Dupont op Justitie en Veiligheid
Op 9 februari 2018, vorige week, schreef De Telegraaf hoe een vrouwelijke officier van justitie die zich bezighield met een strafzaak tegen No Surrender heeft moeten onderduiken na bedreigingen uit onbekende hoek. De suggestie was aanwezig dat die onbekende hoek gevuld is met motorgeronk. De reactie van de nieuwe minister van justitie en veiligheid, Ferd Grapperhaus, loog er niet om: Hij noemde de bedreiging „een grof schandaal” en „vreselijk voor haar en haar familie.” „Dit is gewoon een typisch voorbeeld van de georganiseerde misdaad die op sommige plaatsen denkt dat ze de samenleving kunnen overnemen”, aldus de bewindsman.’
In een artikel dat wij schreven op 29 mei 2017 getiteld ‘De vluchteling uit Emmen’ maakten wij inzichtelijk hoe er al eerder een wethouder in deze zaak moest onderduiken die een volle neef is van No Surrender-aanvoerder Henk Kuipers. Uit het artikel blijkt overduidelijk dat de politie zijn botte beweringen al snel introk. Er is namelijk helemaal geen bewijs voor wat voor bedreiging dan ook uit de hoek van No Surrender.
Er is ook geen bewijs voor bedreigingen uit de hoek van No Surrender in de zaak van de officier van justitie. Er is geen bewijs, er is niemand aangehouden, er is niemand als verdachte gekenmerkt en er is niemand veroordeeld. Zonder dat er dus een concrete zaak is waarover een rechter zich heeft uitgesproken heeft de minister van justitie en veiligheid al een oordeel. Net als de media.
Wij denken nu aan een andere zaak tegen No Surrender. De zaak tegen oprichter Klaas Otto. Hij werd beschuldigd dat hij vanuit de gevangenis een moordopdracht heeft gegeven om de officier van justitie in zijn zaak uit te schakelen. Daags na de beschuldiging werd de ‘hitman’ al aangehouden op de snelweg en daags daarna werd deze al weer vrijgelaten. Geen spettertje bewijs. Inmiddels heeft Klaas Otto wel maandenlang in de extra beveiligde inrichting in Vught gezeten, waardoor hij moeite had zijn zaak voor te bereiden. Bovendien is natuurlijk door al dit zeer negatieve nieuws de schijn al gewekt bij iedereen dat Klaas Otto zeer gevaarlijk is en mogelijk schuldig. Terwijl er helemaal geen enkel bewijs is voor een moordaanslag.
In het artikel ‘De vluchteling uit Emmen’ besloot Dupont met deze conclusie:
‘In eerdere blogs schreef Dupont al over Jos Som en zijn betrokkenheid bij duistere vastgoedbaronnen in het Limburgse. Zogenaamde bedreigingen kwamen dan ook heel goed uit. De aandacht ging naar mensen die zich niet kunnen verdedigen: namelijk de gevaarlijke motorclubs die verboden moeten worden. Omroep Brabant berichtte op 20 juni 2016 hoe officier van justitie Lucas van Gelder zelf bedreigingen verzon aan zijn adres en daarvan valse aangifte deed. Die bedreigingen waren volgens Van Delft waarschijnlijk afkomstig van weer een andere motorclub, namelijk Satudarah. Dupont berichtte ook eerder al over de bedreigingen en de twijfels daarover aan het adres van Fons Jacobs van Helmond.
De conclusie zou mogen zijn dat de politie en het OM zwakke zaken proberen te versterken met anonieme informatie van de Criminele Inlichtingen Eenheid. Op deze wijze is een kansloze zaak waar het bewijs ontbreekt toch effectief door het inschakelen van de publieke opinie en de media. Zo wordt de mening van een rechter beïnvloed en kunnen er kamervragen worden gesteld. In het geval van de motorclubs Hells Angels en No Surrender betekent het dat ze zomaar, zonder hard bewijs, hun clubhuis kwijtraakten en nog de schuld kregen van onbewijsbare bedreigingen ook. Dat is ondermijning. Ondermijning van de rechtsstaat door politie en justitie zelf. Politie en een OM die zelf burgemeesters en wethouders bedreigen wanneer niemand anders dat doet. Terwijl over echte ondermijning en het verdwijnen van vele miljoenen in de gemeente Emmen door het OM niet wordt gerept. Laten daarover maar eens kamervragen gesteld worden.’
Het enige dat er nu is veranderd is dat zelfs de minister van justitie en veiligheid Grapperhaus nepnieuws gebruikt om zijn mening te uiten. Een mening die hopelijk geen consequenties heeft voor de strafzaken die lopen tegen mensen die mogelijk ergens schuldig aan zijn, maar zeker niet aan het bedreigen van wethouders, burgemeesters of officieren van justitie.