Der Spiegel meldt verder dat de Amerikaanse geheime dienst zo’n vijf jaar geleden ook heeft geprobeerd het Justus Lipsius-gebouw in Brussel af te luisteren.
JustusLipsiusVijf jaar geleden zou de NSA pogingen hebben ondernomen om de telecomverbindingen van het Justus Lipsius-gebouw in Brussel af te luisteren, zo meldt Der Spiegel. Het Justus Lipsius- gebouw is het belangrijkste gebouw van de Europese Raad, waar de delegaties van de Europese landen onderhandelen over bijna alle zaken van de Europese Raad. Politici, waaronder de voorzitter van het Europees Parlement Martin Schultz spreken van een groot schandaal en eisen opheldering van de Verenigde Staten.
Misschien dat de dames en heren uit Brussel en de hoofdsteden van de EU tegelijkertijd nog even opheldering kunnen vragen over het grootste afluisterschandaal dat het Justus Lipsius-gebouw trof tussen 1995 en 2003. Uit een onderzoek van de Belgische toezichthouder op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten bleek dat technici van het Israëlische bedrijf Comverse betrokken waren bij het afluisterschandaal. Hetzelfde bedrijf dat momenteel (onder een andere naam: Verint) betrokken is bij het afluisterschandaal PRISM door in de VS in opdracht van de NSA telecomgegevens door te spelen.
Toeval
Op 28 februari 2003 ontdekte een beveiliger in het statige Justus Lipsius gebouw van de Europese Raad aan de Wetstraat in Brussel een afluisterschandaal van ongekende omvang. De man was om hulp gevraagd toen die dag de telefoons van de Britse delegatie dienst weigerde. Hij zocht de draden van het netwerk op, maar zag tot zijn stomme verbazing een draad die niet op de technische tekening stond en verbonden was met een eigenaardige zwarte doos. Nader onderzoek toonde aan dat de doos technisch hoogwaardige afluisterapparatuur bevatte.
De alarmbellen gingen af. Toenmalig hoofd van de beveiliging, Alexandro Legein, gaf opdracht het hele gebouw te sweepen met geavanceerde apparatuur. Binnen enkele uren vond de beveiliging nog vier zwarte dozen, verbonden met telefoonlijnen van de Britse, Franse, Spaanse, Duitse en Oosterijkse delegaties. De afluisterapparatuur kon alle (telefoon) gesprekken opvangen, registreren en verzenden. De apparatuur was in de betonnen kolommen verwerkt, zodat vermoed werd dat deze er al sinds de opening in 1995 zat.
Stil
Na publicatie van de scoop in le Figaro op 19 maart 2003 blijft het angstvallig stil. In 2006 duikt onderzoekjournalist Kristof Clerix in zijn boek “Vrij spel” nog wel in de afluisteraffaire. Hij spreekt met de Spanjaard Alexandro Legein en dezej maakt wat details bekend. “Ik heb altijd bewondering gehad voor vakmanschap en dit is vakmanschap”, zei Legein. Volgens Legein kwam de afluisteroperatie slechts aan het licht door een stommiteit. De defecte telefoonlijn die werd onderzocht zat in een vergaderzaal waar de Lentetop van de Europese Raad plaatsvond. Deze was maar vlak van te voren aangekondigd, onderwerp: de kwestie Irak. In alle haast werd een nieuwe taplijn gelegd, geen eenvoudige klus in het drukke Justus Lipsius. De wens om juist die vergadering te tappen werd fataal voor de al 8 jaar lopende afluisteroperatie. En wie was er nu zo geïnteresseerd in de standpunten over deze kwestie?
Onderzoek
In mei 2006 werd de Belgische toezichthouder op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten gevraagd te onderzoeken wat de rol is geweest van de Belgische inlichtingendiensten in het onderzoek naar de herkomst van de afluisterapparatuur. Dat onderzoek werd pas in maart 2010 gepubliceerd en heeft nagenoeg geen aandacht in de media gekregen.
Uit het onderzoek komt naar voren dat de afluisterapparatuur ‘op afstand te besturen is’, dat ‘de apparatuur waarschijnlijk al bij de constructie van het gebouw geplaatst is en dat naast de telecom ook de gesprekken direct af werden geluisterd.
Er werd een ‘covert action’ opgezet om te achterhalen wie de apparatuur geplaatst had. Er werden geheime camera’s opgehangen bij de apparatuur om te bekijken wie deze bediende. De operatie moest echter op 19 maart 2003 worden afgebroken toen Le Figaro het afluisterschandaal meldde op de voorpagina.
Technici
Op basis van de verzamelde beelden en een aanwezigheidslijst van 28 februari 2003 distilleerde men 4 verdachte technici, die allen toegang hadden tot de vertaalsystemen waarop de gevonden zwarte dozen aangesloten waren. Twee van deze technici hadden hun opleiding gevolgd bij het Israëlische bedrijf Comverse, die het vertaalsysteem had geïnstalleerd in het Justus Lipsius gebouw.
Maar veel verder dan deze constatering zijn de Belgische diensten niet gekomen. Er is bij de Verenigde Staten en Nederland nadere informatie opgevraagd over Comverse, dat zijn naam inmiddels had veranderd in Verint. De VS gaf aan dat Verint nooit vervolgd is vanwege spionage in dat land en van de AIVD is nooit antwoord gekomen op de vraag hoe het zat het manipuleren van tapgegegevens in Nederland door Comverse. Het bedrijf werd er in die jaren in Nederland van beschuldigt een achterdeur te hebben in de apparatuur van de tapkamers, maar echt hard bewijs is daarvoor nooit geleverd.
Geen uitsluitsel
Het Vaste Comite I constateert dat de Belgisiche diensten ‘vrij informeel, ordeloos en zonder gestructureerd actieplan’ deze zaak onderzocht hebben. De samenwerking met andere diensten liet ook te wensen over, over de meegenomen apparatuur werd niet terug gerapporteerd.
Verint
Momenteel duikt het bedrijf weer op in het PRISM schandaal. Verint zou voor de NSA de telecomlijnen van het bedrijf Verizon in de VS afluisteren. Wellicht toch zinvol om in dit kader de kwetsbaarheid van de Nederlandse tapkamers nog eens te bekijken.