3.1. De officieel geregistreerde wildlifecriminaliteit
In Nederland bestaan geen afzonderlijke
CBS-criminaliteitsstatistieken in de rubriek wildlife. De
werkelijke omvang van de smokkel en illegale handel in Nederland is
derhalve onbekend. Als indicatie voor de omvang kunnen de
opbrengsten van de controles aan de landsgrenzen dienen. De douane
controleert in samenwerking met de AID de import van wildlife.
Wildlifevrachten die op Schiphol aankomen en voor de Nederlandse
markt bestemd zijn, worden door de AID de ene keer aan de hand van
de papieren gecontroleerd en de andere keer door middel van een
grondige inspectie wanneer vermoedens bestaan over illegale
zendingen. In 1990 werden 5.344 op het oog legale wildlifevrachten
naar Nederland vervoerd, in 1991 7.038 en in 1992 was het aantal
vrachten toegenomen tot 7.060.
In 1990 werden 1.837 controles door de AID uitgevoerd waarvan
1.499 op Schiphol. Daarbij werd in 188 gevallen een proces-verbaal
opgemaakt en in 19 gevallen werd een waarschuwing uitgedeeld. De
inbeslagnames betroffen geprepareerde dieren, huiden, schilden van
schildpadden, vogels en cactussen. In 1994 werden door het
landelijke team natuurbescherming 1.183 controles aan de grens
gehouden en 1.100 controles bij de groothandel in dieren en
planten. Bij deze 2.283 controles werden 197 overtredingen
geconstateerd.
Daarbij werden 188 processen-verbaal opgemaakt op grond van een
overtreding van de wet BUD en het In- en uitvoerbesluit. Dit
betekent dat in ongeveer 10% van alle inspecties smokkel van
CITES-dieren en planten wordt geconstateerd (veelal dood
materiaal). Dit percentage is niet hoog wanneer wij het vergelijken
met de berichten hierover in de media.
De CRI meldt dat de inspecties op Schiphol zo intensief en
effectief zijn dat de internationale handelaars hun smokkelroutes
verplaatsen naar andere vliegvelden in Europa om vervolgens per
auto de handel naar Nederlandse afnemers te brengen. Als dat waar
is mag worden aangenomen dat het aantal van 10% illegale zendingen
een betere indicator vormt voor de werkelijke omvang van de
illegale markt dan alle opgeblazen verhalen in de media. De
controle van containers met wildlife in de haven Rotterdam is
moeilijk (zie ook het rapport over de havens) en verschilt niet van
de controles op andere goederen. Door de douane worden daar
zelden gesmokkelde dieren of planten in containers
aangetroffen.
Een andere indicator voor de omvang van wildlifecriminaliteit in
Nederland is het aantal diefstallen van bedreigde dieren en planten
bij dierentuinen, particulieren en detaillisten. Dit aantal
bedraagt de afgelopen jaren in totaal ongeveer 30. Onder die dertig
inbraken waren een paar bijzondere die mogelijk wijzen op diefstal
door professionele daders. Uit het dierenpark Emmen werd een
broedkast met bijzondere vogels ontvreemd, uit het ooievaarsdorp te
Liesveld werden in 1991 ongeveer 70 ooievaars ontvreemd. Meer
gegevens ontbreken.
Op grond van deze gegevens kan niet worden aangenomen dat de
illegale handel in wildlifedieren en planten in Nederland een grote
omvang heeft. Wel blijft het alleszins mogelijk dat Nederlanders
zijn betrokken bij de transito van deze soorten naar andere
landen.