Ravage # 12
Amsterdam, die tolerante stad, de stad waar alles kan en alles mag. Elders in Nederland en ook in het buitenland leeft dit beeld nog sterk. Amsterdammers die de ontwikkelingen in de stad een beetje volgen weten wel beter. Sinds enkele jaren roert met name de politie zich in het debat om de openbare ruimte. ‘Het gezag op straat moet teruggewonnen worden’ zoals dat heet. De openbare ruimte mag dan van iedereen zijn, er is er maar één die bepaalt waar de grenzen liggen van wat wel en niet mag, en dat is de politie. Althans, dat vindt de politie zelf, daarin gesteund door haar korpsbeheerder, burgemeester Patijn, en een groot deel van de gemeenteraad. Een inventarisatie van wat dit zoal inhoudt.
Streetwise
Begin 1999 viel huis-aan-huis Blauwdruk in de bus, een informatiekrant van de politie Amsterdam-Amstelland. Vanaf de voorpagina werden de Amsterdammers glimlachend tegemoetgetreden door hoofdcommissaris Jelle Kuiper. ‘U bent niet de enige die vindt dat uw woonomgeving er op achteruit gaat. (…) In deze krant leggen wij uit wat de politie tegen deze sluipende verloedering gaat ondernemen. (…) Zodat u straks kunt zeggen dat uw buurt er weer op vooruit is gegaan. En dat de straat weer van ons allemaal is geworden.’ Tijd voor orde en wetshandhaving, stop de verloedering! Wildplassen, door het rode licht rijden of zelfs (en het gebeurt echt hoor!) zonder achterlicht fietsen, het moet allemaal afgelopen zijn. De politie introduceerde Streetwise: regels voor handhaving van de orde in de openbare ruimte. Streetwise is een boekje dat elke politieagent op zak dient te hebben. Er staan korte omschrijvingen in van overtredingen, welke wettekst er op van toepassing is, en de hoogte van een eventuele boete. De informatiekrant Blauwdruk tracht de burgers uitleg te geven over het hoe en waarom van project Streetwise. Het idee achter Streetwise is dat als je maar streng optreedt tegen kleine overtredingen, de verloedering (wat dat dan ook moge zijn) zal afnemen. Grote getallen wildplassers werden inmiddels op de bon geslingerd. De zeggenschap over de openbare ruimte moet weer in handen komen van de politie, die diezelfde openbare ruimte dan weer toegankelijk maakt voor alle bewoners. Tenminste, dat is hoe de politietop het zelf graag ziet. ‘Rechtvaardig, integer, streng als het moet, liefdevol als het kan’ zo ziet zij zichzelf. Wat dit in de praktijk inhoudt zal in de rest van dit verhaal nog blijken.
Vliegende Brigade
Een andere maatregel waarmee de politie poogt ‘weer de baas op straat’ te worden was met het instellen van de zogenaamde Vliegende Brigade, zo’n anderhalf jaar geleden. De Vliegende Brigade is een soort kruising tussen politie en M.E. Het is een team dat permanent beschikbaar is om bijstand te verlenen aan de gewone dienders. De eenheid beschikt over twee M.E. bussen, een commandovoertuig en een BRATRA-voertuig en is met name bedoeld om bij kleinere relletjes of opstootjes snel ter plekke te zijn om de ‘gewone’ politieagenten te ondersteunen. Een peleton M.E. oproepen in dat soort gevallen kost vaak te veel tijd. Het instellen van de Vliegende Brigade kwam in een tijd dat er regelmatig gewonden vielen bij de politie in de uitgaansgebieden en er in Amsterdam-West de nodige problemen waren tussen jongeren en de politie.
Dat de Vliegende Brigade zelf nogal eens de oorzaak is van de problemen kan een ieder die wel eens aan kraak- of andere acties meedoet beamen. Regelmatig is het de laatste tijd gebeurd dat ‘routine’- kraakacties of andere volstrekt legitieme en geweldloze acties uit de hand lopen door het onbehouwen optreden van de Vliegende Brigade. Waar de politie had kunnen volstaan met leegstand constateren of het verkeer omleiden, meent men te moeten laten zien wie er de baas is op straat. En laat daar geen misverstand over zijn: dat is de politie. Met veel machtsvertoon, intimiderend en soms gewelddadig gedrag moet dit aangetoond worden. ‘Zodat u straks kunt zeggen dat uw buurt er weer op vooruit is gegaan. En dat de straat weer van ons allemaal is geworden.’ (Blauwdruk).
