3.3 Ontstaansgeschiedenis
Vanaf het begin van de jaren tachtig werkte het Duitse
Bundeskriminalamt (BKA) samen met de Nederlandse politie bij
gecontroleerde afleveringen. Noot Deze gecontroleerde
afleveringen werden over het algemeen in beslag genomen nadat zij
door de ontvangende organisatie aan anderen waren doorverkocht.
Daarbij speelden zowel de lokale CID-en als de NCID een belangrijke
rol. Het BKA maakte voor de financiering van een deel van dat
traject gebruik van crimineel geld.
De kosten van deze operaties en een belangrijk deel van de
onkosten van de informant werden gefinancierd met gelden die
door de criminele organisatie aan de informant ter
beschikking werden gesteld. Door de criminele organisatie werden na
de overdracht van de partij hasj de transportkosten aan de
informant betaald. Door de informant werd dit geld
overgedragen aan het BKA, die het transport, de kosten van
opslag en de onkosten van de informant daarmee
financierde. Noot Dit hele traject werd buiten de
processtukken gehouden. Daarbij is incidenteel ook een proefzending
op de markt terecht gekomen. De Nederlandse politie deed op deze
manier in de jaren tachtig de eerste ervaringen op met
gecontroleerde afleveringen die later in het traject in beslag
werden genomen. Het begin van de specifieke Delta-methode door de
Nederlandse politie ligt naar alle waarschijnlijkheid aan
het eind van de jaren tachtig in Dordrecht. Een medewerker van de
CRI en een FIOD-ambtenaar benaderen dan de CID van de Rijkspolitie
in Dordrecht met de vraag om een informant, die goed ingevoerd was
in de Hollandse netwerken, via het doorlaten van drugs meer
informatie over deze criminele groepen te laten verkrijgen. In 1989
wordt deze methode in eenvoudiger vorm feitelijk voor het eerst
gebruikt door de CID Dordrecht onder leiding van de CID-chef Van
der Putten.
- De heer Van der Putten :
- Laat ik het als volgt formuleren. Ik heb de afgelopen
maanden natuurlijk zitten denken hoe een en ander is ontstaan. Ik
durf rustig te stellen dat ik misschien de architect ben van het
systeem. Maar op dat systeem kunnen weer variaties gemaakt worden.
Laat ik zeggen dat ik de basis gelegd heb voor hetgeen later
gevolgd is. Noot
In nauwe samenwerking met een medewerker van de
FIOD/douanerecherche, De Jongh, worden containers ingeklaard en
buiten het douaneterrein gebracht. De Jongh draagt er zorg voor dat
de containers niet worden gecontroleerd. Daarvoor heeft hij
afspraken gemaakt met de douane. Indien De Jongh verzoekt een
bepaalde container niet te controleren dan laat de douane deze
container doorgaan. De Jongh krijgt de informatie over de
containers met drugs van de betrokken CID-functionarissen.
De vrachtwagen met containers worden gereden door een chauffeur,
hier te noemen M., die een transportbedrijf heeft. In eerste
instantie heeft CID-chef Dordrecht Van der Putten geprobeerd een
politiechauffeur te krijgen van een infiltratieteam. Naar het
oordeel van Van der Putten hadden deze chauffeurs onvoldoende
kwaliteiten, zodat hij zich gedwongen zag een burgerchauffeur te
gebruiken. In de periode 1989-1990 huurt de CID Dordrecht een loods
waar de drugs worden opgeslagen. Noot De CID Dordrecht
maakt gebruik van verschillende loodsen die alle betaald worden
door criminelen. In totaal wordt ongeveer fl. 150.000,- huur
betaald voor de loodsen. Noot
De CID Dordrecht richt tevens een aantal gefingeerde bedrijven
op ten behoeve van het verzorgen van de bestemmingsadressen. In de
periode 1991-1992 worden twee nepbedrijven opgericht die dienen als
bestemmingsadres. De kosten van deze nepbedrijven worden betaald
met geld van de criminele organisatie door tussenkomst van de
informant. Noot
En van deze gefingeerde bedrijven was een bedrijf in kleding
met een vestigingsplaats in het buitenland en in Nederland. Men
heeft getracht door het zenden naar en ontvangen van post op het
fake-adres het bedrijf een enigszins realistisch aanzien te
geven.
Het blijft onduidelijk hoeveel containers in deze periode zijn
doorgelaten met medeweten van politie en justitie. Naar de indruk
van de commissie gaat het hier om enkele containers met drugs die
op de beschreven wijze zijn binnengehaald. Hiervoor is door
officier van justitie Berserik toestemming verleend. De drugs in
deze containers zouden grotendeels in beslag zijn genomen. Een deel
van de drugs in deze containers is op de markt terecht gekomen.
Noot Vast staat dat de methode van het doorlaten van
softdrugs met behulp van een informant al is begonnen voordat het
IRT daar mee bezig was. Noot