• Buro Jansen & Janssen, gewoon inhoud!
    Jansen & Janssen is een onderzoeksburo dat politie, justitie, inlichtingendiensten, overheid in Nederland en de EU kritisch volgt. Een grond- rechten kollektief dat al 40 jaar, sinds 1984, publiceert over uitbreiding van repressieve wet- geving, publiek-private samenwerking, veiligheid in breedste zin, bevoegdheden, overheidsoptreden en andere staatsaangelegenheden.
    Buro Jansen & Janssen Postbus 10591, 1001EN Amsterdam, 020-6123202, 06-34339533, signal +31684065516, info@burojansen.nl (pgp)
    Steun Buro Jansen & Janssen. Word donateur, NL43 ASNB 0856 9868 52 of NL56 INGB 0000 6039 04 ten name van Stichting Res Publica, Postbus 11556, 1001 GN Amsterdam.
  • Publicaties

  • Migratie

  • Politieklachten

  • Wat waren wij eigenlijk voor mensen?

    Geheim agent ontmaskerd
    Ravage # 2

    Manfred Schlickenrieder was de grote man van Gruppe 2, een ‘archief voor de linkse beweging’. Onlangs werd onthuld dat zijn video- en documentatiecentrum diende als front voor een inlichtingennetwerk. Met behulp van Duitse en Italiaanse inlichtingendiensten hield Schlickenrieder sinds begin jaren tachtig radicale linkse groepen in Europa in de gaten. “Gruppe 2 ging voor zeer betrouwbaar door” zegt Pieter Bakker Schut – destijds advocaat voor gevangenen van de RAF. De Angehörigen, familie en bekenden van politieke gevangenen, waren dan ook gaarne bereid zich te laten interviewen voor de film Was aber wären wir für Menschen?, een project van Manfred Schlickenrieder – het gezicht van Gruppe 2.
    Bakker Schut vindt het terugkijkend verbijsterend dat de 54-jarige Schlickenrieder nu is ontmaskerd als geheim agent en dat zijn video- en documentatiecentrum jarenlang diende als front voor een inlichtingennetwerk. Deze onthulling kwam na intensief onderzoek van de linkse Zwitserse organisatie Revolutionaire Aufbau. Door hen buitgemaakte documenten bewijzen dat Schlickenrieder sinds begin jaren tachtig met behulp van Duitse en Italiaanse inlichtingendiensten radicale linkse groepen in de gaten hield.
    Onder de schuilnaam ‘Camus’ schreef Schlickenrieder verslagen en politieke inschattingen, en legde namenlijsten en fotobestanden aan. Alleen al het materiaal dat de Zwitsers wisten te verzamelen omvat gegevens over honderden linkse mensen, met opmerkingen over hun contacten en hun activiteiten, deels ondersteund met fotomateriaal. Er zitten echter ook documenten tussen die duidelijk van ambtelijke diensten afkomstig zijn. Een overzichtsrapport van de Italiaanse geheime dienst SISDE bijvoorbeeld over mensen actief rond de Rode Brigade. Lijsten van de post- en bezoekscontrole van enkele RAF-gevangenen uit de jaren negentig nog, en een samenvatting van telefoon- en observatieverslagen over vermeende leden van het Franse Action Direct, gemaakt door de Bundes Verfassungsschutz.
    Aufbau legde hun vondst ter beoordeling voor aan experts, in Duitsland onder andere aan Otto Diedrichs van het mensenrechtentijdschrift Bürgerrechte & Polizei. Op basis van jarenlange ervaring met het werk van politie en inlichtingendiensten kwam hij tot de conclusie dat het hier om authentiek materiaal gaat. Diedrichs: “Het probleem met materiaal van inlichtingendiensten is dat er geen briefhoofd boven staat, en de stukken zijn niet ondertekend. Je moet afgaan op het taalgebruik en de gebezigde codes. Ik heb mijn contacten bij de Verfassungsschutz en bij het Bundes Kriminal Ambt gewezen op de website van Aufbau en kreeg van hen de bevestiging dat het om stukken gaat die bij hun dienst vandaan zouden kunnen komen.”