Junks en daklozen
Voor wie de situatie er ook niet echt rooskleuriger op dreigt te worden zijn junks en daklozen. Zonder nu meteen de problemen te willen bagatelliseren, want die zijn er natuurlijk wel, kun je constateren dat de politie ongeschikt is om dit soort sociale problematiek op te lossen. Want hoewel het aantal repressieve maatregelen alleen maar toeneemt, zijn oplossingen nog steeds ver weg. Samenscholingsverboden, het voor acht uur (of in sommige gevallen veertien dagen) de toegang tot de binnenstad verbieden, het steeds maar weer opjagen van junks, het zijn allemaal geen structurele oplossingen. Ook de gemeente zelf laat zich op dit gebied van haar slechtste kant zien. Al jaren wordt er gepraat over gebruikersruimten voor verslaafden. Tot nu toe zijn daar echter nog maar enkelen van gerealiseerd. Ook wat betreft daklozen lijkt het beleid er vooral op gericht te zijn ze uit het gezichtsveld te doen verdwijnen. Op veel potentiële slaapplekken in de stad verschijnen tegenwoordig hekken, scherpe punten of surveillerende agenten. Aan het tekort aan opvang- en slaapadressen wordt tegelijkertijd weinig tot niks gedaan. Maar op straat wil men ze in elk geval zo min mogelijk hebben. Openbare ruimte mag dan in principe van iedereen zijn, onderscheid moet er zijn natuurlijk.
Cameratoezicht
De nieuwste oplossing tegen de verloedering van de openbare ruimte moet cameratoezicht worden. Na jarenlang gesteggel (te duur, privacyschending, te weinig menskracht) lijkt de tijd eindelijk rijp om cameratoezicht in te voeren. En dan gaat het om cameratoezicht in de openbare ruimte, want winkels, tankstations, bankgebouwen en het Centraal Station hingen al jaren vol met camera’s. Enkele maanden geleden heeft de driehoek (hoofdcommissaris Kuiper, burgemeester Patijn en hoofdofficier Vrakking) laten blijken wel een oplossing te zien in het gebruik van camera’s. Eind oktober zal de gemeenteraad zich buigen over de plannen om met name in het wallengebied camera’s op te hangen.
Ondertussen is op het August Allabéplein in de wijk Slotervaart / Overtoomse Veld enkele weken geleden het eerste cameraproject van start gegaan. Dit plein stond synoniem voor de problemen die er waren met Marokkaanse jongeren in Amsterdam-West. Een groep jongeren zorgde voor overlast, viel voorbijgangers lastig en de bioscoop op het plein ging dicht omdat er ‘s avonds niemand meer naar toe durfde. Dat de jongeren ook nog eens geen respect voor de politie toonden bracht het geheel in een stroomversnelling. Camera’s moesten er komen! Dat camera’s een inbreuk op de privacy zijn, voor een verplaatsing van het probleem zorgen en nog nooit een oplossing zijn gebleken voor sociale problematiek deed even niet ter zake. Een signaal moest worden afgegeven. Echter, voordat de camera’s er hingen, was de overlast zo goed als verdwenen. Een groot deel van de jongeren was op ‘werkbezoek’ geweest in Marokko, en zo geschrokken van de situatie daar dat ze terug in Amsterdam een andere weg insloegen. Een deel kreeg een baan, anderen gingen terug naar school, weer anderen begonnen een project om spullen in te zamelen voor Marokko, enzovoort. De overlast op het plein is in elk geval verdwenen. Waarom die camera’s dan toch geplaatst zijn is een raadsel.
Wat wel duidelijk is geworden is dat er blijkbaar veel minder ingrijpende en minder repressieve maatregelen zijn, die een stuk effectiever zijn. En die niet alleen gericht zijn op de openbare orde, maar ook pogen de problemen die er zijn voor de jongeren op te lossen.
