1, augustus 1995

    “Nederland, Open U”
    Noodzaak en mogelijkheden van een ander migratiebeleid.
    Rob Loeffen/Wil van der Schans, Amsterdam 1994

    “De Afhankelijke verblijfstitel van migrantenvrouwen”
    Els van Blokland en Miranda de Vries, uitgave Wetenschapswinkel Nijmegen, maart 1992

    “Het VN-Vrouwenverdrag en het Nederlands Vreemdelingenrecht”
    Een onderzoek naar de relevantie van het VN-vrouwenverdrag voor het Nederlands vreemdelingenrecht.
    Mr Sarah van Walsum, Clara Wichmann Instituut, februari 1996