    Confrontatie

    Als volgende stap in het onderzoek wilden de mensen van Aufbau Manfred Schlickenrieder bij een bezoek aan Zwitserland openlijk confronteren met de uitkomsten van hun onderzoek. Dat had ongetwijfeld de onmiddellijk arrestatie van Schlickenrieder tot gevolg gehad, want in Zwitserland is het werk van buitenlandse inlichtingendiensten ten strengste verboden. Maar Manfred Schlickenrieder wilde helaas niet meer naar Zwitserland komen…
    Manfred Schlickenrieder Om de ontmaskering breed bekend te maken zette Aufbau in december het belangrijkste deel van de documenten op Internet (www.aufbau.org). Nu houdt de groep informatiebijeenkomsten voor activisten in Zwitserland en Duitsland – en binnenkort ook in Amsterdam – om het onderzoek toe te lichten.
    Op een avond georganiseerd door de Rote Hilfe in Heidelberg vertelt Andi Stauffacher hoe Aufbau een paar maanden geleden stukken toegespeeld kreeg, waaruit bleek dat hun kameraad in München een dubbelrol speelde. Andi: “Wij hadden al zo onze bedenkingen, omdat hij altijd afstand hield. Na die eerste documenten hebben we een onderzoeksgroepje opgericht om zoveel mogelijk informatie over zijn spionage-activiteiten te verzamelen.”
    Schlickenrieder werd bij zijn bezoeken aan Zwitserland in de gaten gehouden, en de bewijzen stapelden zich op. “Op gegeven moment hebben wij hem met een aantal gegevens geconfronteerd. Zijn verweer was dat hij verslagen van discussies maakte voor het ondergrondse deel van Gruppe 2. Om dat te bewijzen gaf hij ons zelfs een aantal papieren mee naar huis. Na vergelijking wisten wij zeker dat het eerder aan ons toegespeelde materiaal inderdaad van hem afkomstig was”, aldus Andi.
    Hoe Aufbau in het bezit kwam van de grote hoeveelheid materiaal, laat Andi Stauffacher wijselijk in het midden; duidelijk is wel dat niet eerder een ontmaskering werd onderbouwd met zoveel bewijs op papier.

    Archief

    Gruppe 2 werd begin jaren tachtig door Schlickenrieder in München opgericht als “archief voor de linkse beweging”. Anders dan andere zogenaamde ‘autonome Info-laden’ en mediawerkplaatsen uit die tijd was dit project opgezet als bedrijf, dat met het maken van films en het verhuren van video’s geld wilde verdienen. Wie er achter dat bedrijfje schuilgingen bleef voor iedereen geheim. Om ‘conspiratieve redenen’ mocht alleen hij bekend zijn, maakte Manfred de linkse scene wijs: hij was het gezicht van een groep die ondergronds actief was.
    Italië was vanaf het begin zwaartepunt. Gruppe 2 maakte cassettes met liederen uit de Italiaanse arbeidersbeweging sinds 1968 om te verkopen en er waren boeken en films daarvandaan te bestellen. Later gaf Gruppe 2 ook een tijdschrift uit, texte genaamd, dat bijvoorbeeld documenten van de Amerikaanse gevangenenbeweging vertaalde, of discussies van de Rode Brigades publiceerde.
    Het concept van een documentatiecentrum opende vele deuren. Zonder zelf politiek actief te zijn kon Schlickenrieder zich vrij bewegen in anti-imperialistische en communistische kringen in West Europa. Hij maakte een film over de Rode Brigades en interviewde daarvoor overal in Italië voormalige gevangenen en mensen actief in steungroepen. Die film kwam nooit af. Voor de Zwitsers produceerde hij een film over de Engelse havenstakingen, ter ondersteuning van de solidariteitscampagne die Aufbau destijds hield. Begin jaren negentig, toen de RAF een voorlopig einde aan de gewapende strijd had afgekondigd, deed Gruppe 2 mee aan de zogenaamde ‘Brochuregroep’ in Berlijn. Onder de titel Bewaffneter Kampf und Triple Oppression werd een congres gehouden en aansluitend gedocumenteerd. Daarna volgde de hiervoor genoemde film over de RAF Was aber wären wir für Menschen..?
    Al deze bezigheden van Gruppe 2 werden door Schlickenrieder zelf nauwkeurig in notulen en verslagen uitgewerkt. Bij hem thuis ontdekten de Zwitsers ook een vrij volledig elektronisch foto-archief over mensen die actief zijn bij Aufbau. Uit allerlei opnames die hij in Zwitserland had gemaakt, waren digitale portretten vervaardigd. In het bestand zat van iedereen twee foto’s (vooraanzicht, zijaanzicht) plus personalia, aangevuld met bijzondere kenmerken en gegevens over activiteiten voor de groep en contacten in het buitenland.
    Uit de manier waarop alles was gearchiveerd, is op te maken dat het hier slechts een klein deel van het totale archief betreft. Het ligt voor de hand dat filmmateriaal over bijeenkomsten van voormalige RAF gevangenen op vergelijkbare manier werd uitgebeend.