Met de plannen voor het plaatsen van camera’s rond de Zeedijk en op de Nieuwendijk lijkt de driehoek echter weer dezelfde weg in te slaan. Meer repressie lijkt de boodschap. Dat al die maatregelen (dijkverbod, samenscholingsverbod, opjagen) al jaren niks uithalen is onbelangrijk. Het plaatsen van camera’s lijkt er vooral ook op gericht te zijn de publieke opinie zoet te houden. Wat cameratoezicht in het wallengebied voor gevolgen zal hebben laat zich raden. Als het al effekt heeft (wat ook nog nooit echt gebleken is) zal het vooral leiden tot een verplaatsing van het probleem. Het hele circus begint weer van voren af aan. Junks worden verjaagd naar de Baarsjes, waarna deze buurt schoongeveegd wordt. Een gedwongen verhuizing naar (bijvoorbeeld) de Bijlmer volgt. Snel, hang de Bijlmer ook vol met camera’s!
Het probleem wordt niet opgelost, een goede verslavingszorg wordt door dit opjagen onmogelijk gemaakt, en straks zitten we ook nog eens opgezadeld met overal in de stad meeglurende camera’s.
Eind oktober zal de gemeenteraad zich buigen over het plaatsen van camera’s. Te hopen valt dat deze niet in dezelfde val trapt. Te vrezen valt echter het ergste, ook gezien de ontwikkelingen elders in Nederland, waar cameratoezichtprojecten als paddestoelen uit de grond schieten.
Activisten
Actievoerders hebben sinds jaar en dag een prominente rol gespeeld in de openbare ruimte in Amsterdam. En terecht, er bestaat toch ook zoiets als vrijheid van meningsuiting nietwaar?
Zonder nu meteen te stellen dat er niks meer kan in Amsterdam, want dat is natuurlijk overdreven, kun je wel stellen dat het tij gekeerd lijkt. De tijd dat iedereen frank en vrij van de straten van Amsterdam gebruik kon maken om zijn of haar mening te uiten, zijn wat politie en stadhuis betreft voorbij. Er dient netjes een vergunning aangevraagd te worden. Gebeurt dit niet dan kan dat nog wel eens nare gevolgen hebben. Dit ondervonden bijvoorbeeld de autolozen en de organisatoren van de Legalize Streetparty vorig jaar. De eersten werden tot twee maal toe van de straat geknuppeld en de Legalize demonstratie tegen de ‘War on drugs’ kon vorig jaar geen doorgang vinden. Dit alles wegens het gebrek aan een vergunning. Ook het steeds verder toenemende aantal ‘incidenten’ bij kraken, lawaaidemonstraties of andere kleine, ludieke acties past in deze lijn.
Een dieptepunt in hoe de stad met demonstranten om lijkt te willen gaan was natuurlijk de Eurotop. Na zo’n beetje door iedereen op de vingers getikt te zijn, zou je denken dat men iets geleerd had. Met het opnemen van bestuurlijke ophouding in de APV (Algemeen Politie Verordening) blijkt hier echter weinig van. Bestuurlijke ophouding betekent dat een groep in z’n geheel van de straat geplukt kan worden en maximaal 12 uur ‘opgehouden’ worden. Of je nou wel iets gedaan hebt of niet, je was bij de groep dus je bent de pineut. Voor de politie een uitstekend middel om hen niet welgevallige groepen van de straat te houden. In de welhaast panische sfeer die voorafging aan het EK voetbal in de zomer van dit jaar (‘De hooligans komen!’), ging de gemeenteraad akkoord met het opnemen van bestuurlijke ophouding in de APV. Enkele gemeenteraadsleden bleken weinig onder de indruk te zijn geweest van de kritiek op het optreden tijdens de Eurotop. Zij lieten zich ontvallen dat ze zich konden voorstellen dat bestuurlijke ophouding ook gebruikt zou worden tegen demonstranten…
The World according to Jelle…
De openbare ruimte aan de politie overlaten, het lijkt al met al geen goed idee. Deze blijkt er nogal zo haar eigen ideeën over ‘rechtvaardig, integer’…enzovoort op na te houden. Vrijheid van meningsuiting, het recht op privacy, iemand is onschuldig tot het tegendeel bewezen is, zaken die als het aan de politie ligt alleen maar lastig zijn. Netjes, ordelijk, braaf en gehoorzaam, dat zijn de termen die meer tot de verbeelding spreken. De stoep geveegd, licht op de fiets en de scheiding naar rechts, de ideale wereld van Jelle Kuiper en consorten. Een ieder die niet in dat plaatje past kan op de harde aanpak rekenen.
Tijd om maar weer eens de straat op te gaan?