Toezicht en controle op de AIVD en MIVD is in de loop der jaren mondjesmaat toegenomen. Tot 2002 waren de verantwoordelijke ministers, soms aangevuld met andere ministers of de Rechtbank Den Haag, hiervoor verantwoordelijk. Daarna veranderde dit met de invoering van de Commissie van Toezicht op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten (CTIVD).
De CTIVD beoordeelt achteraf of de AIVD en de MIVD zich aan de regels en wetgeving hebben gehouden en geeft adviezen. De verantwoordelijke ministers kunnen de aanbevelingen van het CTIVD naast zich neerleggen. De toezichthouder heeft inmiddels 55 rapporten gepubliceerd. In 2016 heeft zij vijf rapportages afgerond, waaronder bijvoorbeeld een rapport over de afluisterbevoegdheid van de MIVD en een rapport over de invulling van criteria voor samenwerking met buitenlandse diensten.
De CTIVD probeert kwalitatief goed onderzoek te doen. Hoe effectief het toezicht is, blijft echter onduidelijk. In haar laatste jaarverslag over 2016 neemt de CTIVD voor het eerst sinds haar bestaan een hoofdstuk op over de effectiviteit van toezicht. De commissie stelt dat de verantwoordelijke ministers doorgaans toezeggen de aanbevelingen van de CITVD over te nemen. Of dit ook daadwerkelijk het geval is, onderbouwt de commissie echter niet met concrete voorbeelden. De commissie houdt zelf niet bij in hoeverre de aanbevelingen daadwerkelijk zijn doorgevoerd.
Ook vermeldt de CTIVD dat ‘de AIVD of de MIVD soms reeds tijdens een onderzoek een aanvang nemen met het aanpassen van beleid en werkwijzen.’ De commissie geeft hiervan twee voorbeelden: rapport 50 over de bijdrage van de MIVD aan targeting (augustus 2016) en rapport 51 over de uitvoering van de notificatieplicht (december 2016). Ook hier verzuimt de commissie om aan te geven of de aanpassingen niet alleen in gang zijn gezet, maar ook daadwerkelijk zijn doorgevoerd.
Opvallend is dan ook de laatste paragraaf van het hoofdstuk over effectiviteit, ‘de implementatie van aanbevelingen’. De CTIVD schrijft dat zij voor de derde keer onderzoek doet naar de notificatieplicht door de AIVD en dat de commissie zelf niet controleert in hoeverre haar aanbevelingen worden nageleefd.
Het is zeer de vraag hoe effectief het toezicht in werkelijkheid is en in hoeverre aanbevelingen leiden tot aanpassingen in het beleid met betrekking tot de werkwijze van de diensten. De CTIVD lijkt zich na veertien jaar ook af te vragen hoe effectief haar eigen werk eigenlijk is. Volgens het jaarverslag bezint de commissie zich om ‘de effectiviteit van haar toezicht te bevorderen’.
Verder lezen over CTIVD: Toezicht zonder gevolgen?
CTIVD toezichtrapporten op een rij
Jaarverslagen van de CTIVD op een rij
Coördinatoren en toezichtscommissies Inlichtingen en Veiligheidsdiensten