    Opdrachtgevers

    De grote vraag is wie de opdrachtgevers zijn geweest voor deze spionage-activiteiten. Daarover zijn tot nu toe slechts vermoedens. Inlichtingendiensten zijn niet voor niets zo cryptisch mogelijk in hun berichten. De gebruikte afkortingen en specifieke kenmerken van de authentieke documenten moeten nog verder worden onderzocht. Manfred Schlickenrieder had in ieder geval toegang tot geheime stukken van Duitse en Italiaanse diensten, zoveel is zeker. Verder zijn alle rapporten die met zijn eigen naam, danwel met zijn schuilnaam Camus zijn ondertekend in het Duits geschreven. En dat wijst op een Duitse opdrachtgever.
    Hoe bij Gruppe 2 de films en vertalingen werden gefinancierd was door de jaren heen een terugkerende vraag in de linkse scene. Vooral omdat Schlickenrieder een voorkeur had voor dure auto’s, sportwagens van het type Alpha Romeo of BMW moesten het zijn. Van de verkoop van brochures of verhuur van video’s kon dat niet betaald worden. (Berekeningen van Aufbau leren dat hij de laatste tijd 10.000 DM per maand nodig had om van te leven).
    Hiervoor is in de buitgemaakte stukken wel een verklaring te vinden. Er zitten afrekeningen bij uit verschillende jaren, waarop alle onkosten gedeclareerd worden. Reiskosten, telefoonkosten inclusief die van de GSM, de aanstelling van een administratieve kracht, en zelfs reparaties aan de auto tot het vervangen van de banden, worden voor 75 procent vergoed. De onkosten zijn op de afrekeningen minutieus verantwoord, maar degene die de factuur betalen moet staat niet vermeld. Uitzondering daarop is de rekening die hij indient bij de Britse firma Hakluyt. Twintigduizend Duitse mark “op de gebruikelijke wijze over te maken”. (Zie het artikel ‘Groene Krijgers’ elders in Ravage).

    Rapporti Sociali

    Andi Stauffacher van Aufbau benadrukt de bijzondere positie die Manfred Schlickenrieder had. “Hij kreeg niet alleen rapporten met achtergrondinformatie van verschillende inlichtingendiensten, hij kon ook vragen stellen over mensen bij wie hij langs wilde of moest gaan. We vonden bijvoorbeeld een bericht aan Schlickenrieder waarin stond dat zijn vragen over twee met name genoemde mensen van de Rode Brigade waren doorgegeven aan de Italianen, maar dat er nog geen antwoord binnen is. Hij krijgt het advies zijn bezoek aan Italië nog even uit te stellen.”
    Verder voerde Schlickenrieder niet alleen opdrachten uit, hij deed ook concrete voorstellen over de zwaartepunten van zijn inzet. In een strategiestuk uit 1994 stelt hij voor het plan van Aufbau te ondersteunen om een Duitse vertaling te maken van het Italiaanse Rapporti Sociali – een onderzoek naar de het revolutionair perspectief binnen de toenmalige economische en maatschappelijke verhoudingen. “Mijn eigen betrokkenheid daarbij zou uitvoerige discussies mogelijk maken en uiteenzettingen van de politieke standpunten van de Zwitsers uitlokken”, zo schrijft Schlickenrieder. Bovendien schat hij in dat het project inzicht zal geven in de positie van bepaalde met name genoemde mensen die kennelijk interessant waren.
    Voor wat betreft Italië stelt Schlickenrieder in hetzelfde strategiestuk voor om het nooit afgeronde project van de film over de gewapende strijd weer op te pakken. “Omdat er zeer omvangrijk materiaal over de hele periode van de BR (Brigate Rosse) van 1970 to 1987 klaarligt, kan er bij het weer opnemen van het project meteen met een zogenaamde ‘actualisering’ begonnen worden, dat wil zeggen, om het af te maken met interviews en gesprekken kan naar believen onmiddellijk direct contact opgenomen worden op bijna het hele terrein.”
    De Duitse uitgave van Rapporti Sociali kwam er daadwerkelijk. Bij de gevonden documenten zit een kopie van de ruwe vertaling, vervaardigd door het vertaalbureau van de Bundesverfassungsschutz. Kosten 10.000 DM, betaald door Manfred, c.q. zijn opdrachtgevers.
    Voor de mensen van Aufbau is het niet makkelijk te verwerken dat ze zich zo in de luren hebben laten leggen. Andi: “Voor ons kwam het goed uit. Wij wilden heel graag een vertaling van die stukken, het was voor ons belangrijk om analyses die in Italië waren gemaakt, in Duitsland te verspreiden. Om de discussie over de revolutionaire strijd te kunnen voortzetten. Achteraf bezien hadden we dat aanbod niet zo makkelijk moeten accepteren.”

