Het Zuid Afrikaanse VASTech raakte in 2011 in opspraak na onthullingen over de levering van surveillance apparatuur aan het Libië van al-Qadhafi. Het leidde niet tot nader onderzoek of vervolging vanwege mogelijke betrokkenheid bij mensenrechtenschendingen.
Dit was niet de eerste keer dat VASTech surveillance apparatuur verkocht aan een repressief regime. Het bedrijf leverde aan het Zimbabwe van Mugabe en het Egypte van Moebarak. VASTech was sinds 2002 actief in Syrië en was in 2008 het enige bedrijf dat een voorstel kon indienen voor ‘monitoring equipment for international exchange’. In 2008 werd het Ministerie van Binnenlandse Zaken van de Verenigde Arabische Emiraten voorzien van een ‘mass monitoring system’.
Het Zuid-Afrikaanse bedrijf bleef na de onthullingen over Libië leveren aan repressieve regimes. Vanaf 2018 werkte het aan een monitoring centrum voor Saoedi-Arabië, dat in 2021 werd opgeleverd. Ook verkocht het bedrijf apparatuur aan onder meer Mexico, Pakistan en Georgië.
Op 4 juli 2020 willen mensen in Utrecht demonstreren tegen de coronamaatregelen. De twee weken die voorafgaan aan die zomerse zaterdag laten een ontluisterend beeld zien. Het Utrechtse gezag ziet de demonstrerende burgers vooral als vijand. Niet geverifieerde berichten op sociale media over de mogelijke komst van imaginaire hooligans naar de stad bepalen het beleid. De media nemen deze ongefundeerde berichten van de politie zonder onderzoek over.
Wob-documenten tonen een overheid op oorlogssterkte: Via ANPR, sensing, kentekenlijsten, verkenningseenheden, stedelijk en politioneel cameratoezicht, namenlijsten, gelaatsherkenning, het Catch systeem, smoelenboeken, doelgroep monitoring, sociale media monitoring, informanten/infiltranten, demonstratieverbod, veiligheidsrisicogebied, preventief fouilleren, noodbevel is Utrecht veranderd in een warzone, een onneembare vesting. Hoewel de demonstratie is verboden, wagen een paar burgers zich in de stad en worden opgejaagd door de politie.
Hoe bang kan een overheid zijn voor haar burgers?
Computer- en beveiligingsbedrijf Fox-IT werd in 1999 opgericht. De Nederlandse overheid werd al snel een belangrijke klant van het Delftse bedrijf. Daarnaast speelt Fox-IT een rol in de nationale veiligheid. Zo verzorgt het bedrijf de beveiliging van Nederlandse staatsgeheimen, zoals de notulen van de Ministerraad, en wordt het ingehuurd door onder andere de Nationale Politie en de ministeries van Buitenlandse Zaken, Defensie, en Justitie en Veiligheid.
Schulze op justitie en veiligheid
Eind 2013 wordt Integraal Appel gepubliceerd. Het is een vertrouwelijk rapport over de wietkweek en -handel in Tilburg. Op 28 januari 2014 bespreekt de Tilburgse gemeenteraad het stuk om te bepalen of het geheim moet blijven. De geheimhoudingsdiscussie wordt ingehaald door artikelen in de landelijke media die uit Integraal Appel citeren. Toch wordt het document niet vrijgegeven. Slechts mondjesmaat druppelt de afgelopen jaren informatie naar buiten.
Waarom jaren later een analyse produceren? Integraal Appel is door de overheid gepresenteerd als een belangrijke publicatie. De media presenteerde de bevindingen van de publicatie met koppen als ‘Tilburg wietstad’ en ‘Hennepteelt in Tilburg levert zo’n 800 miljoen per jaar op’. In de publicaties worden de gegevens uit het document opgeschreven alsof het om wetenschappelijke waarheden gaat.
