Bij een Europees Arrestatiebevel volgt er nauwelijks eigen onderzoek door de Nederlandse politie. Als burger moet je zelf je onschuld zien te bewijzen om overlevering te voorkomen. Een bijna onmogelijke opgave, zo blijkt uit enkele voorbeelden.
‘s Ochtends vroeg op 30 januari 2007 werd Peter Tabbers uit Hengelo van zijn bed gelicht en drie dagen verhoord en opgesloten. Zijn arrestatie vond plaats op basis van een Europees Arrestatiebevel uit Griekenland en een signalering in het Schengen Informatiesysteem. Tabbers had aanvankelijk geen idee waarom hij werd gearresteerd.
De directe aanleiding bleek zijn mobiele telefoonnummer te zijn dat hij op 11 augustus 2005 toegewezen had gekregen door Telfort. Het telefoonnummer dook op uit de gegevens die een opgelichte Griek aan de Griekse politie had overhandigd. De Griek dacht in 2003 dat hij een prijs in de loterij had gewonnen, maar moest eerst geld overmaken alvorens hij zijn prijs kon innen. Het bleek om oplichting te gaan.
De Griekse autoriteiten vroegen aan de Nederlandse politie om de eigenaren van het bankrekeningnummer en de telefoon te achterhalen. De naam van Tabbers werd aan de Griekse autoriteiten doorgegeven terwijl hij in 2003 nog niet over het nummer beschikte. Tabbers heeft ruim een jaar Nederland niet kunnen verlaten, omdat de Griekse autoriteiten het EAB en de signalering niet introkken.
Klaas-Jan Bolt werd op 13 mei 2005 gearresteerd in zijn woonplaats en op 20 mei overgeleverd aan Frankrijk. De Fransen hadden een Europees Arrestatiebevel tegen hem uitgevaardigd op verdenking van drugssmokkel. In januari van dat jaar was Bolt vanuit het Spaanse Almeria terug naar Nederland gereden met een vrachtwagen. Onderweg kreeg hij het gevoel dat hij gevolgd werd door een witte Ford Transit en zette de vrachtwagen aan de kant van de weg. Nadat hij in de laadruimte cannabis had ontdekt, besloot hij de Spaanse politie te bellen. Die kwam niet opdagen. Hij belde daarop zijn vrouw, die contact opnam op met de lokale politie.
Bolt keerde op advies van de politie zonder vrachtwagen terug naar Nederland. Enkele maanden later werd hij door de Nederlandse politie gearresteerd, zat acht dagen in Lelystad gevangen en werd vervolgens drie jaar in Frankrijk in voorarrest gezet. De vrachtwagenchauffeur ontdekte dat zijn baas, Klaas H., in Frankrijk vastzat na te zijn gearresteerd met twee en een halve ton cannabis in zijn vrachtwagen.
Hoewel zijn baas zowel Bolt als diens rechter diverse keren aanschreef met de mededeling dat Bolt niets met de smokkel te maken had, en er geen direct bewijs tegen hem was, had de vrachtwagenchauffeur de schijn tegen. Klaas-Jan Bolt werd gezien als lid van een bende die 142 ton softdrugs had gesmokkeld tussen 2001 en 2005. De verdediging van Bolt verliep moeizaam door de taal en de grote afstanden. Uiteindelijk kreeg hij vijf jaar gevangenisstraf van de Franse rechter opgelegd.