    Wapens

    Bijna twintig jaar lang kon Manfred Schlickenrieder functioneren zonder dat iemand hem echt verdacht. Dat kwam omdat hij uiterst behoedzaam en terughoudend te werk ging. Hij was een einzelgänger, en gold als intelligente gesprekspartner. Hij hoorde niemand direct uit, maar verkreeg zijn inlichtingen door het combineren van brokstukjes informatie die hem ter ore kwamen. Wat hij bij de een hoorde, gebruikte hij bij de ander om weer verder te komen.
    Het gebrek aan wantrouwen komt deels voort uit zijn taakstelling. Het was niet direct zijn doel om mensen erbij te lappen, het ging er meer om zicht te houden op de verschillende posities binnen de radicaal linkse beweging. Om inschattingen te maken van wie er op welk moment nog voor voortzetting van de revolutionaire, en eventueel gewapende strijd was. En om te weten te komen hoe de contacten liepen tussen de betrokken groepen in Italië, Zwitserland, Duitsland, Frankrijk en België – de Europese samenwerking van het terroristische Umfeld zo je wilt.
    Desondanks had hij weinig scrupules bij het verzamelen van informatie als het zo uitkwam. In een rapport uit 1994 schrijft Schlickenrieder hoe hij iemand wapens probeert aan te bieden. Hij kon een beperkt aantal vuistwapens leveren, voor 1200 DM per stuk. “De leveranciers stonden er wel op te weten waar de wapens heen zouden gaan (politiek/persoonlijk)”. Degene die de wapens aangeboden krijgt is kaderlid van Dev Sol (nu DHKP-C), een Turkse radicale splinterbeweging die op dat moment verwikkeld was in een zeer heftige interne machtsstrijd waarbij gewonden en doden vielen, met name in Duitsland. Uit de papieren is niet op te maken of de deal uiteindelijk is doorgaan. Is dat wel het geval geweest, dan is Schlickenrieder en zijn opdrachtgevers op zijn minst uitlokking aan te rekenen en in het ergste geval medeplichtigheid aan doodslag.

    Uitzonderingspositie

    Zelfkritiek is de mensen uit Zürich niet vreemd. Op de bijeenkomst in Heidelberg legt Andi Stauffacher het zaaltje vol activisten uit wat Aufbau van de zaak heeft geleerd. Andi: “We hadden nooit moeten accepteren dat hij zelf niet politiek actief was, en toch overal bij aanwezig mocht zijn.”
    Voor het uiteindelijke doel was het een geniale vondst om Gruppe 2 op te zetten als archief en documentatiecentrum. Dat het uitgeven en verspreiden van revolutionair materiaal een netwerk van adressen en contacten opleverde was maar een van de voordelen van deze opzet. Andi: “Hij hoefde nooit een verklaring af te leggen waarom hij altijd rondliep met een camera, en alle geschreven materiaal verzamelde – hij documenteerde immers de voortgang van de strijd.” Op deze basis van vertrouwen hebben door de jaren heen honderden mensen zich door hem laten filmen, bij vergaderingen, acties en interviews.
    Toch is deze teruggetrokken houding ook het begin van het einde geweest. Andi: “Op gegeven moment konden we zijn uitzonderingspositie niet meer accepteren. De laatste tijd hebben we geprobeerd Manfred meer in onze structuren op te nemen, hij moest gaan fungeren als het München bureau van Aufbau. Hij kon dat kennelijk niet, of wilde dat niet.” Toen hij ondanks allerlei toezeggingen zijn afspraken niet nakwam, ontstonden steeds serieuzere verdenkingen.
    En nu is het dan voorbij. Manfred Schlickenrieder kondigde daags na de onthulling aan dat hij half januari met een verweerschrift zou komen, en met een aanklacht wegens smaad tegen Aufbau. Sindsdien is er niets meer van hem vernomen.

    Aufbau