5.3. De situatie in Groningen
In termen van (georganiseerde) criminaliteit vertoont de regio
een breed scala aan activiteiten. Vanuit Groningen werden 36
rapportages opgestuurd. Hiervan moeten er in dit rapport 21 buiten
beschouwing blijven, met name omdat zij betrekking hebben op zaken
waarin uitsluitend of hoofdzakelijk buitenlandse en/of allochtone
misdadigers danwel criminele groepen figureren. Niettemin zou het
in een ander verband heel zinvol kunnen zijn om deze 21 zaken eens
verder uit te spitten in het licht van de vraag: waarom allemaal in
Groningen? Het gaat hier om betrekkelijk grote Turkse
drugshandelaren, Poolse autodieven, Nigeriaanse oplichters,
Italiaanse overvallers, Chinese afpersers, Joegoslavische
vrouwenhandelaren ….: you name it, we have it! Een deel
van de betrokken zaken is natuurlijk wel verwerkt in n of meer van
de andere rapporten die door de onderzoeksgroep-Fijnaut voor de
Enqutecommissie zijn geschreven. De vijftien overblijvende andere
zaken geven nog een tamelijk gevarieerd beeld van wat er min of
meer aan de basis van de georganiseerde criminaliteit in het
Groningse stuk van Nederland heeft gespeeld in de voorbije jaren.
Deze zaken zijn in te delen in vier groepen.
Ten eerste zijn er twee zaken die betrekking hebben op twee vrij
ongeorganiseerde groepen dieven (inbrekers, insluipers, autodieven)
die regionaal opereren, en op kleine schaal ook nog wel andere
criminele activiteiten ontplooien, speciaal drugshandel en
wapenhandel. Beide groepen zijn nogal gewelddadig. In de tweede
plaats is er sprake van een viertal groepen die zich enigermate
hebben toegelegd op het plegen van n bepaalde vorm van misdaad.
Twee van deze groepjes bestaan uit vakbekwame inbrekers. Het derde
groepje heeft zich schuldig gemaakt aan enkele overvallen. En in
het vierde geval gaat het om een netwerk van autodieven. Van
hooggekwalificeerde beroepsmisdadigers zoals die in het Rotterdamse
gedijen, is in dit deel van Nederland geen sprake.
Hoewel het – ten derde – opvalt dat er bij de zaken die zijn
aangemeld, vier zaken zitten die betrekking hebben op vrij
ingenieuze vormen van verduistering en oplichting, zelfs op
internationale schaal. Gelet op de achtergronden van de daders,
zijn dit wel zaken die niet vallen onder de definitie van
georganiseerde criminaliteit die in het onderhavige onderzoek wordt
gehanteerd. We hebben hier, zo te zien, bovenal te maken met
bedreven fraudeurs.
In de vierde en laatste plaats springt het in het oog dat er
sinds 1990 geen drugsgroothandelaren of drugsgroothandelsgroepen
actief zijn geweest, althans zijn aangepakt. Typisch voor Groningen
is daarentegen de vrij grote variteit aan personen, cliques,
wellicht groepen, die op de n of andere manier in het transport van
drugs zitten. De ene haalt uit Marokko hash voor Marokkaanse
groepen in het Westen van het land. De andere construeert een soort
van geheim wapen aan de onderkant van zijn schip om drugs naar
Engeland te kunnen vervoeren. De derde arrangeert in samenspraak
met (in opdracht van?) Colombianen een hele stoet van koeriers om
cocane uit Zuid-Amerika naar hier te krijgen. En de twee laatsten
doen – op hetzelfde niveau: dat van het transport weer wat
anders.