Het is een vrijdagmiddag ergens in januari, en de trein is vol. Niet alleen alle zitplaatsen zijn bezet, ook de gangpaden en balkons staan vol met opeengepakte forenzen. Het fluitsignaal klinkt, de deuren sluiten, maar de trein blijft staan. Men slaakt een zucht: de dag is al lang genoeg geweest, het is benauwd, oncomfortabel, en we willen naar huis. Dan klinkt de stem van de machinist: “In verband met mijn veiligheid zal deze trein niet vertrekken voordat het gangpad van de eerste klas is vrijgemaakt.” Verbazing onder de passagiers. Wat is dit nu? Ongenoegen vermengt zich met onvermogen. Zelfs als men zou willen, de mensen die in het gangpad van de eerste klas op elkaar staan geperst kunnen nergens heen. Minuten verstrijken totdat ook de conductrice zich via het omroepsysteem laat horen: “Wilt u in verband met uw en onze veiligheid het gangpad van de eerste klas vrij maken?”
Het Nederlandse IT-beveiligingsbedrijf Fox-IT was van 2006 tot 2012 zeer actief op de markt van de surveillance-industrie in het Midden-Oosten. De Golfregio was een belangrijke afzetmarkt voor het Delftse bedrijf. Fox-IT gaf besloten workshops, onder meer in Syrië, Egypte, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten, waarin het haar producten probeerde te verkopen aan overheidsinstanties, militairen en inlichtingendiensten.
In 2007 adviseerde Fox-IT haar partnerbedrijf en tussenhandelaar AGT (Advanced German Technology) over het omzeilen van het Amerikaanse handelsembargo tegen Syrië. In 2008 gaf het bedrijf een training aan de National Defence Council in Egypte, en in 2011 was Fox-IT betrokken bij de opzet van het Forensic Lab, een surveillanceproject voor het Ministerie van Binnenlandse Zaken van Saoedi-Arabië.
Dit blijkt uit onderzoek van Buro Jansen & Janssen naar Fox-IT in het Midden-Oosten. Het onderzoek is gebaseerd op een grote hoeveelheid interne bedrijfsdocumenten en e-mails die het Amsterdamse onderzoeksbureau heeft ontvangen over de relatie van Fox-IT met haar partner, het Duitse bedrijf AGT.
Fox-IT is tevens werkzaam voor de Nederlandse overheid en is onder andere ingehuurd voor de beveiliging van Nederlandse staatsgeheimen. Medeoprichter (en tot 2017 directeur) van het bedrijf was Ronald Prins. Hij werd in 2018 benoemd tot lid van de TIB (Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden), de commissie die toezicht houdt op de Nederlandse inlichtingendiensten.
Het Nederlandse IT-beveiligingsbedrijf Fox-IT was van 2006 tot 2012 zeer actief op de markt voor de surveillance-industrie in het Midden-Oosten. De regio was een belangrijke afzetmarkt voor het Delftse bedrijf. Fox-IT gaf besloten workshops in onder andere Syrië, Egypte, Saoedi-Arabië en de Verenigde Arabische Emiraten. In deze landen probeerde het bedrijf haar producten te verkopen aan overheidsinstanties, militairen en inlichtingendiensten.
Hernandez op Justitie en Veiligheid
Over een Openbaar Ministerie dat selectief vervolgt, een minister die in het verleden duidelijk maakte waar zijn belangen liggen en een ministeriële naamsverandering die niets inhoudt.
Het is bijna geruisloos gegaan, al kan dat natuurlijk niet, de naamsverandering van het ministerie van Veiligheid en Justitie in het ministerie van Justitie en Veiligheid. De nieuwe CDA minister Grapperhaus stelde dat de naamsverandering te maken had met het feit dat de overheid wil benadrukken dat Nederland een rechtstaat heeft. Let op het woordje heeft, er staat niet dat Nederland een rechtstaat is, al zal dat voor de overheid een beperkt onderscheid zijn. De naamsverandering kost naar alle waarschijnlijkheid miljoenen daar heeft de media het natuurlijk over. Boekhouden is nu eenmaal het favoriete onderwerp van de Nederlanders, alleen zou dit bij principiële zaken toch eigenlijk van ondergeschikt belang moeten zijn.